
De provincie heeft daarom heel sterk geïnvesteerd in het moderniseren en dus het fusioneren van de polderbesturen. Een groter polderbestuur heeft immers een grotere slagkracht om te kunnen opereren. Er zijn bovendien meer inkomsten en men kan ook meer personeel aannemen om de werking te organiseren.
Polderbestuur moderniseren
Er zijn echter ook argumenten om te zeggen dat de polderbesturen gemoderniseerd moeten worden. Naast de aangelanden moeten ook andere stakeholders en belangen in het gebied vertegenwoordigd zijn in het bestuur. Nu heerst de kritiek op het bestuur dat deze te landbouwgericht is. “Landbouwers zijn momenteel heel sterk vertegenwoordigd in het bestuur, omdat ze een heel belangrijk deel van het gebied in beheer hebben. Dat is goed, maar in deze tijd mag je niet alleen vertrekken van het belang van de landbouw. Ook andere belangen, zoals natuur, in het gebied moeten meegenomen worden.”
Doordacht peilbeheer
Momenteel is een van de discussiepunten in de polders de compartimentering van de verschillende gebieden. Het gaat vaak over afspraken rond peilen, er zijn discussies tussen de verschillende belangengroepen over welke peilen relevant zijn. Voor natuur heb je namelijk andere peilen nodig dan voor landbouw. Zo moet voor bepaalde watervogels het gebied voldoende nat staan. Ook moet op sommige plaatsen het waterpeil hoog genoeg zijn, omdat de veenlagen nat moet blijven. Als die verdrogen, komt er veel CO2 vrij, wat in het kader van klimaat en broeikasgassen niet goed is. De klimaatverandering maakt het in sommige situaties ook nog moeilijker, net zoals voor de landbouw. Bijvoorbeeld in de oudlandpolder is er een raamakkoord waarbij landbouw en natuur samen zoeken naar de juiste peilen volgens de doelstellingen van het gebied.
Proactief reageren
In de winter kunnen die peilen relatief hoog zijn. Als er echter heel veel water valt, mag het peil niet te hoog staan. Als er niet tijdig naar de zee gepompt kan worden, is er sprake van een overstroming. Een overstroming kan volgens Naeyaert op sommige plaatsen, maar zeker niet overal. “Zeker niet naar landbouw of bebouwde gebieden toe. Men moet dus proactief reageren en de peilen laag zetten als er veel regen wordt verwacht. Als het dan niet zal regenen, is er echter misschien te weinig water. Het blijft een verhaal van optimaal te anticiperen met de peilen.”