Evaluatie van de omgevingsvergunning
We hebben gelezen dat de nieuwe omgevingsvergunning voor onbeperkte duur kan worden verleend. Houdt dit in dat onze vergunning niet meer moet worden vernieuwd na 20 jaar?

S
Bijstelling van de algemene of sectorale voorwaarden
De Vlaamse overheid gaat bij de ontwikkeling van nieuwe technieken na of de algemene (of sectorale) voorwaarden moeten worden bijgewerkt. Dit zijn de voorwaarden waar alle inrichtingen (binnen een bepaalde sector) moeten aan voldoen. Dit heeft niet enkel een effect op de nieuwe aanvragen. In principe worden deze nieuwe voorwaarden ook opgelegd aan de bestaande inrichtingen. Hiervoor wordt meestal wel in een overgangsfase voorzien.
Integrale
periodieke evaluatieBinnen de 2 jaar na de Europese publicatie van nieuwe BBT’s, wordt een algemene evaluatie uitgevoerd van de milieuvoorwaarden die van toepassing zijn op een GPBV-installatie voor bedrijven die vallen onder het toepassingsgebied van de ‘Richtlijn industriële emissies’ (RIE of IED). Het gaat dan om grote varkens- en pluimveehouderijen (met meer dan 2.000 mestvarkens van meer dan 30 kg, met meer dan 750 zeugen of jonge gedekte zeugen, of met meer dan 40.000 plaatsen voor pluimvee). GPBV's zijn industriële installaties die een grote impact kunnen hebben op het milieu en die onderworpen zijn aan de Europese regels inzake ‘Geïntegreerde Preventie en Bestrijding van Verontreiniging (GPBV)’.
Een algemene evaluatie van de milieuvoorwaarden die van toepassing zijn op een GPBV-installatie kan eveneens plaatsvinden als ontwikkelingen op het gebied van de BBT een significante vermindering van de emissies mogelijk maken, als de veroorzaakte verontreiniging van die aard is dat de bestaande emissiegrenswaarden in de vergunning moeten worden gewijzigd of nieuwe emissiegrenswaarden moeten worden opgenomen, ten voordele van de bedrijfsveiligheid of met het oog op een milieukwaliteitsnorm strengere voorwaarden moeten gelden dan de voorwaarden die door de toepassing van BBT haalbaar zijn.
Evaluatie op verzoek
Voor de invoering van de omgevingsvergunning bestond een procedure die adviesinstanties, vergunningverlenende overheden en het betrokken publiek de mogelijkheid gaf om te vragen dat de bijzondere voorwaarden aangepast worden. Deze procedure wordt zeer weinig gebruikt, maar ze werd behouden. In voorkomend geval zal een onderzoek gebeuren waarbij ook de exploitant gehoord wordt. Wanneer het gaat om een vergunning van onbepaalde duur, zal er tevens een openbaar onderzoek worden gehouden. Echter, de activiteit of exploitatie op zich kan niet in vraag gesteld worden, enkel de vergunningsvoorwaarden.
Twintigjarige evaluatie
Het aanpassen van het voorwerp van de vergunning (bijvoorbeeld het aantal dieren, opslag, …) kan slechts eens in de 20 jaar in vraag worden gesteld door de vergunningverlenende overheid, het betrokken publiek of de betrokken adviesinstanties. Ook dan moet de voorkeur worden gegeven aan een wijziging van de milieuvoorwaarden. Slechts indien de hinderbeperking niet via deze weg mogelijk is, kan het voorwerp van de vergunning worden aangepast. Zo kan de duur van de vergunning alleen kunnen worden beperkt als de exploitatie niet verder verenigbaar is met de ruimtelijke bestemming en met een minimale resterende duur van 7 jaar.
Omzetting
van bestaande vergunningen