Startpagina Stikstof

PAS-reeks (12): Hoe ammoniakemissie reduceren op rundveebedrijven?

Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij geeft in dit twaalfde artikel van de PAS-reeks een overzicht van de ammoniakemissiereducerende maatregelen die bij rundvee ingezet kunnen worden om de beoogde reductiedoelstellingen te realiseren.

Leestijd : 3 min

Op 22 februari 2024 werd het stikstofdecreet gepubliceerd in Het Belgisch Staatsblad. Voor elk rundveebedrijf werden reductiedoelstellingen vooropgesteld (zie eerder verschenen artikels). Het stikstofdecreet bepaalt dat de doelstellingen kunnen gerealiseerd worden door het verminderen van het aantal dieren, door een ammoniakemissiereducerende maatregel of door een combinatie van beide.

Hieronder worden ammoniakemissiereducerende maatregelen beschreven.

Wat is een ammoniakemissie- reducerende maatregel?

Naast het stikstofdecreet werd op 19 april 2024 door de Vlaamse regering een decreet ammoniak-emissiereducerende maatregelen goedgekeurd. Dit decreet bevat enerzijds de lijst van ammoniak-emissiearme stallen (AEA-lijst) en anderzijds de PAS-lijst met maatregelen voor rundvee en managementmaatregelen voor de varkens- en pluimveesector. Dit heeft tot gevolg dat enkel maatregelen uit dit nieuwe decreet kunnen ingezet worden om de reductiedoelstellingen te realiseren. Deze lijst van ammoniakemissiereducerende maatregelen (AER-lijst) is een dynamische lijst en kan aangevuld worden met nieuwe technieken en maatregelen na een administratieve en wetenschappelijke beoordeling.

De maatregelen zelf bestaan uit stal- en bedrijfsmanagementtechnieken of uit de combinatie van verschillende maatregelen. Elke maatregel is beschreven in een systeembeschrijving of maatregelenfiche. De voorwaarden die in deze fiche zijn opgenomen, moeten gedurende de hele duur van de vergunning toegepast worden. De voorwaarden hebben betrekking op de uitvoering van de techniek of maatregel, maar ook op de registraties en het bijhouden van gegevens.

Melkvee

Voor melkvee zijn er 27 maatregelen, waaronder beweiden; het frequent schuiven van de vloer met een mestschuif of mestrobot, al dan niet in combinatie met het gebruik van water; verschillende vloersystemen en de toepassing van een luchtwasser op een melkveestal (tabel 1).

Beweiden in groep Afhankelijk van het aantal uren beweiding en de uitvoering van de stalvloer wordt een reductiepercentage toegekend. Bij een beweiding van 700 uren wordt een logboek gebruikt om de weide-uren aan te tonen. Vanaf 1.400 uren moeten de gegevens digitaal geregistreerd worden. Belangrijk hierbij te vermelden is dat er tijdens het beweiden geen dieren in het deel van de stal waarvoor de maatregel van toepassing is, mogen aanwezig zijn. Deze maatregel kan ook toegepast worden voor vaarzen of jongvee.

Mestschuif/-robot Zes keer per dag de mestschuif of -robot laten schuiven over de dichte vloer of roostervloer levert een reductie van 10% op. Tien keer schuiven levert een reductie van 15% op. Het schuiven kan gecombineerd worden met het sproeien van 3 l regenwater per m² per dag, maar er moet op het bedrijf bekeken worden of de nodige water- en mestopslag voor deze maatregel haalbaar is.

Vloersystemen Er zijn verschillende vloersystemen opgenomen in de lijst, met telkens een verschillende uitvoering, werking en reductiepercentage. Dit kan gaan van roostervloeren met klepsystemen, tot geperforeerde vloeren met onderliggende gier- of mestkelders en dichte vloeren met gierafvoergoten.

Luchtwasser Voor stallen vanaf 120 melkkoeien is de toepassing van een chemische luchtwasser in een natuurlijk geventileerde stal opgenomen. Hoewel dit minder praktisch toepasbaar is, is ook een chemische luchtwasser of een biologische luchtwasser op een mechanisch geventileerde stal een ammoniakemissiereducerende maatregel.

20-Ammoniakemissiereducerende-web (2)

Jong- en vleesvee

Voor jongvee en alle vleesveecategorieën is er de maatregel ‘Beweiding in combinatie met leegstand’. Gedurende een aaneengesloten periode van 100, 125, 150, 175 of 200 dagen blijven de dieren 24 uur op 24 buiten op de weide. Hiervoor wordt dan respectievelijk 15, 20, 30, 40 of 45% reductie toegekend. In stallen met een roostervloer moeten de kelders worden leeggemaakt om de emissies in de stal te beperken. Ingestrooide stallen hoeven niet te worden uitgemest, omdat de emissie volgens metingen stilvalt wanneer er geen dieren meer aanwezig zijn. 

Mestkalveren

Voor de diercategorie ‘vleeskalveren tot 8 maanden’ is slechts één maatregel opgenomen in de AER-lijst, namelijk een chemisch luchtwassysteem op een mechanisch geventileerde stal met een reductie van 70%. Voor de eisen en uitvoering van deze maatregel wordt ook verwezen naar de systeembeschrijving van het chemisch luchtwassysteem, die in de AEA-lijst is opgenomen. 

Praktische haalbaarheid

Elke rundveehouder zal moeten nagaan welke maatregelen haalbaar zijn binnen de bedrijfsvoering. Het is niet noodzakelijk om bijvoorbeeld alle vergunde melkkoeien of alle vergunde zoogkoeien in een beweidingsmaatregel op te nemen. Dit is praktisch ook niet uitvoerbaar. Hou zeker rekening met een aandeel dieren die op stal blijven omwille van behandelingen, kalvingen, ziekte of andere redenen. Er is tevens ook de mogelijkheid om een maatregel te beperken tot een stalafdeling. Belangrijk is dan wel dat het goed wordt aangeduid op het plan van de vergunningsaanvraag waar de maatregel wordt toegepast.

Agentschap Landbouw en Zeevisserij

Lees ook in Stikstof

Geen emissiereducerende technieken voor kalkoenhouderijen

Pluimvee Ook de kalkoenenhouders moeten zich houden aan het Stikstofdecreet van de Vlaamse regering. Nog tot eind 2030 kunnen ze een tijdelijke vergunning vragen zonder maatregelen te nemen. Voor de periode daarna zou het Wetenschappelijk Comité Luchtemissies Veehouderij (WeComV) volgens minister van Landbouw Jo Brouns misschien stalsystemen uit de Nederlandse lijst of uit de vleeskippensector kunnen erkennen als emissiereducerend voor kalkoenen.
Meer artikelen bekijken