“Het klopt dat de boer het grootste slachtoffer is”, bevestigt Martin Van Gheluwe. “De kleine boer verdwijnt verder uit beeld op de beperkte oppervlakte die we in Vlaanderen hebben om aan landbouw te doen”, weet ook Lieven De Schamphelaere. “We moeten ook verder kijken naar andere eiwitten. Daar wordt nu al in geïnvesteerd. Dat vraagt minder oppervlakte dan intensieve dierproductie, maar we willen nog koeien in de weide zien staan, en we willen dat mensen daarmee hun geld verdienen. Tegenstellingen uitvergroten en polarisatie levert niets op.”
Volgens Pieter Verhelst heeft de ‘harde grond’ de natuur verdrongen, niet de landbouw. “In het hele debat moet ook naar andere sectoren worden gekeken. We moeten waken over de beleidscoherentie, en ook over het handels-, economisch en mededingingsbeleid. Er moet nog meer gewerkt worden op het corrigeren van het marktfalen. We willen als landbouwsector samenwerken, mee verantwoordelijkheid opnemen, ook mee risico’s nemen, ook mee investeren. We willen meer evenwicht vinden. We moeten hier geen schrik van hebben en dat niet wegduwen. Als men ons met de stok slaat, gaan we ons bolsteren. We gaan de uitdaging aan. We hebben al heel veel verduurzaamd. We gaan dat verder blijven doen.”