Startpagina Actueel

Nulbemesting hypothekeert MAP 7

In maart 2023 sloten de landbouw- en natuurorganisaties een akkoord voor een nieuw mestactieplan, MAP 7. Het overleg tussen de verschillende organisaties sprong af op de maatregel om nulbemesting toe te passen in het Vlaams Ecologisch Netwerk. De commissievergadering Leefmilieu van het Vlaams Parlement op 5 december had het uitvoerig over de bezorgdheid van de landbouworganisaties daarrond.

Leestijd : 4 min

De landbouworganisaties in kwestie willen dat de Vlaamse Regering dringend werk maakt van de uitvoering van dit sectorakkoord. Ze vragen zich af wat de Vlaamse Regering zal ondernemen. Van minister Zuhal Demir (N-VA) hopen ze dat zij het overleg opnieuw vlot zal trekken en ze vragen of ze bijkomende maatregelen zal laten doorrekenen. Ze verwachten duidelijkheid over wanneer de nieuwe maatregelen uit MAP 7 op het terrein ingevoerd zullen worden.

Derde stikstofakkoord

Volgens commissielid Stefaan Sintobin (VB) is de nulbemesting in de VEN-gebieden(Vlaams Ecologisch Netwerk) het belangrijke punt van discussie. De natuurverenigingen vinden dat die nulbemesting in het derde stikstofakkoord moet staan. Dat is niet het geval en daarom vragen ze om dat in het ontwerp van Mestdecreet te zetten. De landbouworganisaties zien dat om begrijpelijke redenen niet zitten. Zij zeggen dat de nulbemesting in VEN-gebieden een politieke beslissing moet zijn waarover zij niet willen debatteren.

Volksvertegenwoordiger Mieke Schauvliege (Groen) sloot zich aan bij het standpunt van Sintobin. Zij stelt dat het overlegmodel waar minister Demir op aanstuurde, mislukt lijkt.

Schauvliege wijst er op dat sommige van onze waterlopen in landbouwgebied nog steeds sterk verontreinigd zijn. Bovendien wacht de Europese Commissie op een reactie na de laatste waarschuwing over de nitraatvervuiling in Vlaanderen.

Het commissielid zegt dat het nu aan Demir en aan de Vlaamse Regering is om er de resultaten van de doorrekening door de Vlaamse Milieumaatschappij bij te nemen. Er dienen extra maatregelen uitgewerkt te worden die ervoor zorgen dat de waterkwaliteit in landbouwgebied er echt op vooruit gaat. Dat vragen ook de kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn.

“Zal er pas een mestactieplan zijn als er voldoende maatregelen zijn om ervoor te zorgen dat een veroordeling door de Europese Commissie voorkomen kan worden?”, vraagt Schauvliege zich af.

Bijkomende maatregelen

Tinne Rombouts (cd&v) ging terug naar de bijeenkomst van 7 maart toen landbouw- en milieuorganisaties een akkoord sloten over een zevende mestactieplan. Dat akkoord zegt dat de huidige regeling, artikel 41 bis en artikel 41 van het Mestdecreet behouden blijven. Navolgende maatregelen uit het Krokusakkoord 2022 en die voorwerp zijn van nadere politieke beslissing zijn nulbemesting, groene bestemmingen in SBZ-H, en de VEN-gebieden. Volgens haar is de nulbemesting groene bestemmingen in de VEN-gebieden geenszins het voorwerp van nadere politieke beslissing geweest.

Van de minister wilde Schauvliege graag weten hoe ze zal reageren indien eventuele bijkomende maatregelen niet tot overleg of een akkoord tussen de organisaties zal leiden.

Patstelling

Arnout Coel (N-VA) had het over een patstelling waarin men, na een constructieve fase in het voorjaar, momenteel is beland. Vlaamse landbouwers hebben duidelijkheid nodig over de nieuwe mestregels. Ze moeten hun planning kunnen maken voor volgend jaar. Het nieuwe bemestingsseizoen start vanaf februari.

Ook hij informeerde naar timing of stappenplan voor de afronding van de milieueffenrapportage en de passende beoordeling.

Het opvolgingsorgaan MAP 7 werd volgens minister Zuhal Demir opgericht met de vertegenwoordigers van de middenveldorganisaties en de administratie. De opdracht was om het princiepe-akkoord van MAP 7 concreet te maken.

De minister vindt het jammer dat een aantal organisaties op woensdag 22 november het overleg hebben verlaten.

Het ontwerp MAP 7 zoals het in april aan de Europese Commissie werd overgemaakt, zal volgens Demir verder worden doorgerekend in functie van de verplichte opmaak van een milieueffectrapport en een passende beoordeling. De Europese Commissie liet immers als repliek weten dat het van groot belang was dat een aantal onderdelen van het plan verder werden uitgewerkt en dat de effecten ervan zouden worden doorgerekend naar hun milieu-impact.

Minister Demir vindt het logisch dat inhoudelijk – in de mate van het mogelijke – bij het akkoord van maart 2023 wordt gebleven net als bij de verdere concretisering die gebeurd is binnen het opvolgingsorgaan.

Hiervoor zullen volgens haar doorrekeningen gebeuren voor het MER, die zullen worden opgemaakt door een onafhankelijke MER-deskundige. De richtlijnen voor de opmaak van het plan-MER zullen eerstdaags door het Departement Omgeving worden gepubliceerd.

Nog 2 maanden

Uit eerdere berekeningen door de VMM blijkt volgens de minister dat de maatregelen uit het princiepe-akkoord de doelstellingen nog niet volledig zouden realiseren. Vandaar denkt zij dat het belangrijk is goed te kijken naar het MER en de passende beoordeling.

Met het plan-MER worden er volgens Demir sowieso een aantal alternatieven onderzocht zodat er een aantal opties op tafel liggen. De minister zegt dat ze dan graag de organisaties weer aan tafel wil brengen. Ze benadrukt dat iedereen akkoord gaat over het bereiken van de doelstelling binnen het plan-MER.

Wat de timing betreft veronderstelt de minister dat nog een tweetal maanden geduld nodig is omdat het plan-MER dient afgewacht te worden net als de passende beoordeling. Het afwerken van het plan-MER zal volgens haar duidelijkheid geven over het te bereiken doel.

Voor de landbouwsector is het ondertussen duidelijk, accentueert minister Demir: “Zolang er geen MAP 7 is, gelden de bepalingen van MAP 6.”

Fons Jacobs

Lees ook in Actueel

Nieuwe KB’s in de strijd tegen IBR

Veeteelt Er zijn op 6 mei 2 Koninklijke Besluiten verschenen in het Staatsblad die moeten helpen in de strijd tegen Infectieuze Boviene Rhinotracheïtis (IBR) die voorkomt bij runderen.
Meer artikelen bekijken