Startpagina Maïs

Hoe presteerden de korrelmaïsrassen uit het normale netwerk van 2023?

In dit artikel gaan we na hoe de verschillende korrelmaïsrassen uit het normale Varmabel-netwerk vorig jaar presteerden. Deze waren aangemeld voor de postinscriptierassenproeven.

Leestijd : 6 min

Een goed rendement, gecombineerd met een laag vochtgehalte van de korrel, vormen de basiscriteria om korrelmaïsrassen te kiezen. Andere parameters, zoals gevoeligheid voor stengelrot, builenbrand en legervastheid zijn echter ook van belang, samen met een stabiele opbrengst over meerdere jaren.

Korrelopbrengst en vochtgehalte

Een hoge korrelopbrengst is voor elk korrelmaïsras uiteraard van groot belang. Voor CCM en de verkoop voor bio-ethanol blijft dit de belangrijkste parameter. Dit is wel in de veronderstelling dat het als korrelmaïsras onder normale omstandigheden een vochtgehalte van 30-35% moet behalen. Voor droog graan zou het vochtgehalte in het ideale geval lager dan 30% moeten zijn bij de oogst. In het geval van een toepassing als droog graan kiest men het best voor vroegrijpe korrelmaïsrassen. Op deze manier beperkt men de droogkosten en heeft men ook meer garanties op een tijdige oogst.

Een vroegrijp ras heeft ook als voordeel dat de oogst onder normale omstandigheden op tijd kan gebeuren en dat men nog tijdig bijvoorbeeld wintergranen of een groenbemester kan inzaaien. Voor een toepassing als vochtig graan speelt de vroegrijpheid minder en is de belangrijkste parameter de korrelopbrengst.

De afgelopen 3 teeltjaren kenden wisselende weersomstandigheden. In de meerjarige synthese (zie tabel 3) zien we voor een aantal rassen grote schommelingen in de resultaten van jaar tot jaar. Dat toont eens te meer aan dat regelmatige resultaten in wisselende teeltomstandigheden een sterke troef zijn voor een ras. Daarom dat men het best naar de resultaten over meerdere jaren heen kijkt bij de rassenkeuze.

04-varmabel-3 (2)

Andere parameters

Gezien korrelmaïs tot in een verge-vorderd rijpheidstadium op het veld moet blijven staan, is een goede legervastheid belangrijker dan voor kuilmaïs. In 2023 kwamen legering en stengelbreuk weinig voor.

De gevoeligheid voor stengelrot blijft een belangrijk criterium bij de rassenkeuze voor korrelmaïs. Jaarlijks stellen we tussen de geteste variëteiten verschillen vast in de aantastingsgraad met fusarium. Bij sommige gevoelige rassen komt de ziekte slechts in een laat stadium tot uiting. Bij deze rassen voorziet men het best een vroege oogst (bijvoorbeeld als CCM). Als men na korrelmaïs tarwe wil inzaaien, moet men zeker kiezen voor de meer tolerante rassen. Ook moet dan de nodige aandacht besteed worden aan het onderwerken van de gewasresten.

In 2023 werd weinig builenbrand op de kolf vastgesteld. Soms werd builenbrand op de stengel vastgesteld. Het is evident dat bij korrelmaïs vooral de builenbrand op de kolf voor opbrengstverliezen en problemen zorgt. Bij de tellingen op korrelmaïsrassen wordt enkel naar de aantasting op de kolven gekeken.

Opbouw van het proefveldnetwerk

In het kader van het Varmabel-netwerk werden – net zoals voor kuilmaïs – door het Centre indépendant de promotion fourragère (CIPF) en het Landbouwcentrum voor Voedergewassen (LCV) samen de postinscriptierassenproeven van het normale netwerk korrelmaïs aangelegd. De coördinatie van het netwerk en het synthetiseren van de resultaten gebeurt door het CIPF.

04-varmabel-1 (3)

In het normale netwerk worden de betere korrelmaïsrassen van de afgelopen jaren uitgezaaid, samen met de koplopers van het voorlopige CIPF-netwerk van 2022. Daarbij komen nog de recent op de Belgische rassencatalogus ingeschreven hybriden en ten slotte nog een aantal goed presterende rassen die in 2022 hun eerste jaar meeliepen in de officiële rassenproeven.

Alle korrelmaïsrassen worden gerangschikt op basis van opbrengst per hectare (aan 15% vocht van de korrel), zie tabel 2 en figuur 1. Op de website van het CIPF en LCV kan je ook een sortering op basis van financiële opbrengst in euro/hectare terugvinden. De financiële opbrengst geeft de verkoopprijs van het graan weer met de droogkosten (berekend volgens de Fegra-normen) in rekening gebracht.

66 geteste rassen

In het normale netwerk van 2023 (zie tabel 1) werden 66 korrelmaïsrassen getest. De resultaten van 6 locaties werden in de synthese van 2023 verwerkt: Bierghes, Chastre, Grand-Leez et Sleidinge (CIPF), Oosterzele en Tongeren (LCV). De verschillende rassen werden vergeleken ten opzichte van 4 standaardrassen (Ashley, Ec Gisella, P8904 en Rgt Alyxx).

Bij een afzet als ‘droog graan’ kiest men het best voor vroegrijpe korrelmaïsrassen.
Bij een afzet als ‘droog graan’ kiest men het best voor vroegrijpe korrelmaïsrassen. - Foto: TD

De standaardrassen zijn rassen die reeds meerdere jaren getest zijn en die worden gekozen omwille van hun regelmatige en bevredigende eigenschappen voor de belangrijkste rascriteria. De gemiddelde korrelopbrengst van de verschillende proeven varieerde van 12,9 tot 15,6 ton per hectare (bij 15% vocht) en bij gemiddelde vochtgehaltes bij de oogst gaande van 26,2 tot 33,7%.

Bevestigende korrelmaïsrassen

Voor het tweede jaar op rij geeft Lid2020c de beste korrelopbrengst, met een vochtgehalte van 15% binnen dit netwerk. Bovendien biedt deze variëteit ook een van de beste financiële opbrengsten, ondanks een vochtgehalte dat iets hoger is dan het gemiddelde van de variëteiten.

De variëteit Limagold (Lg 31325) staat op de derde plaats van korrelopbrengst, met een vochtgehalte van 15%. Deze variëteit is zeer consistent van jaar tot jaar. Door het hoge vochtgehalte ligt het financiële rendement laag. Daarom wordt deze variëteit bij voorkeur gebruikt voor de productie van vochtig maïsgraan.

Voor het vijfde testjaar bevestigt de variëteit Farmoritz opnieuw zijn uitstekende opbrengstresultaten. Onder de variëteiten die minstens 3 jaar zijn getest, levert Farmoritz de beste gemiddelde korrelopbrengst over 3 jaar. Ondanks een vochtgehalte dat hoger is dan het gemiddelde van de variëteiten, biedt het ook een zeer goede financiële opbrengst.

04-varmabel-2 (2)

Lg 32257 bevestigt in zijn tweede jaar. Het ras geeft een goede korrelopbrengst en heeft een laag vochtgehalte. Daardoor biedt Lg 32257 een zeer goede financiële opbrengst en staat het op de derde plaats voor dit criterium. Het ras presteert eveneens goed als silomaïs.

De variëteiten Bismark, P8904 en Kws Editio vertonen vergelijkbare resultaten. Ze leveren zeer goede korrelopbrengsten bij een vochtgehalte van 15 %. Bismark en P8904 worden eerder aanbevolen voor de productie van vochtig maïsgraan vanwege het hoger vochtgehalte. Kws Editio heeft een lager vochtgehalte en behoort tot de beteren wat betreft financiële opbrengst. Het ras kan als dubbeldoelmaïs gebruikt worden.

Farmueller en Ec Gisella behalen uitstekende korrelopbrengsten en financiële resultaten, ondanks een vochtgehalte dat iets hoger is dan het gemiddelde. Ze bevestigen hun resultaat van 2022

Kws Emporio behaalt de hoogste financiële opbrengst binnen dit netwerk door de hoge graanopbrengsten bij 15% vocht, in combinatie met een zeer laag vochtgehalte. Deze eigenschappen maken het ras zeer geschikt voor de oogst als droog graan. Het ras bevestigt de resultaten behaald in 2022 en is geschikt als dubbeldoelmaïs.

De variëteiten Digital, Lg 31230 en Greatful leveren goede, vergelijkbare korrelopbrengsten. Door het lage vochtgehalte behalen ze bij gevolg zeer goede financiële resultaten.

Lid2210c onderscheidt zich door zijn vroegrijpheid. Dankzij een laag vochtgehalte bekomt men een zeer interessant financieel rendement.

Figuur 1: Korrelmaïsopbrengsten aan 15% vochtgehalte, bekeken volgens relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam.
Figuur 1: Korrelmaïsopbrengsten aan 15% vochtgehalte, bekeken volgens relatieve waarde. Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam. - Bron: Varmabel - Normaal netwerk 2023

Interessante nieuwe variëteiten

De nieuwe variëteiten Plesant en Lid3306c staan respectievelijk op de tweede en vijfde plaats in de ranglijst van graanopbrengst bij 15% vocht. Met een hoger vochtgehalte behoren ze tot de meer late variëteiten. Hoewel beide variëteiten een interessant financieel rendement opleveren, worden ze bij voorkeur gebruikt voor vochtig maïsgraan.

De variëteit P8436 behaalde uitstekende resultaten bij zijn debuut in dit netwerk. Het behaalt een uitstekende graanopbrengst bij 15% vocht. De combinatie met een vochtgehalte dat dicht bij het gemiddelde ligt, geeft dit ras een zeer goed financieel rendement.

Bots en Dkc3719 maken een beloftevolle entree in dit netwerk, met een uitstekende korrelopbrengst bij 15% vocht. Bovendien leveren ze zeer interessante financiële resultaten.

Figuur 2: Korrelmaïsrendementen bekeken volgens financiële opbrengst (relatieve waarde). Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam.
Figuur 2: Korrelmaïsrendementen bekeken volgens financiële opbrengst (relatieve waarde). Zie tabel 2 voor de verwijzing naar de variëteitnaam. - Bron: Varmabel - Normaal netwerk 2023

Nieuwkomers Barkley en Fight lijken veelbelovend. Beide rassen laten een uitstekende graanopbrengst bij 15% zien. Met een lager vochtgehalte maakt Barkley zich geschikt voor een oogst als droog graan. Het ras staat op de vijfde plaats wat het financiële rendement betreft.

Kws Arturello en Korfu geven in het eerste jaar zowel goede korrel- als financiële opbrengsten.

Nieuwkomers P7818 en Chelsey laten zich opmerken door hun vochtgehaltes. Deze eigenschap draagt bij aan hun uitstekende financiële prestaties.

In 2023 waren de problemen met builenbrand op de kolf, stengelbreuk en legering zeer beperkt in de proeven. Daarentegen werd stengelrot waargenomen in 5 van de 6 geoogste proeven. Onder de variëteiten die gevoeligheid vertoonden voor stengelrot, kunnen de variëteiten Farmueller, Ec Gisella, Dkc3719 en P7818 worden genoemd.

Marc Verbiest, Michaël Mary en Guy Foucart (CIPF), Geert Haesaert, Joos Latré, Gert Van de Ven, Ellen Versavel en Femke Moors (LCV)

Lees ook in Maïs

Meer artikelen bekijken