Omdat de bodem de basis is van je teelt, maar de verschillende stappen bij precisielandbouw niet altijd evident zijn voor de landbouwer, zette Agrometius samen met verschillende partners de Veris-dienst op. Steven De Meyer van Agrometius: “In een eerste stap worden de velden gescand door de loonwerker. Een tweede stap gebeurt door de partners Inagro en Bodemkundige Dienst van België. Zij formuleren op basis van een scan een goed en degelijk advies. De derde stap is dan het plaatsspecifiek toepassen van die adviezen op de juiste plaats op het perceel.”
De Veris-bodemscanner heeft meerdere sensors om verschillende parameters te meten. Die meten de organische stof, de pH en de elektrische geleidbaarheid op 2 dieptes: in de bouwvoor en van 0 tot 90 cm. Die sensors zijn gekoppeld met rtk-gps zodat iedere meting op juiste locatie wordt onthouden. Op basis van gps kan men hoogtekaarten maken van het perceel. Op extreme punten van het perceel neemt men grondmonsters enerzijds om pH en organische stof te kalibreren en anderzijds om de nutriënten op extreme punten in kaart te krijgen.
Taakkaarten
Op basis hiervan kunnen taakkaarten gemaakt worden. De Meyer: “Je kan onder andere variabel bekalken, variabel planten, variabel bemesten … . Variabel bekalken is de meest bekende toepassing.” Variabel bekalken kan met vaste of vloeibare kalk, of met schuimaarde eventueel. Zo kan op elke plek in het perceel de ideale pH verkregen worden en worden de meeste elementen goed opneembaar door de plant. “Is de pH te laag, wordt bijvoorbeeld fosfor en calcium slecht opneembaar. Bij een te hoge pH zijn bijvoorbeeld ijzer, mangaan, boor en fosfor slecht opneembaar. Daarnaast is pH, samen met organische stof, belangrijk voor het bodemleven en voor de structuur van de bodem.”
Er kan ook een taakkaart gemaakt worden voor variabel planten. Hierbij moet de variatie in de bodem in rekening gebracht worden. “Men wil met dezelfde input een hogere output krijgen. Dat kan bij aardappelen door extra poters in zwaardere grond van het perceel te steken, en minder in de lichtere stukken grond. Een extra doel is egale maatsortering, wat interessant is bij bijvoorbeeld frietaardappelen.” Ten slotte kan door een taakkaart op te stellen voor variabele bemesting in elke zone van het perceel een evenwicht gecreëerd worden tussen bijvoorbeeld de hoeveelheid calcium, magnesium en kalium, en elk element in een goede hoeveelheid. “Daarnaast kijken we naar de capaciteit van de bodem om die nutriënten vast te houden voor het volledige seizoen. Moest dat niet voldoende zijn, kunnen we adviseren om te fractioneren.”