Dringend nood aan kader voor aflopende vergunningen

De Breykenshoeve in Mol is een geliefd bedrijf in de omstreken. Riet en Marc Verschueren hebben 80 koeien en doen al 25 jaar aan korteketenverkoop. Je kan er ontbijten, een ijsje gaan eten en een rondleiding krijgen, maar het zwaard van Damocles hangt boven hun hoofd. Op 17 maart 2024 vervalt hun vergunning, hoewel ze alle nodige stappen ondernamen om tijdig een nieuwe vergunning aan te vragen. Tijdens de afgelopen zomer kregen ze van de overheid te horen dat het wettelijke kader ontbrak om hun aanvraag goed te keuren. Dat maakt hen onschuldige slachtoffers van een slecht bestuur.

Tijd voor decretale verlengingen

“De overheid moet dringend werk maken van decretale verlengingen voor vergunningen die vervallen na 31 december 2023”, stelt Lode Ceyssens, voorzitter van Boerenbond. “Die bedrijven hebben geen zicht op een toekomst, en langer talmen is geen optie.

Net als de Breykenshoeve zitten ook andere kmo’s en industriële bedrijven in dezelfde situatie. Er is gewoon geen kader waarbinnen een vergunning verleend kan worden. Er zit haast achter de verlengingen, want bedrijven moeten ten laatste een maand voor de vervaldag een nieuwe aanvraag voor verlenging van hun vergunning indienen. Nog deze maand moet er dus een decretale verlenging komen om toekomst te bieden aan die bedrijven.”

Aan alarmbel trekken

“Enkele weken geleden was ik nog aanwezig op de Breykenshoeve tijdens Boerderij op stelten (#BOOST), een evenement waarbij meer dan 300 kinderen van het vierde leerjaar kennis konden maken met de landbouw. Alle lachende gezichten die ik toen kon zien, gaven mij een goede blik op de essentie van de Breykenshoeve. Dit is een echt voorbeeldbedrijf, en daarvoor moeten we aan de alarmbel trekken.

Hoe langer deze crisis duurt, hoe meer sterk Vlaams ondernemerschap verloren gaat. Bovendien brengt het ons geen stap dichter bij de doelstellingen voor stikstofreductie. De landbouwsector wil zijn verantwoordelijkheid nemen, maar vindt daar nu zijn weg niet in. We willen de stikstofuitstoot verder verminderen zonder een sociaaleconomisch bloedbad in de Vlaamse agrovoedingsketen. Zolang er geen rechtszeker kader is, moet de overheid vermijden dat bedrijven hun activiteiten moeten stopzetten omdat ze zonder vergunning vallen. De vergunningverlening voor de hele Vlaamse economie moet weer op de rails. De Vlaamse overheid blijft momenteel fors in gebreke”, besluit Lode Ceyssens.

Toekomst van een familiebedrijf

Riet en Marc leven al meer dan 2 jaar in ongeloof en onzekerheid omdat hun levenswerk aan een zijden draadje hangt. “Wij zijn 25 jaar geleden al ‘de weg van de toekomst’ ingeslagen door onze producten te verkopen in de korte keten”, zegt Marc. Ons bedrijf, dat vlak bij het kanaal Bocholt-Herentals ligt, is al jaar en dag een vaste stopplaats voor wandelaars en fietsers. Met plezier voorzien we hen van een drankje en een hapje dat gemaakt is van verse melk.”

“Ondertussen leven niet enkel wij, maar ook onze 2 kinderen en hun partners van dit bedrijf”, vult Riet aan. “Het einde van onze vergunning zou dus het einde van een familiebedrijf betekenen. Om onze toekomst te verzekeren, hebben we vorig jaar al een hele inspanning gedaan. We hebben namelijk al ons jongvee weggedaan. Zo hebben we onze veestapel met 30% verkleind.

Nu weten we niet of dat genoeg was, want we hebben die reductie aangetoond in onze nieuwe vergunningsaanvraag, maar als antwoord kregen we dat er momenteel geen enkel kader is waarbinnen een vergunning verlengd kan worden. Het enige dat wij kunnen doen, is wachten, en dat heeft zeker al lang genoeg geduurd.”

Dochter Nathalie Verschueren hoopt dat het familiebedrijf kan blijven bestaan: “Ik zit nu enkele jaren in het ouderlijke bedrijf, en ik hoop deze job nog heel lang te kunnen doen. Er zijn sowieso al geen plannen om het aantal koeien nog uit te breiden, want wij zijn supertevreden met hoe alles nu verloopt. We blijven hopen op goed nieuws.”

Sanne Nuyts