‘België heeft eigen coöperatie nodig’

Katharina Biely doctoreert aan de Universiteit van Hasselt met een studie naar de uitdagingen waarvoor suikerbietentelers in België gesteld staan. Haar belangrijkste conclusie: Belgische suikerbietentelers verdienen als we de arbeid meerekenen gemiddeld relatief weinig, werken door het afschaffen van het suikerquotum in september 2017 in een toenemend volatiele markt. Volgens de Oostenrijkse kunnen de Belgische suikerbietenplanters eigenlijk maar 1 duidelijke strategie inzetten om hun positie verbeteren: hun greep op de keten versterken. Wat schaalvergroting en hogere opbrengsten per hectare betreft zijn we niet ver van ons plafond.

België heeft geen sterke coöperatieve suikerverwerker. De Tiense Suikermaatschappij is onderdeel van het Duitse Südzucker. Volgens de website van de onderneming heeft Südzucker sinds 1989 voor meer dan 1 miljard geïnvesteerd in de fabriek.

Het is volgens haar problematisch dat Belgische telers geen of maar zeer beperkte directe inspraak hebben in Südzucker. Dat blijkt uit een aantal interviews die ze hield met suikerbietentelers. “Als je eigen coöperatie aankondigt dit jaar een lagere prijs te betalen omdat de markt moeilijk is, dan kun je dat gemakkelijker accepteren dan wanneer het gaat om een bedrijf dat winst maakt ten koste van jou. Omdat er vertrouwen is.”

Maar ook als de suikerfabriek zelf slecht wordt gemanaged, is dat gemakkelijker te accepteren, denkt Biely. “Leden kunnen het beleid veranderen.” Wanneer de suikerfabriek strategische investeringen wil doen, dan heeft de landbouwer daar volgens haar begrip voor. Zij gaan immers direct mee profiteren. Andersom is de fabriek ook gebaat bij leden: zij hoeven niet elke campagne straf onderhandelen, en kunnen voor de lange termijn plannen. Suikerbietentelers kunnen hier meedoen aan een opinie-onderzoek van haar: tinyurl.com/sufisa-sugar