Vrijwel elk weiland is besmet met deze wormen. Runderen nemen de infectieuze larven tijdens het grazen op. Eenmaal opgenomen, ontwikkelen de larven zich in de maag en de darmen in ongeveer 3 weken tot volwassen wormen. Deze volwassen wormen leggen wormeitjes, die met de mest op het gras terechtkomen. Na afzetting in de mest ontwikkelen de eieren zich op de weide in 2 tot 3 weken tot nieuwe infectieuze larven, waardoor de weidebesmetting zal toenemen.
De huidige aanpak van wormbestrijding
Nadelige effecten niet-duurzaam gebruik ontwormingsmiddelen
Het ondoordachte gebruik van ontwormingsmiddelen heeft aanzienlijke gevolgen. Allereerst bestaat er een aanzienlijk risico op een versnelde ontwikkeling van resistentie tegen deze middelen. Ook vanuit een economisch perspectief is deze aanpak niet aan te raden, omdat het onoordeelkundige gebruik van ontwormingsmiddelen resulteert in productieverliezen en onnodige kosten door de aanschaf van overtollige ontwormingsmiddelen. Een bijkomend nadelig effect is de verspreiding van (residuen van) ontwormingsmiddelen in de omgeving.
Project ‘Wormtool’
‘Wormtool’ is een project rond duurzame wormcontrole van de Universiteit Gent, het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) en Inagro. Voor het project zijn ze op zoek naar 120 melkveebedrijven met weidegang (voor minstens 3 maanden) voor jongvee gedurende 3 opeenvolgende jaren (2024-2026).
Het doel van project ‘Wormtool’ is om de duurzaamheid van wormbestrijding bij runderen te bevorderen, met mogelijk een verbeterde productiviteit van het jongvee en een vertraagde ontwikkeling van resistentie tegen ontwormingsmiddelen. Dit project streeft naar de ontwikkeling van een gebruiksvriendelijke én goedkope beslissingsondersteunende tool voor gerichte en duurzame bestrijding van worminfecties bij jongvee op melkveebedrijven. Deze tool adviseert de dierenarts en de bedrijfsleider vóór de start van het weideseizoen over de te nemen maatregelen.
De implementatie van deze tool op melkveebedrijven zal leiden tot een geïntegreerde aanpak van ontwormingen in het graasbeheer, waardoor een meer gerichte en effectievere ontworming mogelijk wordt. Ook wil dit project kennis verspreiden over de impact van specifieke weidebeheerpraktijken op de weidebesmetting. Het uiteindelijke doel is om duurzame behandelingsstrategieën toe te passen, zonder dat de melkveehouder hierdoor extra belast wordt.
Deze studie biedt ook waardevolle inzichten voor deelnemende veehouders. Die ontvangen gedetailleerde informatie en advies over de groei en besmettingsgraad van hun jongvee en over de economische impact van worminfectie. Daarnaast verstrekt het project, in samenspraak met de bedrijfsdierenarts, advies over duurzame wormbestrijdingsmethoden op maat van het melkveebedrijf.
Er worden ook bedrijfsbezoeken, workshops en webinars over duurzame wormbestrijding georganiseerd, waarbij deelnemende veehouders kunnen leren van zowel andere veehouders als van experts. ‘Wormtool’ streeft ernaar om samen met de deelnemers een effectieve kennisuitwisseling op te zetten en om praktische inzichten te delen binnen dit project.
Meer informatie over project ‘Wormtool’ is te vinden op www.wormtool.be. Inschrijven voor het project kan via de QR-code op deze bladzijde.





