Startpagina Varkens

Mestopslag na varkensstop ter discussie

Varkenshouders die een vergoeding binnen de stopzettingsregeling kregen, mogen geen varkensmest meer opslagen. Uitzondering op die regel is er voor het gedeeltelijk stopzetten van de varkenstak op een bedrijf. In die gevallen mogen nog wel varkens en mestopslag aanwezig zijn op het bedrijf. Volgens commissielid Andy Pieters (N-VA) gaat het er in de praktijk soms anders aan toe.

Leestijd : 3 min

In de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement verduidelijkte minister Jo Brouns (cd&v) op 15 juli dat varkenshouders die instappen in de stopzettingsregeling wel de kelder mogen behouden voor de opslag van water of zelfs effluent. De minister repliceerde daarmee op een tussenkomst van commissielid Andy Pieters die te weten kwam dat deze regeling met de voeten wordt getreden. Volgens hem blijven mestkelders onder voormalige varkensstallen behouden ondanks de toegekende stopzettingsvergoeding. Ze zouden volgens Pieters zelfs opnieuw vergund worden of vergund worden met een uitbreiding van de landbouwactiviteiten.

Pieters ging nog een stapje verder. Hij vermoedt dat de Vlaamse overheidsdiensten kennis hebben van deze praktijk maar haar stilzwijgend toelaten.

Volledig en definitief

Om de stopzettingsvergoeding te verkrijgen, moet volgens minister Brouns het houden van varkens vrijwillig, volledig en definitief worden stopgezet, conform punt 425 van de richtsnoeren. Dat betekent dat de stalinrichting van de stal dient te worden verwijderd, dat de vergunning moet worden aangepast door het schrappen van de dierplaatsen en dat er na de stopzetting in de stal in kwestie geen dieren meer mogen worden gehouden.

De minister gaat nog verder. Hij zegt dat in het besluit, dat opgesteld is onder de vorige regering, geen specifieke bepalingen zijn opgenomen over de mestopslag. Het besluit bepaalt wel dat er voor de locatie van de exploitatie in kwestie geen vergunning kan worden aangevraagd die leidt tot een verhoging van de ammoniakemissies ten aanzien van de aangepaste vergunning.

Het verkrijgen van een aangepaste vergunning, voor zover noodzakelijk, voor een andere functie voor de stal die niet leidt tot een verhoging van de ammoniakemissies, zoals opslag van goederen, blijft wel mogelijk.

Jo Brouns zegt geen weet te hebben van dossiers waar een tijdelijk kader met het oog op het uitrijden van de mest is vergund. Maar hij kan zich voorstellen dat daar enige mildheid aan de dag is gelegd. Dit lijkt de minister logisch. Hij zou niet willen dat veehouders mest uitrijden op het foute tijdstip.

Ruimte en flexibiliteit

Binnen de stopzettingsregeling wordt volgens minister Brouns ruimte en flexibiliteit geboden om de stopzetting op een ordentelijke manier te kunnen organiseren, zowel op bedrijfstechnisch als persoonlijk vlak. Er is 2 maanden tijd tussen de stopzetting en de melding hiervan aan de bevoegde autoriteiten.

In het algemeen is het zo dat, indien vastgesteld zou worden dat niet is voldaan aan de bepalingen uit het besluit, er verschillende mogelijkheden zijn om hier gevolg aan te geven om dat te kunnen handhaven. Aan de betrokkenen kan worden gevraagd zich alsnog te schikken naar de regels of kan de stopzettingsvergoeding worden teruggevorderd. Boetes en dwangsommen behoren daarbij in het uiterste geval tot de mogelijkheden.

Fons Jacobs

Lees ook in Varkens

Meer artikelen bekijken