Historische rozen
Oude Oosterse rozen
Chinese rozen
Theerozen Rozen die veel lijken op Chinese rozen zijn theerozen. Het zijn eveneens hybriden van botanische Oosterse rozen, maar ze werden pas in de 19e eeuw bij ons geïntroduceerd. Door onderlinge kruisingen ontstonden duizenden hybriden, middelgrote struiken die goed doorbloeien en die slechts weinig gesnoeid moeten worden en waarvan het blad een karakteristieke theegeur verspreidt. In ons klimaat zijn ze matig winterhard, maar verdragen ze wel goed droogte. Soorten die wel goed winterhard zijn en nu nog gekweekt worden, zijn onder andere ‘Anna Oliver’, ‘Catherine Mermet’ en ‘Général Schablikine’
Noisetterozen Noisetterozen zijn winterharde klimrozen die allemaal afstammen van ‘Champneys’ Pink Cluster’
Oude Europese rozen
Gallicarozen stammen af van Rosa gallica, een botanische rozensoort die in Zuid- en Midden-Europa in het wild voorkomt. Deze roos was al in cultuur bij de oude Grieken, maar het was pas in de 19e eeuw, toen Franse veredelaars ermee aan de slag gingen, dat de hybriden van deze roos de tuinen veroverden. Dankzij hun gevulde, grote, zoet geurende bloemen in paarse en rode tinten, behoren deze middelgrote, winterharde struiken tot de mooiste van alle tuinplanten. Jammer genoeg bloeien ze, net als botanische rozen, slechts gedurende een beperkte periode van het jaar. Door de compacte structuur van de struik en het donkergroene loof zijn ze echter ook als niet bloeiende struik waardevol in de tuin. Goede Gallicarozen zijn onder andere ‘Charles de Mills’ en ‘Gloire de France’.
Centifoliarozen Rozen die wel wat kenmerken hebben van de Gallicarozen zijn Centifoliarozen. Hun herkomst is echter onduidelijk. Het zijn hybride rozen, met grote, bolvormige, roze bloemen die heel zoet geuren. De struiken hebben een losse groeiwijze, stekelige takken en worden ongeveer 1,5 m hoog. In een gematigd en vochtig klimaat zoals het onze zijn de bloemen gevoelig voor regenschade en ziektes. In ons klimaat zijn ‘Fantin latour’ en
Albarozen
Damascenerrozen Damascenerrozen zijn herbloeiend, een eigenschap die ze te danken hebben aan hun Aziatische genen. Ze hebben ook heerlijk geurende bloemen. Oorspronkelijk groeiden ze in een droog, heet klimaat, maar ook in ons klimaat zijn ze goed winterhard. Bij ons kennen de struiken een vrij forse groei en vragen ze regelmatig een flinke snoeibeurt. Ze hebben een eerder slappe groeiwijze en zacht- of grijsgroene bladeren en worden 1,5 tot 2 m hoog. Goede damascenerrozen zijn onder meer
Portlandrozen Met de portlandrozen zijn we aanbeland bij de doorbloeiende oude rozen. Die zouden zijn ontstaan uit kruisingen tussen Gallicarozen en doorbloeiende damascenerrozen. Ze werden voor het eerst geteeld in Engeland en danken hun naam aan de hertogin van Portland. Oorspronkelijk groeiden de portlandrozen laag en breed uit, zoals een slappe gallicaroos. Latere hybriden zijn vaak meer opgaand, met veel takken en veel, grote, gezonde bladeren. De grote, gevulde bloemen hebben een uitmuntende, zoete geur. Goede portlandrozen zijn onder andere
Bourbonrozen Rozen die hun naam danken aan het Ile de Bourbon (nu Réunion) in de Indische Oceaan zijn bourbonrozen. Ze zouden een spontane hybride zijn, waarbij 1 van de ouders een Chinese roos zou geweest zijn. Dit verklaart waarom ze doorbloeiend zijn, maar geeft ook aan dat we aardig op weg zijn naar wat we de ‘moderne roos’ noemen. Deze rozen hebben dus al heel wat eigenschappen die we waarderen in de hedendaagse moderne roos, zoals de slanke, open en opgaande groeiwijze en de volle zoete geur van de grote, gevulde bloemen. Helaas zijn ze heel gevoelig voor schimmels en moet je ze in ons klimaat met zijn (vaak) natte zomers regelmatig sproeien om ze gezond te houden. Goede en mooie bourbonrozen zijn onder meer ‘Louise Odier’, ‘Reine Victoria’ en de rijkbloeiende





