Startpagina Melkvee

Kunnen we bestendige aminozuren inzetten in een melkveerantsoen?

Pensbestendige aminozuren kunnen aminozuurtekorten in het rantsoen opvangen. Het maakt strikter voederen naar de behoeftenorm mogelijk. Maar hoe en wanneer hebben deze additieven nut?

Leestijd : 5 min

Deze stelling werd onderzocht binnen het Vlaio-project Ekopti (Eiwit en Koe OPTImaliseren), uitgevoerd door Inagro en het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO), via een dierproef in de ILVO-melkveestal en op een praktijkmelkveebedrijf.

Essentiële eiwitten

Aminozuren zijn de bouwstenen van (melk)eiwitten en zijn belangrijk voor de stofwisselingsprocessen in het lichaam. Sommige aminozuren, de essentiële aminozuren, worden niet door ons lichaam zelf aangemaakt en moeten dus uit voeding worden gehaald. Bij melkkoeien zijn methionine en lysine de meest beperkende essentiële aminozuren voor de productie van melkeiwit. Daarnaast zijn ook andere essentiële aminozuren van belang, zoals bijvoorbeeld histidine in een grasrijk rantsoen of in een laageiwitrantsoen.

Onderzoekers van ILVO en Inagro gingen na of het toevoegen van pensbestendige aminozuren aan het melkveerantsoen zinvol is en hoe dat praktisch het best wordt aangepakt.

Vergelijking van 3 rantsoenen

In een ILVO-dierproef werd onderzocht of het toevoegen van pensbestendige aminozuren aan een rantsoen met een laag eiwitgehalte de melkproductie en stikstofefficiëntie bij melkvee kan verbeteren. Het effect van een laageiwit- (14 à 15%) versus hoogeiwitrantsoen (16 à 17%) werd niet onderzocht.

Gedurende de proef kregen 39 melkkoeien een laageiwitrantsoen (14,5% ruw eiwit). De proef begon met een periode van 4 weken waarin de aminozuurreserves van de koeien (voornamelijk histidine) werden uitgeput. Daarna werden gedurende 7 weken 3 behandelingen vergeleken. De eerste groep kreeg geen pensbestendige aminozuren, de tweede groep kreeg pensbestendige methionine en lysine en de derde groep kreeg pensbestendige methionine, lysine en histidine. Dit werd gevolgd door een controleperiode van 5 weken, waarin alle dieren weer het laageiwit-rantsoen kregen.

Aminozuren in een laageiwitrantsoen

De resultaten van de proef toonden aan dat de supplementatie van methionine en lysine (en histidine) geen effect had op de voederopname of op de productieresultaten van de koeien. Ook de stikstofefficiëntie en -benutting (dit is de mate waarin koeien het opgenomen eiwit kunnen omzetten in melkeiwit) werden niet beïnvloed door de behandelingen. De bloedwaarden van methionine, lysine en histidine gaven wel aan dat deze aminozuren goed werden opgenomen door de koeien.

Het aminozuurprofiel van het voer werd op basis van gegevens van het Centraal Veevoeder Bureau (CVB) ingeschat, om zo de specifieke behoefte aan extra toegevoegde aminozuren te bepalen. De aminozuurgehalten in de CVB-veevoedertabel bleken echter overschat, waardoor er, ondanks de supplementatie, nog steeds een tekort aan methionine en lysine was. Alleen histidine werd voldoende aangevuld in de desbetreffende behandelgroep. Andere aminozuren – zoals leucine, isoleucine en fenylalanine – werden ook niet voldoende aangeleverd door het laageiwitrantsoen.

Het voeren van een laageiwitrantsoen heeft over het algemeen een positief effect op de stikstofefficiëntie bij melkvee, maar leidde in deze proef tot een tekort aan bijna alle essentiële aminozuren (behalve arginine en threonine). Meer kennis over de aminozuurbehoeften van melkvee en de aanwezigheid van darmverteerbare aminozuren in voedermiddelen en microbieel eiwit is nodig om pensbestendige aminozuren gerichter te kunnen gebruiken in laageiwit-rantsoenen.

In de praktijk: begin lactatie

Binnen het Vlaio-project Ekopti voerden Inagro en ILVO gedurende ruim een jaar een praktijkproef uit op een melkveebedrijf met een melkrobot. In totaal werden 60 dieren opgevolgd om het effect van aminozuursupplementatie in de vroege lactatie te onderzoeken. Dertig dieren startten hun lactatie zonder supplementatie van aminozuren (CTRL) en 30 dieren met supplementatie van pensbestendig methionine en lysine (AZ) gedurende 150 dagen vanaf de dag na het kalven. Elke groep bestond uit 12 vaarzen, 7 dieren in hun tweede lactatie en 11 dieren in hun derde lactatie of verder.

Het toevoegen van pensbestendig methionine en lysine aan het rantsoen had geen significant effect op de dagelijkse melkproductie, meetmelkproductie (figuur 1), vet- of eiwitproductie. Dit gold zowel voor dieren in hun eerste lactatie, tweede lactatie, derde lactatie of verder, evenals voor de totale groep dieren. Er was echter wel een trend naar een lager vetgehalte bij de dieren in hun eerste lactatie die de aminozuren kregen (P = 0,06). Bij dieren in tweede lactatie was er een trend (P = 0,10) naar een hoger eiwitgehalte in de melk bij de dieren die aminozuren kregen. Er werd geen significant verschil gevonden in het melkvet of -eiwitgehalte bij de andere lactatiegroepen of voor de totale groep.

Figuur 1: Meetmelkproductie van de controle- en aminozuurgroep voor alle dieren en per lactatiegroep (1e, 2e of 3e) over de eerste 150 lactatiedagen.
Figuur 1: Meetmelkproductie van de controle- en aminozuurgroep voor alle dieren en per lactatiegroep (1e, 2e of 3e) over de eerste 150 lactatiedagen. - Bron: Ekopti

De kosten voor het voeren van de aminozuren bedroegen gemiddeld 0,44 euro per koe per dag (inclusief btw). De resultaten toonden echter aan dat er geen significant voordeel was van deze supplementatie in vergelijking met de controlegroep voor dieren in de vroege lactatie (0-150 days in melk (DIM)). De gemiddelde melkprijs (april 2022 - april 2023) was 0,57 euro/l (inclusief btw). Om de kosten van aminozuren te compenseren, zou de gemiddelde meetmelkproductie met minstens 0,76 l per koe per dag moeten stijgen. Bij de vijfjarige gemiddelde melkprijs (2017-2021) van 38,97 euro/100 l, zou de gemiddelde meetmelkproductie met minstens 1,13 l per koe per dag moeten stijgen.

In de praktijk: midden lactatie

Op hetzelfde melkveebedrijf werd ook een tweede dierproef uitgevoerd van april tot augustus 2022, bij dieren in midden lactatie (figuur 2). Twee behandelingen werden vergeleken: zonder supplementatie van aminozuren (CTRL) en mét supplementatie van pensbestendig methionine en lysine (AZ). Gedurende 21 weken werden 84 dieren, opgedeeld in 2 behandelgroepen, opgevolgd (CTRL vs. AZ). De behandelgroepen werden evenwichtig samengesteld, rekening houdend met dagen in lactatie (143 vs. 140 DIM), lactatienummer (1,8 vs. 1,9) en melkproductie (41,1 vs. 40,8 kg/d) bij de start van de behandeling.

Figuur 2: Melkproductie van de controle- en aminozuurproef tijdens de praktijkcase met dieren midden lactatie.
Figuur 2: Melkproductie van de controle- en aminozuurproef tijdens de praktijkcase met dieren midden lactatie. - Bron: Ekopti

De proef bestond uit 2 proefperiodes van respectievelijk 6 en 5 weken, die werden voorafgegaan door een aanpassingsperiode van 3 weken. In deze aanpassingsperiode konden de dieren zich aanpassen aan het omschakelen naar een andere graskuil.

Er werd geen significant verschil gevonden tussen de CTRL- en AZ-groep in melkproductie, meetmelkproductie, vet- en eiwitgehalte, vet- en eiwitproductie en aantal melkingen gedurende beide proefperiodes. Er was ook geen significant verschil in de hoeveelheid krachtvoer die aan beide groepen werd gegeven of in de krachtvoederefficiëntie (g krachtvoer per kg meetmelk).

De kosten voor het voeren van de aminozuren bedroegen gemiddeld 0,33 euro per koe per dag gedurende de hele proef. De resultaten toonden echter aan dat er geen significante voordelen waren van deze supplementatie voor koeien in het midden van de lactatie, in vergelijking met de controlegroep. De gemiddelde melkprijs op het bedrijf (april - augustus 2022) was 0,60 euro/l. Om de kosten van de aminozuren te compenseren, zou de meetmelkproductie met minstens 0,55 l per koe per dag moeten stijgen. Bij de vijfjarige gemiddelde melkprijs (2017-2021) van 38,97 euro/100 l, zou de gemiddelde meetmelkproductie met minstens 0,85 l per koe per dag moeten stijgen.

Meer kennis nodig

De uitgevoerde onderzoeken benadrukken de noodzaak van meer kennis over de aminozuurbehoeften van melkkoeien en over de aminozuursamenstelling van voedermiddelen.

In deze proef waren er geen significante voordelen van de AZ-supplementatie voor koeien in het midden van de lactatie in vergelijking met de controlegroep
In deze proef waren er geen significante voordelen van de AZ-supplementatie voor koeien in het midden van de lactatie in vergelijking met de controlegroep - Foto: Matthieu Frijlink

Deze kennis is essentieel om de effectieve inzet van pensbestendige aminozuren in het melkveerantsoen te waarborgen. Daarnaast kunnen pensbestendige aminozuren mogelijk aminozuurtekorten compenseren wanneer alternatieve eiwitbronnen worden gebruikt ter vervanging van soja, bijvoorbeeld het aanvullen van methionine bij veldbonen of van lysine bij koolzaadschroot.

Tine Van den Bossche (ILVO)

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken