De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) betaalde op 27 april de vergoedingen voor de beheerovereenkomsten 2021 uit.
12.032 ha met maatregelen
Tabel 1 geeft het volledige bedrag aan vergoedingen uitbetaald in 2021 en de bijhorende oppervlaktes/lengtes per type beheerovereenkomst weer. 3.698 landbouwers met een lopende beheerovereenkomst in 2021 ontvingen samen 16,5 miljoen euro. In totaal werd op meer dan 12.000 ha maatregelen toegepast om de biodiversiteit te verhogen. Bijna 10 miljoen (59,9 %) ging naar beheerovereenkomsten ‘perceelrandenbeheer’en een kwart naar ‘faunabeheer’.
Alleen de landbouwers die in 2021 beschikten over een lopende beheerovereenkomst en die tijdig een geldige verzamelaanvraag hebben ingediend, worden uitbetaald. De beheerovereenkomsten worden zowel met Vlaamse als Europese middelen gefinancierd. De Europese middelen komen uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO).
Door een beheerovereenkomst te sluiten, versterken landbouwers vrijwillig en in ruil voor een vergoeding de biodiversiteit, bouwen ze aan het landschap of dragen ze hun steentje bij aan verschillende milieudoelstellingen: via graskruiden- en bloemenstroken, hagen, houtkanten en andere houtige kleine landschapselementen, soortenrijke graslanden, of op de akkers en weides zelf. Die plekken vormen een thuis voor heel wat typische planten en dieren. Dat alleen al maakt ze waardevol, maar er zijn ook veel voordelen aan de landbouw en de maatschappij, zoals bestuiving, natuurlijke plaagbeheersing, waterzuivering, waterinfiltratie, waterberging, erosiebestrijding en koolstofvastlegging.
Beheerovereenkomsten die de voorbije jaren werden gesloten, lopen gewoon verder tot hun einddatum.
Nieuwe aanvragen
Landbouwers met een aflopend contract worden in de komende maanden door de VLM-bedrijfsplanners gecontacteerd. De VLM-bedrijfsplanners bekijken samen met de landbouwers of en welke beheerovereenkomsten zij volgend jaar kunnen sluiten. Landbouwers kunnen tot 15 december 2022 een aanvraag voor een beheerovereenkomst met startdatum 1 januari 2023 indienen.
Beheerovereenkomsten die starten in 2023 focussen meer op de biodiversiteit van het landbouwlandschap. Er veranderen ook een aantal zaken aan de maatregelen.
Meer focus op biodiversiteit
De beheerovereenkomsten ‘soortenbescherming’ worden ingezet in beheergebieden, waar ze het meest bijdragen aan de Vlaamse doelstellingen voor biodiversiteit in landbouwgebieden. De focus ligt op het beschermen van soorten die afhankelijk zijn van landbouwactiviteiten, denk maar aan de veldleeuwerik, de patrijs en de grutto. Voor die en nog een reeks andere soorten heeft het agentschap voor Natuur en Bos (ANB), in overleg met de landbouw- en natuurorganisaties, soortbeschermingsprogramma’s opgemaakt. De beheerovereenkomsten ‘soortenbescherming’ zijn belangrijk om die programma's uit te voeren.
Ook de beheerovereenkomsten om kwetsbare natuurelementen te bufferen of te verbinden en om soortenrijke graslanden te beheren kunnen in bepaalde beheergebieden gesloten worden. Dat zijn landschappelijk waardevolle gebieden met duurzaam beheerde natuur of kwetsbare landschapselementen. Deze beheerovereenkomsten kunnen ook binnen de gebieden voor soortenbescherming gesloten worden.
Landbouwers kunnen eveneens beheerovereenkomsten voor het onderhoud van kleine houtige landschapselementen in heel Vlaanderen afsluiten.
Aanpassingen
De vergoedingen voor alle beheerovereenkomsten werden aangepast, onder voorbehoud van de definitieve goedkeuring van de Vlaamse invulling van het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Je kunt het overzicht van deze vergoedingen raadplegen op www.vlm.be > thema’s > beheerovereenkomsten.
Veel van de nieuwe beheermaatregelen zijn gebaseerd op de vroegere beheermaatregelen, en werden aangepast. Er zijn nieuwe maatregelen zoals luzernehooiland en faunagrasland, waarbij het perceel tijdelijk vernat wordt met een plasdraspomp.
Daarnaast is het gebruik van bestrijdingsmiddelen verboden voor alle beheerovereenkomsten. Landbouwers kunnen ongewenste soorten, zoals akkerdistel, wel mechanisch bestrijden.
Als de vegetatie op de beheerovereenkomsten ‘akkerranden’, ‘kruidenrijke akkerranden 15 juni’ en ‘kruidenrijke akkerranden 15 juli’, ‘meerjarige bloemenakkers’ of ‘faunaranden’ gemaaid wordt, moeten de beheerresten altijd afgevoerd worden. Dat leidt tot een diversere vegetatie. Klepelen kan, op voorwaarde dat de beheerresten onmiddellijk verwijderd worden. De voorkeur gaat uit naar maaien en afvoeren, omdat dat minder schadelijk is voor insecten dan klepelen en afvoeren.
De beheerovereenkomsten ‘Akkerranden’, ‘kruidenrijke akkerranden 15 juni’ en ‘15 juli’ kunnen niet langs waterlopen liggen. Daar bestaan echter wel enkele uitzonderingen op. Die randen kunnen wel langs een waterloop liggen in beheergebied voor kleine modderkruiper, beekprik en rivierdonderpad of als de akkerrand waardevolle vegetatie in of naast de waterloop buffert.
Ten slotte kunnen landbouwers geen beheerovereenkomsten ‘erosiebestrijding en waterkwaliteit’ meer sluiten. In plaats van een beheerovereenkomst kunnen landbouwers daarvoor een ecoregeling aanvragen. Ecoregelingen zijn eenjarige maatregelen die de landbouwer in de verzamelaanvraag kan aangeven. Het departement Landbouw en Visserij communiceert nog over deze ecoregelingen.
VLM/AV