In totaal wordt in de periode dat de meerjarenbegroting loopt €365 miljard aan landbouwdoeleinden toegewezen. Daarmee zal het GLB-budget 30% uitmaken van het totale budget, tegen 38% van de huidige lopende periode. De plannen moeten nog worden besproken door de lidstaten en het Europees Parlement. Vlaams Parlementslid Sofie Joosen (N-VA) vroeg recent in een commissievergadering aan landbouwminister Joke Schauvliege naar haar mening over de plannen.
“Uiteraard word ik als minister van Landbouw niet vrolijk van de mededelingen van de Commissie, en ik denk dat geen enkele van mijn collega-landbouwministers daar blij mee is”, antwoordde Schauvliege. “Ik ga ervan uit dat ook niemand in deze commissie daar blij mee is. Ik denk dus dat de besprekingen niet evident zullen worden. Ik zal er zeker voor ijveren om het landbouwbudget voldoende af te stemmen op de doelstellingen van het GLB.”
Op een aanvullende vraag van Joosen over de wijze waarop de Commissie van plan is het budget te verdelen, waarschuwt Schauvliege dat er eigenlijk nog geen officieel Europees standpunt is. In de teksten wordt onder meer gewag gemaakt van het beter beperken van de directe betalingen tot actieve boeren, met bovendien een maximum per bedrijf. Schauvliege is er alvast voor dat meer geld bij boeren dan grootgrondbezitters terechtkomt.
“Het lijkt me heel belangrijk er goed over te waken dat de compenserende GLB-betalingen bij de échte voedselproducenten terechtkomen, want het zijn de echte boeren die ervoor zorgen dat de vijf centrale doelstellingen van het GLB dag in dag uit worden gerealiseerd en dat er ook bij ons goed, veilig voedsel wordt geproduceerd, onder goede milieuomstandigheden en volgens hoogstaande criteria. Dat is waarover we moeten waken.”
Geldontwaarding verscherpt daling
Schauvliege voegde hieraan toe dat de 5% daling van het budget nog geen rekening houdt met de inflatie. Als de verwachte geldontwaarding wordt meegenomen in de berekening, bedraagt de daling 16%. Om de potentiële impact voor de lidstaat België te kunnen doorrekenen, wacht Schauvliege op bijkomende informatie. “In ieder geval ziet het er sterk naar uit dat de enveloppe die aan België zal worden toegewezen, kleiner zal zijn dan in de vorige periode.”
Er wordt wel verwacht dat de Commissie zal vragen om de plattelandsmaatregelen in grotere mate te co-financieren met nationale of regionale budgetten, aldus Schauvliege. Op die manier kunnen lidstaten de teruglopende Europese inbreng enigszins compenseren. “Daar zullen we wellicht in de tweede helft van 2019 meer duidelijkheid over hebben”, denkt Schauvliege.
Ze bedankte Joosen voor haar zorg en steun voor bijkomende Europese middelen voor de landbouw en voor het feit dat, als de EU vraagt meer bij te leggen, er ook die steun is om dat in Vlaanderen te doen. De N-VA van Joosen zit met het CD&V van Schauvliege en de liberale OpenVld in de Vlaamse regering.
‘Te veel geld naar de EU’
‘Inkomenssteun terug naar lidstaten’
Joosen wil dat meer geld in de lidstaten blijft. “Er is een kleine oefening gemaakt: als we de Europese financiering van inkomenssteun met 30% opnieuw naar de lidstaten zouden verschuiven, dan zou de Belgische bijdrage aan het komende Europese budget met maar liefst €2,9 miljard euro kunnen dalen. Met dat bedrag kunnen we dan niet alleen wat onze landbouwers verliezen, compenseren, meer zelfs, we kunnen hen veel sterker steunen dan vandaag het geval is.”
Solidariteit met landbouwers in Oost- en Zuid-Europese landen is volgens haar niet gerechtvaardigd, onder meer omdat deze landen een hoger economisch groeicijfer kunnen voorleggen.
Parlementslid Bart Caron van Groen pikte hierop in door de mening van Joosen te karakteriseren als ‘anti-Europees’. “Het basismodel van Europa is natuurlijk dat de sterksten de zwaksten wat ondersteunen. Op die manier komen we tot een betere, gedeelde markt, tot meer vrede en tot meer welvaart en welzijn voor elke Europeaan. Dat is dan de prijs die je betaalt als je wat beter gesteld bent dan andere Europese landen.”
Schauvliege zei in antwoord op Joosen blij te zijn dat zij tegen een overdracht binnen het landbouwbudget, van de ene lidstaat naar de andere, is. “We moeten dat samen goed bewaken, dat is ook mijn standpunt.”