Parkenbeleid is tot nog toe een gemiste kans volgens SALV
Het parkenbeleid moet dringend opportuniteiten voor de land- en tuinbouwsector ontwikkelen en versterken. De Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij (SALV) uit zich kritisch over het Vlaamse parkenbeleid in het algemeen en het parkenbesluit in het bijzonder. Specifiek over dat besluit in ontwerp werd de adviesraad bevraagd.

Op vraag van minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) formuleerde de SALV een advies omtrent het ontwerpbesluit van de Vlaamse Regering over de Vlaamse Parken. Eind 2022 adviseerde de SALV ook al over het parkendecreet.
Spelregels ontbreken
Volgens de SALV is de uitvoering van het parkenbeleid een gemiste kans. Dat komt grotendeels omdat duidelijke en vooraf vaststaande spelregels ontbreken. Een overkoepelend beleidskader ligt nog niet vast terwijl de uitrol van het parkenbeleid op het terrein wel al volop bezig is.
Kandidaat-Landschapsparken en kandidaat-Nationale Parken moeten al tegen 31 mei hun plan van aanpak indienen. Dat bevat zowel een masterplan met visie voor de komende 24 jaar als een operationeel plan met concrete uitwerking voor de eerste 6 jaar.
Rechtsonzekerheid
Maak er urgent werk van om opportuniteiten voor de land- en tuinbouwsector binnen het parkenbeleid te ontwikkelen en te versterken, lezen we in het advies. De SALV verwijst hiermee naar zijn aanbeveling over het parkendecreet om te zoeken naar ‘wins’ voor de land- en tuinbouwsector en zo een aantrekkelijk en kansrijk parkenbeleid vorm te geven.
Het gebrek aan duidelijke regels zorgt voor grote rechtsonzekerheid op het terrein, niet in het minst bij land- en tuinbouwers. Zij worden al geconfronteerd met zware uitdagingen die niet alleen een impact hebben op (toekomstige) bedrijfsoriëntatie en -organisatie maar ook op het welbevinden van bedrijfsleiders en hun gezinnen. Daarom vraagt de SALV om snel duidelijkheid te scheppen over de spelregels en land- en tuinbouwers rechtszekerheid, bestaanszekerheid en toekomstperspectief te bieden.
Ook opportuniteiten
De SALV ziet nochtans ook opportuniteiten voor de land- en tuinbouwsector in en nabij de Vlaamse Parken:
• de integratie van de programmawerking rond voedsellandschappen. Op de vraag van de SALV om de programmawerking met betrekking tot voedsellandschappen te integreren in het parkenbeleid, vermeldt de beleidsreactie dat de methodiek van de voedsellandschappen ter beschikking staat voor elk kandidaat-park, maar dat niet voorzien wordt dat de Vlaamse Regering dit generiek voor alle Vlaamse Parken uitwerkt. Dit laat de toepassing van de methodiek van voedsellandschappen binnen de Vlaamse Parken echter zeer vrijblijvend. Hierdoor kan er niet de garantie geboden worden dat per park ook actief naar kansen voor land- en tuinbouwbedrijven wordt gezocht (en er budget voor wordt voorzien).
De SALV meent dat het ontbreken van een overkoepelende en concrete uitwerking van de methodiek voedsellandschappen een gemiste kans is in functie van het actief zoeken naar kansen en draagvlak voor het parkenbeleid voor land- en tuinbouwers.
• land- en tuinbouw opnemen in de geïntegreerde gebiedsvisies. Waar landbouw binnen de definitie van Landschapsparken is ingeschreven in het decreet, is dit voor de Nationale Parken niet het geval. Artikel 8 van het ontwerpbesluit legt voor de Nationale Parken een minimaal aantal thema’s voor de betreffende geïntegreerde gebiedsvisie binnen het masterplan op (natuur, recreatie en toerisme, erfgoed en ruimte en omgeving). De adviesraad vraagt om het thema land- en tuinbouw hierin alsnog op te nemen en te laten doorwerken in de operationele plannen.
• doordachte koppelingen leggen met de verdere verduurzaming van de land- en tuinbouwsector en het strategisch plan bio. Voor de SALV is het essentieel dat land- en tuinbouwers worden betrokken in de zoektocht naar de toekomstmogelijkheden voor de verschillende types land- en tuinbouwbedrijven. De SALV ziet in een doordacht parkenbeleid wel kansen om agroecologische principes binnen de landen tuinbouw te stimuleren. Daarnaast kan het parkenbeleid met doordachte koppelingen richting het strategisch plan bio helpen om de doelstellingen van dit plan voor de biologische landbouwproductie te realiseren.
• de afzet in de korte en verkorte keten stimuleren. De SALV ziet opportuniteiten voor land- en tuinbouwers die (een deel van) hun afzet weten te realiseren via de korte/verkorte keten. Het is volgens de adviesraad van belang dat de masterplannen en de operationele plannen weten te verduidelijken hoe hier zal worden op ingezet. Doch is het belangrijk om aan te geven dat landbouwers actief in andere afzetmodellen ook hun plaats en meerwaarde kunnen hebben in de Vlaamse Parken.
Deadline verlengen
De zoektocht naar kansen voor de land- en tuinbouw in en nabij de parken kan volgens de SALV niet vrijblijvend overgelaten worden aan de individuele werking van elk park afzonderlijk, maar diende reeds en moet alsnog als (subsidie)voorwaarde binnen het algemene parkenbeleid worden verankerd. Daarom zou ook de deadline voor het indienen van de masterplannen en operationele plannen verlengd moeten worden om tot gedragen visies en methodieken op het terrein te komen.
Tot slot geeft de SALV in het advies nog enkele aanbevelingen mee over inspraakmogelijkheden, oppervlaktedoelstellingen en parkbevoegdheden. Natuurpunt-BBL participeerden in het adviesproces en wensen enkele minderheidsstandpunten aan te geven.