De grote zuivelondernemingen in de EU betaalden in augustus gemiddeld een voorschotmelkprijs uit van 33,36 euro per 100 kg standaardmelk. De prijs ligt daarmee 7 cent lager dan een maand eerder. De gemiddelde melkprijs in augustus 2019 ligt € 0,96 ofwel 2,8% lager dan in dezelfde maand vorig jaar. Dat blijkt uit de Europese melkprijsvergelijking van de Nederlandse boerenbond LTO.
De melkprijzen van de meeste zuivelondernemingen zijn niet gewijzigd. Voor Milcobel bleef de melkprijs met 31,72 euro voor de vijfde maand op rij gelijk - en dus ook achter op het Europees gemiddelde. Het gemiddelde daalde omdat de Ierse ondernemingen Dairygold en Glanbia de melkprijs met 1 euro per 100 kg hebben verlaagd. Ook het Duitse Müller en Franse Danone hebben hun prijzen verlaagd, zij het met slechts respectievelijk 40 en 10 cent. De berekende melkprijs van Saputo Dairy is met 60 cent per 100 kg verlaagd, maar dit komt volledig doordat de waarde van het Britse pond ten opzichte van de euro is gedaald.
Aanvoer
Bij het prijzenoverzicht geeft de Nederlandse Zuivel Organisatie een marktupdate. De EU melkaanvoer liet, na ongeveer gelijk te zijn gebleven in mei en juni, een kleine stijging zien in juli (+0,4%). Cumulatief lag de EU-melkaanvoer tot en met juli 2019 0,3% hoger dan in dezelfde periode van 2018. Duitsland, Frankrijk en Nederland laten al geruime tijd een daling zien. Ook in juli was dit het geval. De melkaanvoer in Ierland nam toe met 10%. In de periode van januari tot en met juli werd ook een toename van ruim 10% gerealiseerd.
De melkproductie in de andere, mondiaal belangrijke zuivel exporterende landen liet in juli een wisselend beeld zien. In de VS en Argentinië bleef het volume gelijk aan vorig jaar. Australië en Uruguay noteerden wederom een sterke productiedaling. Topexporteur Nieuw-Zeeland realiseerde een groei van bijna 5% in de seizoensmatige lagere productiemaand juli, verder herstellend na een periode van krimp in de maanden maart tot en met mei. Door de stagnatie in de eerste zeven maanden van 2019 bleef het geaggregeerde groeicijfer van de belangrijke zuivelexporteurs (inclusief de EU) in deze periode negatief: -0,3%.
Prijzen
De boterprijzen lieten vanaf medio mei tot half augustus een dalende lijn zien. Weinig vraag en ruim aanbod, o.a. veroorzaakt door hoge voorraden, lagen hieraan ten grondslag. Halverwege augustus ontstond er een ‘bodem’ in de botermarkt, ondersteund door de opwaartse beweging in de roomprijzen en een voorzichtige toename in de vraag. Sindsdien is het prijsniveau langzaam omhoog gegaan.
De notering van mager melkpoeder is, na de lichte terugval in juni, sinds juli verder gestegen. In september liepen de prijzen door de onveranderd goede vraag en het enigszins beperkte aanbod versneld op. Op de markt voor volle melkpoeder is nog altijd weinig activiteit. Als gevolg van de hogere vet- en eiwitprijzen liep de notering van volle melkpoeder in september weer wat op.
