Startpagina Akkerbouw

Geert Van den Bosch, Hubertus Vereniging Vlaanderen: “Jagen is meer dan schieten alleen”

Heel het jaar door kan gejaagd worden, maar niet op alle diersoorten. De jacht op haas en fazanten start op 15 oktober, en lijkt het meest bekend onder de algemene bevolking. “We merken echter op dat de meeste mensen niet weten wat de jacht eigenlijk inhoudt”, vertelt Geert Van den Bosch, algemeen directeur van Hubertus Vereniging Vlaanderen. “Het is meer dan met een geweer schieten. Wij als vereniging moeten een sleutelrol spelen in de communicatie naar de buitenwereld toe.”

Leestijd : 9 min

Over het algemeen spreekt de jacht op wild bij de meeste mensen tot de verbeelding. De man die op een mooie dag gewapend een bos betreedt en je een lapje vlees schiet voor de volgende dag. Jagen is echter zo veel meer dan dat. En dat wil Hubertus Vereniging Vlaanderen graag uitdragen naar de bevolking.

Landbouwleven sprak met algemeen directeur Geert Van den Bosch over het reilen en zeilen van de jacht in Vlaanderen, en het imago ervan. Geert kent de sector van binnen en buiten, want hij jaagt zelf ook. Kort na zijn studie ingenieur elektronica, kwam hij in aanraking met de jacht en raakte hij geïntrigeerd en gepassioneerd. “Nu jaag ik in mijn eigen jachtgebied in de Antwerpse Kempen op klein wild: haas, fazant, eenden, ganzen, en doe ik aan exotenbestrijding. Sinds verscheidene jaren is er in Vlaanderen ook een gezonde populatie ree, en daar jaag ik ook op. En elk jaar ga ik eens naar Duitsland om te jagen op ree, hert en everzwijn.”

De jacht moet in je zitten, vindt hij. “Dat is het geval bij de leden, het enthousiasme valt me keer op keer op.”

Wat zijn de taken van de vereniging?

Hubertus Vereniging Vlaanderen vertegenwoordigt de meeste Vlaamse jagers, en wil hen ook op alle mogelijke vlakken ondersteunen. Dat is één van de taken de belangenbehartiging.

We verdedigen de belangen van de leden naar de overheid en administraties toe. Ook Europees zijn we actief, want ook vanuit de EU is er strenge reglementering. We hebben bovendien regelmatig communicatie met jachtorganisaties van de buurlanden. Wild houdt zich niet aan grenzen, maar jagers moeten zich houden aan de wetgeving van het land waarin ze zich bevinden. Het is dus belangrijk dat er een consensus is over een gebied.

Daarnaast is de dienstverlening naar de leden en de wildbeheereenheden (WBE) belangrijk. Er zijn zo'n 185 WBE’s in Vlaanderens. Dat zijn vzw's die aan een heleboel verplichtingen moeten voldoen om erkend te blijven. Zo moeten ze bijvoorbeeld elke 6 jaar een faunabeheerplan opstellen, en dat ondersteunen we vanuit de vereniging.

Het Kenniscentrum van de vereniging speelt een cruciale rol in de werking. Door de data en info die verzameld wordt en verwerkt, kunnen gefundeerde beslissingen worden gemaakt op vlak van beleid naar de overheden toe en kunnen we de WBE’s ondersteunen. Op basis van die gegevens worden ook de jachtplannen uitgetekend.

Een derde component is communicatie, en dat zie ik als prioritair. Allereerst moeten we naar de sector toe communiceren wat van hen verwacht wordt, zoals de consequenties van nieuwe wetgeving. Maar wat vooral belangrijk is, is dat we naar de buitenwereld toe moeten uitleggen wat de jacht eigenlijk is: waarom jagen we, hoe jagen we, de visie over de wolf,... Wij willen het debat inzake jacht leiden.

Er is een grote interactie tussen landbouwers en jagers, want ze zijn op hetzelfde gebied actief.
Er is een grote interactie tussen landbouwers en jagers, want ze zijn op hetzelfde gebied actief. - Foto: Robert-Jan Asselbergs

Wat is het imago van de jachtsector bij landbouwers?

Er is een grote interactie tussen landbouwers en jagers, want we zijn op hetzelfde gebied actief. We weten dat teelten een impact hebben op wild, en wild een impact heeft op teelten. Er zijn voldoende voorbeelden van schadebestrijding of –preventie. We kennen de problematiek van everzwijnen in Limburg, of schade door ganzen of houtduiven. Jagers dragen dan hun steentje bij om de economische activiteit van de landbouwers te garanderen. Een goede samenwerking tussen landbouwers en jagers is dus cruciaal. Ook tussen de landbouworganisaties en Hubertus Vereniging Vlaanderen is de communicatie positief, maar we weten ook dat de doelstellingen niet altijd dezelfde zijn. Zo zien de landbouworganisaties de schade door everzwijnen liever niet, en volgens Hubertus Vereniging Vlaanderen mag het dier er wel zijn omdat het een inheemse diersoort is, maar moet de populatie onder controle worden gehouden.

“Mensen zijn compleet onbekend met wat een jager eigenlijk doet.”

En wat is de perceptie van de algemene bevolking?

Die vraag hadden wij ook. Daarom stuurden we in 2018 deze vraag naar een onderzoeksbureau dat een enquête opstelde. Er werden 2.000 mensen bevraagd over de perceptie op de jacht, om een correct statistisch beeld te verkrijgen (normaal zijn 1.000 mensen voldoende, red). Dat maakte het ook mogelijk om te clusteren wat de leden erover denken, de landbouwers, per politieke kleur. En misschien speelde ook de regio een rol, dachten we. Opmerkelijk was dat we geen verschillen zagen tussen wat mensen in de stad en op het platteland denken over de jacht. Die antwoorden waren wat gelijklopend. Dat is contra-intuïtief en daar hebben we nog geen verklaring voor. Opvallend waren de bevindingen rond het duurzaam gebruik van de natuur. Daaronder versta je onder andere het plukken van braambessen, het rapen van kastanjes, maar ook het schieten van wild en dat wild consumeren. 6,5% van de Vlamingen is tegen, wat bijzonder weinig is. 40% ongeveer stond er vrij positief tegenover, de rest had geen mening Maar wat er vooral uitkwam, is dat mensen compleet onbekend zijn met wat een jager eigenlijk doet. Men ziet hem als iemand met een geweer die schiet, maar ze weten niet dat die ook bezig is met predatorcontrole, habitatverbetering om een soort kansen te geven, dat die jager fauna-akkers aanplant, of wildspiegels plaatst rond openbare wegen. Dus er is voor ons een enorme taak weggelegd om mensen te informeren.

En op welke manier gaan jullie dat aanpakken?

Voor 2018 communiceerden we vooral via het ledenmagazine, maar dat was enkel voor leden. Sinds 2018 hebben we de slag gemaakt naar digitale online communicatie. We verbeterden de website en zetten meer in op social media. Op Facebook hebben we zo’n 7.000 volgers, we gebruiken ook Twitter, Instagram, YouTube en willen daar nog meer op inzetten. Verder is televisie belangrijk. En vooral PlattelandsTV, een belangrijk medium dat inzet op landbouw, visvangst, jacht en paardensport. We hebben daar ook een eigen kanaal, met 6 uitzendingen per jaar voor de vereniging. We zoeken media op wanneer we kunnen, en spelen kort op de bal als er info niet correct is of er discussie is over een thema.

Waarom kiezen mensen voor de jacht?

We merken bij onze leden wel enkele ‘categorieën’. Een deel mensen kiest voor de jacht omdat het met de paplepel meegegeven is. Dan gaat het vaak om iemand in de familie die jaagt en hen inspireert. Dan zijn er nog mensen die niets kennen van de jacht, maar eens per toeval meegaan – bijvoorbeeld als drijver – of erin rollen omdat ze nieuwsgierig zijn en gepassioneerd raken. Wat we ook merken de laatste tijd, is dat veel mensen bewuster met voedsel bezig zijn, en daarom interesse krijgen in de jacht. Dan gaat het bijvoorbeeld om flexitariërs die enkel vlees eten als ze het zelf schieten, of om mensen die het systeem van de voedselproductie niet vertrouwen of bedenkingen hebben over de behandeling van dieren. Deze trend is ook in Nederland te zien. Opvallend: het zijn dikwijls vrouwen die enkel eten wat ze zelf schieten.

Kan je jagen voor de fun?

Het zijn de anti-jachtorganisaties die het woord ‘plezierjacht’ hebben uitgevonden. Dat is een marketingterm voor iets dat in mijn ogen niet bestaat. Jagers jagen vanuit een visie en passie, in hun vrije tijd en dus vrijwillig. Je mag er dan ook ‘plezier’ aan beleven en voldoening uit halen. Belangrijk is dat je dat met expertise doet.

Wie zijn jullie leden? Hoeveel jagers zijn er?

Onze leden zijn voornamelijk jagers, maar ook echtgenoten van jagers, drijvers, sympathisanten. Momenteel zijn het vooral ouderen die jagen, tussen 55 en 60 jaar, maar we merken wel elk jaar een aanzienlijke instroom jongeren. Er studeren 300-400 jagers per jaar af in Vlaanderen en dat zijn voornamelijk jonge mensen. Het blijven wel vooral mannen. Slechts 3% van de jagers zijn vrouwen. Dat zouden we graag anders zien. Het aantal jagers blijft stabiel de laatste jaren. Er zijn ongeveer 13.000 jagers in Vlaanderen, en 13.000 in Wallonië. 6.000 Vlamingen jagen ook in Wallonië. Walen zelf gaan niet gemakkelijk naar Vlaanderen voor de jacht.

Mag iedereen jager worden?

Je moet slagen voor het jachtexamen, dat uit een theoretisch en praktische component bestaat. Je leert er over de wetgeving, de fauna, vuurwapens en munitie. Slaag je, dan krijg je het getuigschrift waarmee je je erkenning, het jachtverlof, kan aanvragen. Verder moet je een verplichte verzekering burgerlijke aansprakelijkheid afsluiten, en een gewestelijke bijdrage betalen (150 euro per jaar in Vlaanderen). Als je 10 jaar lang niet jaagt of geen jachtverlof aanvraagt, dan vervallen de getuigschriften want dan heb je te weinig praktijkervaring. De cursus verandert weinig in die 10 jaar. Als er veranderingen zijn in wetgeving, is het aan ons als vereniging om dat te communiceren naar onze leden. Natuurlijk bestaat er een ondergrens qua leeftijd. Iemand moet 18 jaar zijn om een jachtverlof te verkrijgen. Een bovengrens is er niet. Wat wel nieuw is sinds dit jaar, en is opgelegd door Europa, is de verplichting een medisch en psychisch attest te hebben. Ook onberispelijk gedrag is belangrijk, anders wordt je jachtverlof geweigerd of ingetrokken.

Zijn er veel voorvallen van misbruik?

Incidenten met vuurwapens door jagers zijn verwaarloosbaar. Voornamelijk illegaal wapenbezit is het probleem.

Is er dan handhaving?

Ja, voornamelijk vanuit het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB): dat zijn natuurinspecteurs met het statuut van Officier van Gerechtelijke Politie; die handhaven conform het milieuhandhavingsdecreet (natuur, bos, jacht en visserij). Ten slotte wordt er gehandhaafd vanuit de lokale politiezones, maar het is minder een specialisatie van de lokale politie. Onverwachte controles door natuurinspecteurs zijn bovendien mogelijk op het terrein: ze controleren het jachtverlof en wat er geschoten is. Soms wordt ook vanop afstand gecontroleerd met verrekijkers.

Er zijn de laatste jaren enkele predatoren terug in het vizier, zoals de wolf. Laatst werd ook een lynx gespot. Welk effect heeft dat op de populatie en het afschot?

Over de lynx kunnen we nog weinig zeggen. Er is er eentje in Wallonië, en zijn er enkele in Duitsland. Daar werd de lynx uitgezet via een herintroductieprogramma om de soort terug kansen te geven. In Wallonië zit waarschijnlijk een nakomeling. Naar wolf toe merken we geen groot effect op het aantal dieren dat aanwezig is (reeën, everzwijnen,…), maar wel een effect op het gedrag van de wildsoorten. Ze worden minder zichtbaar waar de wolven aanwezig zijn: ze trekken weg, leven meer in groep of laten zich minder zien in open ruimte. Voorlopig is het te vroeg om te zeggen of het afschotcijfer beïnvloed wordt.

Hoe staan jagers tegenover de wolf?

Heel divers. Een deel is tegen, en gelooft niet in natuurlijke migratie naar onze streken. Anderen geloven dat het een terugkeer is van een soort die er altijd geweest is. Het is een beschermde diersoort. We proberen de populatie wel te monitoren en werken hiervoor nauw samen met het ANB en het INBO. In onze nieuwe Wilder-app hebben we ook de wolf als soort opgenomen, om op die manier zoveel mogelijk info te vergaren en beleidsmakers de juiste beslissingen te laten nemen.

De Afrikaanse varkenspest blijft een hot topic. Moet elk everzwijn hierop getest worden?

Is er een everzwijn geschoten door een jager en komt dat in de voedselketen terecht, dan is een labo-onderzoek op Trichinella verplicht. Dat is een parasiet in everzwijnen die voor de mens fatale gevolgen kan hebben. Naar AVP toe is er geen verplicht onderzoek, maar verdachte kadavers wel te melden. Ook hier zal de Wilder-app van belang zijn, aangezien er de optie is om een verdacht kadaver te melden. Het netwerk in Europa is trouwens goed uitgebouwd: als er een besmet geval is vastgesteld, weten we dat binnen enkele minuten. Zo kan insleep snel voorkomen worden.

Wordt er soms technologie gebruikt tijdens de jacht?

Ja. In het verleden zetten we al drones in om maai-slachtoffers te voorkomen. Reekalfjes bijvoorbeeld hebben de reflex om zich tegen de grond te drukken bij naderend gevaar. Als dat gebeurt in een veld dat moet gemaaid worden, sterft het dier. Drones met warmtecamera’s kunnen dan worden gebruikt om kalfjes te vinden net voor de maai-activiteit. Dat lukt maar is duur, en je weet nooit exact wanneer gemaaid wordt. In het kader van dronegebruik hebben we een proefproject lopen met een drieledig doel: maaislachtoffers (reeën en hazen) vermijden, nesten van grondbroeders beschermen, en de drukjachten op everzwijnen efficiënter laten verlopen. Drones zouden dan op voorhand kunnen informeren of er everzwijnen aanwezig zijn en waar. Veel mensen mobiliseren voor een drukjacht op een dier dat afwezig is, heeft natuurlijk geen nut.

Marlies Vleugels

Lees ook in Akkerbouw

Duurzame bemesting van aardappelen

Aardappelen BELFertil en Belgapom bieden telers, teeltbegeleiders en adviseurs een gloednieuwe website aan rond duurzame bemesting van aardappelen. Je vindt er informatie en praktische tips om de efficiëntie van de bemesting te optimaliseren.
Meer artikelen bekijken