
Voor de varkens- en pluimveetak is het onduidelijk wat de toekomst brengt. “We hopen, eenmaal het officieel richtsnoer PAS bekend is, dat we onze vergunning kunnen verlengen. Het staat wel vast dat de verdere uitbouw van De Aardappelhoeve en het Biohof de voornaamste prioriteit is.”
Wederzijds vertrouwen
Bart Nemegheer staat dan ook met beide voeten in een van de meest productieve landbouwgebieden van ons land. Gedreven door kennis, inzicht in markten en teelten, schrijft hij dag na dag verder aan een succesverhaal. Dat gebeurt echter niet zonder slag of stoot of zonder persoonlijk drama, met de plotse dood van zijn zoon Ruben . De foto van zijn zoon, die zijn toekomstige opvolger zou zijn geweest, staat prominent in de inkomhal, waar Bart Nemegheer verderop kantoor houdt. Dochter Ellen besliste intussen om begin volgend jaar in De Aardappelhoeve te starten.
Bart komt nog zo graag thuis bij zijn aardappeltelers of retailklanten, waarmee hij in wederzijds vertrouwen én volgehouden respect goede banden mee onderhoudt. Ook voor hem blijft Interpom in Kortrijk Xpo dé internationale aardappelbeurs bij uitstek.
“We leggen contacten met internationale klanten, met vertegenwoordigers van retailers, met onze aardappelboeren en klanten... Interpom blijft het grote ontmoetingsmoment voor iedereen die bij de aardappelsector is betrokken. En de zondag is het vaak het grootste café van Vlaanderen. Dat moet ook kunnen, een gezellig samenzijn met de hardwerkende landbouwers.”
Dat de consumptie van aardappelen ook bij ons afneemt, is een vaststaand gegeven. Daarbovenop wil die Vlaamse consument nog langer in het jaar aardappelen die op Belgische landbouwgronden worden geteeld. “Dat is een van de redenen waarom we een nieuwe loods bouwen. Het biedt ons de mogelijkheid om de eigen geteelde aardappelen langer te bewaren, te verpakken en aan onze klanten te leveren. Met als gevolg dat de import van aardappelen uit het zuiden van Europa de komende jaren wellicht zal afnemen”, duidt Bart.
50.000 ton verwerkt
De Aardappelhoeve draait een omzet van circa 35 miljoen euro. Jaarlijks wordt ongeveer 50.000 ton aardappelen geteeld en verwerkt. Afhankelijk van het aanbod in het binnenland en de vraag van de klanten wordt nog eens 8.000 ton aardappelen geïmporteerd, voornamelijk uit Spanje en Italië, in steeds mindere mate uit Israël.
“95 % van de geteelde aardappelen verwerken we zelf. Minder geschikte loten schuiven we door naar de industrie. De overgrote meerderheid zit in seizoenspacht, met percelen van Brugge tot Oudenaarde.”
Volgens Bart schuift de aardappelteelt stilaan op tot aan de limiet.
“Het gaat stilaan naar de 100.000 ha, vooral door de verdere groei van de industriële aardappelverwerkers. Die kijken al langer naar percelen over de grens, onder meer in Noord-Frankrijk. Daar liggen nog opportuniteiten, denk ik. Anderzijds is de aardappelsector heel arbeidsintensief (het jaar rond, poten, gewasbescherming, rooien, bewaren, kiemremming...). Zeker met de stijgende graanprijzen zal de Franse akkerbouw meer nadenken of hij aardappelen zal telen of dan toch weer graan gaat verbouwen.”
Volgens Bart zullen de contractprijzen volgend jaar weer stijgen. “De vraag is er, maar de kostprijs stijgt en dat wordt op de een of andere manier doorgerekend. Het gaat niet alleen om energie, zoals de fors gestegen dieselprijzen, maar wat als bijvoorbeeld de prijs voor stikstof naar 500 euro per ton stijgt? Iedereen maakt voor zichzelf dan de rekening en daar zullen betere contractprijzen moeten tegenover staan.”
Via de korte keten
De Aardappelhoeve werkt voor de vermarkting al vele jaren samen met retailers en lokale afnemers. De verkoop via de korte keten is dan ook de duurzame basis waarop verder wordt gewerkt. “We kennen minder pieken, minder hoogtes en laagtes in de prijszetting en werken voor de levering met weekovereenkomsten. Dat maakt ons deels minder afhankelijk van marktevoluties en biedt ons op verschillende vlakken ook meer zekerheid.”
Anderzijds vragen retailers ook afzet op basis van lastenboeken. “Het was daardoor bij de opstart ook niet allemaal rozengeur en maneschijn. Maar als je het vertrouwen van een retailer hebt en hard verder werkt, is samen veel mogelijk. Onze basis is niet kopen en verkopen, maar we hebben er uitdrukkelijk voor gekozen om zelf voor een toegevoegde waarde te zorgen door het zelf wassen en verpakken. Wij en alleen wij zijn verantwoordelijk voor ons kwaliteitsvol product. We kopen alleen het pootgoed aan, de rest doen we allemaal in eigen huis.”
Door met vaste retailers en kopers te werken, kan De Aardappelhoeve ook perfect inspelen op kortetermijnacties of evoluties die in het winkelschap worden vastgesteld. “Voor de grootwarenhuizen en andere winkels zijn consumenten die aardappelen kopen heel belangrijk. Dat zijn consumenten die vers kopen, en die dan ook in die afdeling ook andere groenten en fruit zullen aankopen.”
De retail is ook streng, onder meer tijdens controles op residuen en zo. “We hebben bijvoorbeeld nooit CIPC gebruikt en zijn al langer bezig met alternatieven, zoals muntolie en 1,4 Sight. Door de jaren heen hebben we hierin ervaring opgebouwd en zijn we voor een stuk pionier geworden.” Pionier, het woord is gevallen. “Nu spreekt men zo vaak over de verkoop via de korte keten, maar wij doen dat al sinds 2000.”
Het is deels op vraag van de retail dat De Aardappelhoeve vele jaren geleden gestart is met de verwerking van bio-aardappelen en enkele jaren geleden ook met zoete aardappelen. “Zeker jonge consumenten hebben bataat weer ontdekt en daar spelen we graag op in. We zitten trouwens regelmatig samen met retailers om te zien of we voeding en producten, die uit het buitenland worden ingevoerd, niet weer zelf meer kunnen telen en aanbieden.”
Naast de verdere verwachte daling van de consumptie van aardappelen was dat ook de reden waarom De Aardappelhoeve sinds heel recent met de teelt van uien en sjalotten is gestart. Die wordt nu ook intern verwerkt, verpakt en aan klanten beleverd. “Na een goed seizoen – met dank aan de mindere neerslag die hier in de regio is gevallen – zijn de opbrengsten van uien en sjalotten goed en zullen we die teelten in de toekomst ook verder opschalen.”
Uien en sjalotten
Of er in de toekomst nog teelten zullen bijkomen, hangt af van verschillende factoren. “Er is 1 belangrijke voorwaarde om meer op nog andere teelten in te zetten: het mag niet té arbeidsintensief zijn. Voor het sorteren en verpakken liggen uien en sjalotten heel dicht bij aardappelen. Veel tuinbouwers hebben buitenlandse arbeidskrachten in dienst voor de oogst van hun teelten (bloemkool, prei, spruitkolen...), maar dat zullen we nooit doen. Wel zullen we verder optimaliseren en mechaniseren.”
De Aardappelhoeve zet onder meer in op precisielandbouw, met gps-sturing en andere technieken die heel gericht werken. “In samenwerking met Grimme hebben we zo ook een machine aangepast en omgebouwd om zoete aardappelen te kunnen rooien. In de meeste landen gebeurt dat handmatig, wat uiteraard ook weer heel arbeidsintensief is.”
Tenslotte hamert Bart Nemegheer op een goede band die hij verder wil onderhouden, met zowel de aardappeltelers als met zijn afnemers. “Het respect moet van beide kanten komen en dat moet je jaar na jaar opbouwen. Groeien om te groeien zullen we in de toekomst niet zomaar doen. Uiteraard willen we onze activiteiten nog uitbreiden, maar daar denken we heel bewust over na.
Hoe kunnen we alles nog duurzamer maken? Hoe kunnen we besparen op energie? Welke rassen kunnen we verder ontwikkelen? Veel belang hechten we ook aan een milieubewust verpakkingssysteem. Hiervoor gebruiken we recycleerbaar materiaal. En uiteraard hard en veel te werken.” En ja, hij is trots als hij in een supermarkt rondloopt en daar zijn verpakte aardappelen ziet. “Ik merk dan ook als iets niet 100 % correct is.” En daar maakt hij direct werk van.