
De aardappelsector klimt langzaam uit een diep dal en geeft betere omzetcijfers. De siertelers schudden de coronacrisis van zich af en kunnen opnieuw goede resultaten neerzetten, net als de groente-, granen-, peren- en zuivelsector. Helaas moet een belangrijke kanttekening bij dit kostenplaatje gemaakt worden: hoewel de bruto-omzetcijfers in heel wat sectoren zeer behoorlijk zijn, is de realiteit veel minder rooskleurig wanneer de directe kosten bij de omzetcijfers verrekend worden.
Varkenssector in crisis
In de varkenssector zakken zowel de omzet als de marges zeer diep weg. Dalende varkensprijzen worden veroorzaakt door de Afrikaanse varkenspest, de nasleep van corona en, daar aan verbonden, de toegang tot de Chinese markt. Voor verschillende grote Europese varkenslanden sloot de Chinese markt zich. Daardoor moet varkensvlees dat die richting uitging zich nu een weg zoeken op de Europese markt, die daardoor ontwricht raakt. De gedaalde varkensprijzen in combinatie met sterk gestegen veevoederkosten maken de varkenssector zwaar verlieslatend. Boerenbond verwacht dat de omzet voor de varkenshouderij circa 13% lager uit zal vallen tegenover 2020.
Marge op dieptepunt
De directe kosten zijn dit jaar uitzonderlijk gestegen, met maar liefst 12,1% tegenover 2020. In 2021 gaat 87,5% van de gerealiseerde omzet op in directe kosten. Met 750 miljoen euro bruto toegevoegde waarde noteren we een dieptepunt over een periode van bijna 20 jaar, ondanks de op 2 na hoogste omzet in diezelfde periode.
De zeer sterke stijging van de directe kosten in 2021 heeft vooral te maken met de sterk gestegen kosten voor veevoeder (+18% tegenover 2020) en voor energie (nu al +18% tegenover 2020. Daarnaast stegen de kosten van de plantenbeschermingsmiddelen (+14% tegenover 2020) door de aanhoudende ziektedruk als gevolg van de natte weersomstandigheden.
“Het blijft een spijtige vaststelling dat de Vlaamse land- en tuinbouw er niet in slaagt om de stijgende kosten door te rekenen naar de volgende schakels in de keten”, merkt voorzitter Sonja De Becker op.
Naast stijgende kosten en volatiele markten drukken ook de weersomstandigheden een stempel op de rentabiliteit van de Vlaamse land- en tuinbouw.
Boer vangt de risico’s op
Uit de jaarresultaten 2021 blijkt dat de verschillen tussen sectoren en bedrijven afzonderlijk erg groot zijn. Eén gemiddeld cijfer of hét gemiddelde landbouwbedrijf bestaat dus niet. Wat de sector wel gemeen heeft, zijn de sterk volatiele markten, de stijgende kosten en onvoorspelbare weersomstandigheden. Dit zorgt voor een sterk schommelende rentabiliteit.