Startpagina Actueel

De ‘Korte Keten’: veel kansen en uitdagingen, maar ook grenzen en belemmeringen

In coronatijd kent de verkoop via de ‘korte keten’ een sterke groei. Maar hoe moet het nu post-corona verder? In de commissie Landbouw in het Vlaams parlement schetste Ann Detelder, voorzitter van het Steunpunt Korte Keten, haar inzichten. Er zijn veel kansen en uitdagingen, maar ook belemmeringen en grenzen.

Leestijd : 3 min

Korte keten, korte keten, korte keten. De aandacht voor de rechtstreekse verkoop van producent aan consument was/is in coronatijden niet uit de media weg te slaan. Het lijkt wel of plots een nieuw en duurzaam verdienmodel werd ontdekt, dat uiteraard al zo oud is als de landbouwbedrijvigheid zelf. Want onze voorouders verkochten hun teelten aan huis. Anders is het niet. Maar de hernieuwde aandacht is goed nieuws voor wie al jaren onder meer via dit verdienmodel - naast de andere - het vele werk ook knap wordt vermarkt. Maar wat met de korte keten, post-corona?

Enige nuance in de Korte Keten

Een antwoord op vele vragen geeft Ann Detelder, coördinator van het Steunpunt Korte Keten. Het Steunpunt Korte Keten is een expertisecentrum voor elke Vlaamse land- en tuinbouwer, nieuwe boeren en ‘derden’. “We bieden advies en ondersteuning, vormingen en cursussen, opbouw van dossiers, groepsaankopen en een infocenter. In 2019 hadden we 630 adviesvragen waaronder 107 trajectbegeleidingen.”

Ann Detelder, coördinator Steunpunt Korte Keten:  Een marketingmodel voor de verdere uitbouw van de Korte Keten is heel belangrijk.
Ann Detelder, coördinator Steunpunt Korte Keten: Een marketingmodel voor de verdere uitbouw van de Korte Keten is heel belangrijk. - Foto: LBL

Vandaag behoren minstens 15 % van de land- en tuinbouwbedrijven in Vlaanderen doen aan een of andere vorm van Korte Keten. “Er waren in coronatijden drie keer meer adviesvragen. De meeste hoevewinkels draaiden een omzet die 2 tot 4 keer meer omzet. Een aantal deelsectoren hadden het moeilijk, maar de sector opschalen bleek ook heel moeilijk. Wel was er een sterk verhoogde media-aandacht én de hoevewinkel bleek een veilig alternatief.” De groei kan onder meer in de toekomst worden bestendigd met een sterk marketingverhaal, dat gericht is op ondernemerschap.

Ook noden en uitdagingen

We mogen echter niet vergeten dat ook de korte keten soms klappen kreeg. Vooral zij die bijvoorbeeld aan horeca leverden. “Uit een rondvraag van het Steunpunt Korte Keten blijkt ook heel wat bedrijven een omzetderving kenden: sierteelt, terras, toerisme, markten, horeca, feestjes, vergaderen...”

Volgens coördinator Ann Detelder zijn er veel noden van de Korte Keten: “Haalbare regelgeving over beleidsdomeinen heen, de economische cijfers (algemene versus coaching), trajectbegeleiding en conceptontwikkeling, arbeidsorganisatie, mechanisering en automatisering: impact, relevante tendensen detecteren, cijfers en nood aan (groeps)maatwerk.”

Naast de noden zijn er ook veel uitdagingen voor de Korte Keten, zoals de verdere ontwikkeling in agrarisch gebied, de samenwerking in de Korte Keten, generieke promotie, het ‘claimen’ van de Korte Keten, één aanspreekpunt met een pool van partners en freelancers, consument woont in de stad én er is wel de dominante positie van de retailer.”

Grenzen van de Korte Keten

Er worden ook een aantal grenzen voor die Korte Keten opgesomd: de huidige regelgeving, het uniform korte keten-model versus toekomstmodel, arbeid, logistiek en ‘eerlijke prijs’. Besluitend worden nog enkele beleidsaanbevelingen meegegeven: een volgehouden beleid (strategisch plan Korte Keten), regelgeving op maat van de agrarische ondernemer over beleidsdomeinen heen, faciliteren van samenwerkingen in productie en afzet (breder dan e-afzet), generieke promotie van de Korte Keten, flexibele vormingsmogelijkheden op maat en het uitwerken van een concept rond trajectbegeleiding.

Lieven Vancoillie

Lees ook in Actueel

Solide omzet, maar rendabiliteit staat onder druk voor de zuivelsector

Melkvee Zuivelproducten blijven duidelijk hun plaats behouden in onze koelkasten. Afgelopen jaar consumeerde maar liefst 72% van de Belgen dagelijks zuivel. Ook wereldwijd blijft de vraag stijgen. Toch bevindt de sector zich op een kantelpunt. De nettomarge van de zuivelindustrie blijft immers laag, waardoor de sector economisch onder druk staat. Bovendien wegen ook tal van Belgische en internationale onzekerheden op de toekomst.
Meer artikelen bekijken