Afspraak met eurocommissaris
Op de vergadering van de commissie Leefmilieu van 14 januari deelde Brouns nog mee dat eurocommissaris voor Milieu, Jessika Roswall, per brief geïnformeerd werd over de goedkeuring van het aangepaste Mestdecreet. Brouns hoopt op een ontmoeting met de Eurocommissaris waarin hij met haar het aangepaste beleid en andere omgevingsprioriteiten zal bespreken. Hij zal haar ook de Vlaamse vraag met betrekking tot de derogatie voorleggen.
Jo Brouns deelde dat mee na een vraag van Arnout Coel (N-VA) over het gewijzigde Mestdecreet, dat tijdens de voorlaatste plenaire vergadering van 2024 op 18 december werd goedgekeurd.
Brouns zegt dat hij gestart is met de voorbereiding van de prioritaire uitvoeringsbesluiten, waaronder de uitvoeringsbesluiten voor de terugverdieneffecten en de nulbemesting in VEN-gebieden (Vlaams Ecologisch Netwerk), zoals voorzien in het decreet. Hij is van plan om ook met de andere uitvoeringsbesluiten snel aan de slag te gaan.
Opvolgingsorgaan
Een van de belangrijkste opdrachten was volgens minister Brouns echter om het opvolgingsorgaan versneld opnieuw samen te brengen. Hij heeft hen daags na de goedkeuring van het decreet ook uitgenodigd. Zij kwamen onder voorzitterschap van zijn kabinet samen op 9 januari. Een volgend overleg is al gepland op 23 januari. Alle actoren van wie in de doorkijk in de memorie van toelichting bij het aangepaste Mestdecreet is voorzien om deel uit te maken van het opvolgingsorgaan, waren aanwezig en hebben hun inbreng gedaan.
Brouns: “Zowel de milieu- als de landbouworganisaties zaten in het overleg met een kritische, maar constructieve houding en deelden de verwachting om de zaken die in de memorie van toelichting bij het decreet zijn genoemd, snel uit te voeren.”
Prioriteiten
Op het eerste overleg peilde de minister, naast de prioriteiten die het Vlaams parlement naar voren schoof, naar de prioriteiten en verwachtingen van de leden van het opvolgingsorgaan. Het ontwerp plan-MER wordt afgewerkt door het studiebureau om samen met MAP 7 in openbaar onderzoek te kunnen gaan. Dat openbaar onderzoek duurt 105 dagen. De ambitie is om tegen de zomer te kunnen starten met de verwerking van de opmerkingen uit dat openbaar onderzoek.





