Startpagina Groenten

Onderzoek maakt efficiënte yaconteelt mogelijk

Stilaan stijgt de verkoop van yacon in de markt. De telers houden de arealen nog beperkt omdat de vraag maar geleidelijk aan toeneemt. Efficiënt telen blijft belangrijk en dus onderzoekt het proefcentrum voor de groenteteelt (PCG) al verschillende jaren de teelttechniek. Ook worden verschillende rassen uitgetest. Het harde werk loont. Sommige rassen doen het consistent beter, zoals Morado.

Leestijd : 5 min

Vorig jaar werd er al heel wat meer yacon verkocht in de supermarkten. Verschillende winkels van Carrefour, maar ook Bioplanet, gaven aan er verder mee te willen gaan. Carrefour verkoopt nog voornamelijk in Limburg.

Interesse in uitbreiden

In het kader van het Leader-project ‘Zin voor innovatie: start met nieuwe teelten!’ komen er werkgroepjes met onderzoekers en telers samen om hun ervaringen rond yacon uit te wisselen. “Zo komen we in het najaar opnieuw samen”, vertelt PCG-onderzoekster Annelien Tack. De yacontelers zitten verspreid over heel Vlaanderen, maar de meerderheid van hen is momenteel gevestigd in West-Vlaanderen. In het project van PCG zijn ook enkele Oost-Vlaamse telers betrokken die willen starten met de teelt.

De extra promotie rond yacon in het najaar van 2017 heeft er toe bijgedragen dat de meeste telers hun product vlot hebben kunnen verkopen. Dit jaar willen een aantal landbouwers dan ook uitbreiden om het aanbod te verhogen. De telers met een grotere oppervlakte yacon zijn meestal telers die hun afzet organiseren via de veiling. Telers met een kleine oppervlakte kiezen dan weer voor thuisverkoop, rechtstreekse verkoop aan restaurants of groothandel en korte ketenverkoop. “Of er meer telers bijkomen is moeilijk in te schatten. Het is immers niet evident om aan een grote hoeveelheid plantmateriaal te geraken.” Vooral naar particulieren worden knolletjes aangeboden, maar dan in kleine hoeveelheden. “Professionelen die willen starten kunnen wel bij bij PCG terecht.”

Promotie nodig

Want potentieel zit er wel in yacon. De opbrengsten zijn goed. De voorbije jaren varieerden die tussen 30 en 60 ton per hectare. “Het oogsten zal wel steeds arbeidsintensief blijven. De knol is ook gevoelig voor breken, en bij beschadiging wordt die gevoeliger. Aangezien de teelt zo arbeidsintensief is en de knollen voorzichtig aangepakt moeten worden, moet hier uiteraard een eerlijke prijs voor de landbouwer tegenover staan.”

Verder lijkt het dat alle groottes van knollen een bestemming kunnen vinden. Als men ze verkoopt in schaaltjes, kan een kleinere sortering gebruikt worden. Verkoopt men ze vrij, dan mogen ze gerust wat groter zijn. De erg grote knollen zouden dan weer hun toepassing kunnen vinden in de verwerking. “Maar de consument kent het product nog niet al te goed, dus is er echt nood aan promotie van het product. Op die manier kan de afzet langzaamaan groeien.”

Rassenproef

Aan het PCG werden 11 rassen in proef aangelegd. Op 19 april werden de knollen geplant met een aardappelplanter. Sommige rassen hebben een naam. Bij andere rassen werd enkel verwezen naar de plaats van waar ze komen, zoals Peru of Nieuw-Zeeland. “Verschillende rassen lijken wel erg goed op elkaar”, klinkt het. “We staan in nauw contact met Vives Hogeschool in Roeselare. Daar engageren we ons in een project rond veredeling van yacon en bataat. Wij leveren hen materiaal van yacon en bataat; zij doen onder andere DNA onderzoek om te kijken welke soorten verwant zijn en kunnen dienen om verder mee te veredelen.”

In 2011 testte het PCG ze voor de eerste keer yacon uit. Toen dat goed ging, werd uitgebreid naar meer rassen. “In 2014 bekwamen we via een verzamelaar 11 verschillende soorten. We zijn toen gestart met een aantal knolletjes per soort. Die konden we jaar na jaar vermeerderen voor grotere proeven.” Niet alle rassen doen het elk jaar even goed. Dat hangt af van de duur van het seizoen en de weersomstandigheden. Sommige rassen deden het in de proefperiode 2014-2017 wel consistent beter, zoals de courante gele soort, Morado en Blanco.

Met de grote proef dit jaar erbij bekomt men wel een mooi overzicht. De teelt staat nog op het veld, en in het najaar zal er worden geoogst. Over de opbrengst kan dus nog niets worden gezegd. De gewaskenmerken zoals wegval, uniformiteit en het volume van het gewas werden wel reeds beoordeeld in het veld. Wat nu al opvallend is, is dat Morado, de meest courante gele soort en de witte soort weinig wegval vertonen. Morado en de witte soort zijn tot nu toe de meest uniforme gewassen. Dit wil echter nog niets zeggen over de productie ondergronds.

Pas op bij vorst

Wat betreft bodemsoort en bemesting is het gewas niet zo veeleisend. Yacon kan veel omstandigheden verdragen, maar kent toch zijn grenzen. “Door de warmte en de droogte deze zomer moesten we wel irrigeren. De plant moet aan de groei blijven. We hebben in het verleden al gemerkt dat bij minder vocht de plant nog wel groeit, maar minder opbrengst geeft.”

Yacon is een kortedagplant, wat betekent dat de knollen pas goed groeien op het einde van het seizoen. “Des te langer het seizoen duurt, des te hoger wordt de opbrengst”, tipt Tack. Echter, de knollen bestaan voor bijna 90% uit vocht en zijn hierdoor wel gevoelig voor vorst. Na één nacht vorst in september merkten de PCG-onderzoekers een beetje zwartverkleuring aan de bladeren, maar voor het grootste deel bleven de planten groen. “Enkele bladeren met zwartverkleuring kan niet veel kwaad. Maar als het meer vriest en het overgrote deel van de bladeren kapot gaat, valt de fotosynthese weg en kunnen de knollen niet meer groeien.” Dan is het tijd om te oogsten.

Herbicidenproef

V orige jaren werd al veel ingezet op teelttechniek, dus daar zal in de toekomst niet meer op gefocust worden. “Ziekten en plagen vormen tot nog toe geen problemen in de teelt van yacon, dus daar hoeven we voorlopig niet op in te zetten”, voegt ze toe.

Voor verdere opschaling van de teelt vormt het gebrek aan erkende herbiciden nog steeds een knelpunt. Aan het begin van de teelt groeit het gewas traag, en is er sprake van veel open bodem. Onkruidbeheersing is dus belangrijk. “Momenteel moet het onkruid mechanisch bestreden worden. Dit kan door te schoffelen tussen de rijen, maar vaak moet nog manueel bijgewerkt worden. Voor kleinere oppervlaktes zoals vaak het geval op biologische bedrijven kan dit perfect haalbaar zijn. Voor grootschaligere, gangbare teelt is dit echter heel arbeidsintensief”, legt Tack uit. Daarom worden verschillende herbiciden gescreend die mogelijk via extrapolatie uit andere teelten een erkenning zouden kunnen krijgen in yacon. "Zo kunnen de aanwezige residustudies uit de witloofwortelteelt geëxtrapoleerd worden naar yacon en rest ons nog de selectiviteit van de middelen aan te tonen in yacon. De middelen mogen uiteraard geen schade toebrengen aan het gewas."

De screeningsproef werd gedaan in de teelt van de meest courante gele soort yacon. Vijf dagen na planten werd behandeld met verschillende bodemmiddelen, in dosissen die ook erkend zijn in de witloofwortelteelt. Tijdens de proef werd de opkomst en fytotoxiciteit beoordeeld, en kon geconcludeerd worden dat de meeste bodemmiddelen veilig zijn om te gebruiken in de teelt. “Potentieel voor de toekomst is er dus wel”, vertelt Annelien. In elk geval worden de resultaten doorgegeven aan het Kenniscentrum Duurzame Tuinbouw (KDT). Hun taak bestaat er onder andere in dossiers samen te stellen voor uitbreidingen van gewasbeschermingsmiddelen in kleine teelten.

MV

Lees ook in Groenten

Het behoud van specifieke middelen is een vorm van natuurherstel, stelt groenteteler Meindert-Jan Botman

Groenten Broccoli- en bloemkoolteler Meindert-Jan Botman uit het Nederlandse Oostwoud maakt zich niet alleen ernstig zorgen om het verdwijnen van het middelenpakket om ziektes en plagen te kunnen bestrijden, hij is ook al flinke bedragen kwijt om zijn gewassen tegen haas, gans, duif en eend te beschermen. Toch geeft de teler niet op. Hij ging zelfs eind december naar Amerika om er een speciale broccolioogstmachine te gaan bekijken.
Meer artikelen bekijken