Startpagina Economie

Financiële problemen bij Bart's Potato Company

Bart’s Potato Company uit het West-Vlaamse Vleteren doet een beroep op de Wet op de Continuïteit van de Onderneming (WCO), waarbij de onderneming wordt beschermd tegen schuldeisers. De Krant van West-Vlaanderen meldt dit. Het bedrijf, ook bekend als groep Lamaire, verhandelt jaarlijks 200.000 ton aardappelen.

Leestijd : 2 min

Daarnaast investeerde de onderneming fors in de productie van diepgevroren friet. Vandaag kan de fabriek op jaarbasis 50.000 ton friet en andere diepgevroren producten maken. De West-Vlaamse frietfabrikant kreeg mogelijk net als andere frietbedrijven met de coronacrisis te maken met een afzetdip. Vooral de out-of-home-markt stortte in. Op deze markt liggen marges normaal hoger dan in de supermarkt. De export werd bemoeilijkt door beperkte vrachtcapaciteit.

Bart's Potato Company investeerde tussen 2014 en 2016 nog 38,1 miljoen euro in een nieuwe productiemethode. Daarmee hoeft de frites niet voorgebakken te worden voordat het diepgevroren wordt en kan een vetvrij product geleverd worden.

Bart's Potato Company moet de komende periode een akkoord bereiken met de schuldeisers. Bij de gerechtelijke procedure is de vrijheid beperkt en krijgt het bedrijf enkele opties voorgeschoteld om een reorganisatie door te voeren. Of de aanvraag van Bart's Potato Company door de rechtbank zal worden toegekend, hangt onder meer af van het perspectief voor de economische activiteit op de langere termijn.

De holding boven het bedrijf, BPC Holding, rapporteerde over 2019 een omzet van 59 miljoen euro en een verlies van 2,5 miljoen euro. Een jaar eerder lag de omzet fors lager maar werd wel een kleine winst van ruim een ton gerapporteerd.

Jan Cees Bron

Lees ook in Economie

Meer artikelen bekijken