Minister Hilde Crevits: ‘Boodschap van hoop voor onze landbouwers’
Landbouwleven blikt met Hilde Crevits, Vlaams minister van Landbouw, terug op het voorbije jaar 2021. We kijken ook hoopvol vooruit naar 2022.

Hoe heb je 2021 beleefd?
Het voorbije jaar was ook voor mij, net als voor zoveel Vlamingen, een bijzonder jaar, voortdurend schipperend tussen hoop en vrees, aan de ene kant hopend dat we die vervloekte coronapandemie nu eindelijk definitief achter ons konden laten, aan de andere kant vrezend dat we het laatste nog lang niet gezien hadden. De aanslepende coronapandemie heeft de grote uitdagingen waar onze ondernemers en onze land- en tuinbouwers voor staan nog vergroot. Tegelijkertijd heeft die pandemie ook een ongelooflijke weerbaarheid en veerkracht naar bovengehaald in de mensen. Tijdens bedrijfsbezoeken stond ik vaak versteld van de creativiteit en vastberadenheid van onze land- en tuinbouwers.
Vanzelfsprekend lieten de crisis in de varkenssector en de aanslepende onzekerheid in het stikstofdossier me in 2021 niet los. Van deze 2 dossiers heb ik – en dat overkomt me niet zo vaak – letterlijk wakker gelegen. Bij deze dossiers heb ik de weerbaarheid van de sector, die in het licht van de coronacrisis zo stevig was, ook zien omslaan in een immense professionele en menselijke kwetsbaarheid.
Wat hoop je voor 2022?
Het is intussen wel duidelijk dat we niet snel van het coronavirus verlost zullen zijn. Ook in 2022 zullen we ons dus nog vaak van onze meest weerbare en inventieve kant moeten laten zien. Tegelijkertijd zien we nu al een enorm verschil in de manier waarop we vandaag met de pandemie omgaan vergeleken met het begin van de crisis.
Ik hoop oprecht dat 2022 het jaar wordt waarin we, samen met onze landbouwers en over de grenzen van verschillende bevoegdheden en beleidsniveaus, oplossingen vinden die niet alleen ruimte bieden om nog te ondernemen en te boeren, maar die dat ondernemerschap ook kunnen ondersteunen en stimuleren binnen de wetenschap dat morgen niet zoals gisteren zal zijn. Dat is misschien een harde boodschap, maar ik zie het vooral als een boodschap van hoop. Het beschrijft een wens voor onze ondernemers en boeren die toelaat dat ze hun prachtige job nog vele generaties kunnen blijven uitoefenen.