Startpagina Archief

Sector en politiek zoeken oplossingen voor uitzonderlijke bladluisplaag

De voorbije weken kregen kooltelers in de Westhoek te maken met een uitzonderlijke bladluisplaag. Soms is de aantasting is dermate dat volledige percelen spruiten, bloemkolen en andere kolen ongeschikt zijn voor de versmarkt. Vlaams volksvertegenwoordiger Bart Dochy vroeg aan minister Brouns of er

maatregelen kunnen genomen worden.

Leestijd : 4 min

De economische impact van deze uitzonderlijke bladluisplaag, in de sector bekend als ‘witte sneeuw’, verschilt per perceel. “Het opbrengstverlies is dus niet alleen een verlies aan hoeveelheid, aan kilo's, maar ook aan kwaliteit. Ook de afzetzekerheid kan in het gedrang komen”, duidde Bart Dochy op 10 december in de commissie.

“Verschillende landbouwers geven aan dat de populatie-explosie mogelijk wordt versterkt door een samenloop van factoren: het najaar in milde omstandigheden, het wegvallen van vroegere gewasbeschermingsmiddelen en de aanwezigheid van bloemenranden of ecologische randzones die binnen de agromilieumaatregelen worden gestimuleerd. Tegelijk is er onzekerheid over welke toegelaten bestrijdingsmethoden nog doeltreffend zijn in de praktijk, en of het huidige regelgevende kader voldoende flexibiliteit biedt wanneer een plaag een volledige openluchtteelt in gevaar brengt”, zei Dochy.

Mogelijk een structureel probleem

Het gaat volgens Bart Dochy niet om een lokaal incident, maar om een mogelijk structureel probleem dat belangrijke teelten in Vlaanderen kan raken en waarbij het landbouwbeleid, het milieubeleid en de Europese regelgeving elkaar rechtstreeks beïnvloeden. Hij polste bij de minister welke maatregelen er op korte termijn haalbaar en realistisch zijn om telers toe te laten om deze plaag doeltreffend te beheersen.

Minister Brouns erkende dat de problematiek van insecten, onder andere van bladluizen en witte vlieg, dit najaar groot is, onder andere door de klimatologische omstandigheden. “Dat heeft een impact op de marktopbrengst van de getroffen gewassen. Via de waarnemings- en waarschuwingssystemen in de koolgewassen is duidelijk dat de druk van bladluizen en witte vlieg dit najaar hoog tot zeer hoog was”, stelde minister Jo Brouns.

“De marktsituatie voor de koolteelt in Vlaanderen toont een eerder wisselvallig beeld. We zien niet echt een lager aanbod, omdat de opbrengsten dit jaar heel goed zijn. Daardoor valt het niet op dat er bij bepaalde percelen een opbrengstremming zou zijn. Dankzij de regen- en sneeuwval van midden november is veel van de druk weggevallen, letterlijk weggewassen. Percelen die een heel hoge druk gekend hebben, zijn wel blijvend beschadigd. Signalen uit de praktijk wijzen bijvoorbeeld op percelen met ernstige aantasting, waarbij de diameter van de spruiten 1 cm kleiner is. Dit betekent dit jaar een opbrengst van nog geen 20 ton per hectare, ten opzichte van percelen zonder schade, die 30 ton per hectare of zelf meer halen. De prijzen liggen laag tot zeer laag voor de verse markt en bij de industrie is er geen tot weinig vraag naar het vrij product buiten de voorziene contracthoeveelheid”, duidde de Vlaamse minister van Landbouw.

Aanbod neemt af

Het is voor de minister een algemene vaststelling dat het aanbod van te gebruiken erkende gewasbeschermingsmiddelen verder terugloopt. “De erkenning van gewasbeschermingsmiddelen is een federale aangelegenheid, via het Erkenningscomité, dat hiervoor de Europese richtlijnen toepast. De eisen tot erkenning van een gewasbeschermingsmiddel worden strenger, waardoor er enerzijds op Europees niveau weinig nieuwe actieve stoffen erkend worden, met als direct gevolg dat er ook weinig nieuwe gewasbeschermingsmiddelen op de markt komen. In combinatie met het verdwijnen van bestaande gewasbeschermingsmiddelen wordt het aanbod aan erkende middelen beperkter”, stelde Jo Brouns.

De werkgroep Kleine Teelten Openluchtgroenten levert volgens hem uitstekend werk om mogelijke erkenningen uit andere teelten, ook in kleine teelten zoals groenten, te krijgen, maar ze kunnen ook geen wonderen verrichten als ook het aantal erkende middelen in de andere, grotere teelten steeds verder afneemt.

“We ondersteunen daarom de praktijkcentra. Die doen onderzoek naar nieuwe mogelijkheden om plagen aan te pakken. Zo is het traject Breval gestart, onder de bevoegdheid van minister-president Diependaele, dat specifiek op zoek gaat naar geïntegreerde beheersing van bladluizen en koolwittevlieg in koolgewassen. Er worden in de praktijk grote variaties tussen velden vastgesteld. Onderzoek naar deze verschillen kan mogelijk ook voor oplossingen zorgen. Potentiële verklaringen zijn bijvoorbeeld een aangepaste rassenkeuze en een goede start van de teelt door een optimale zaai- of plantbakbehandeling. Ook natuurlijke vijanden om de plaaginsecten aan te pakken, kunnen een rol spelen, alsook de spuittechniek bij de toepassing van biopesticiden die geen systemische werking hebben”, stelde minister Brouns.

Hygiënemaatregelen zijn belangrijk

Binnen geïntegreerde gewasbescherming is ook preventie een essentieel onderdeel. Zo zijn hygiënemaatregelen volgens de minister belangrijk om verspreiding tegen te gaan. Met de ecoregeling precisielandbouw wordt de landbouwer daarnaast aangemoedigd om gps-gestuurde bespuitingen uit te voeren, waardoor er geen overlapping ontstaat, maar ook geen plaatsen onbehandeld blijven.

“Wat betreft de ondersteuning van getroffen telers, is in eerste instantie het waarnemings- en waarschuwingssysteem cruciaal. Ik ondersteun de praktijkcentra voor het uitvoeren van deze systemen, waarin onder andere bladluizen opgevolgd worden. Op praktijkvelden verspreid over heel Vlaanderen voeren de praktijkcentra waarnemingen uit van ziekten en plagen, waaronder bladluizen, in kolen. Vanuit deze tellingen maken de centra waarschuwingsberichten voor de groentetelers. Deze waarschuwingsberichten worden verspreid door de praktijkcentra en de telersverenigingen, die dit systeem mee financieren. Via de waarschuwingsberichten ontvangen de telers info over de plaagdruk in hun regio en gericht advies over het ideale behandelmoment. Zo kan de teler tijdig en doeltreffend ingrijpen, met aandacht voor geïntegreerde gewasbescherming”, schetste de minister de situatie.

Relatie bladluizen-bloemenranden?

Het kabinet van de minister neemt ten slotte ook een vraag van Bart Dochy mee. Hij stelt dat er een vermoeden bestaat dat er een relatie zou kunnen zijn tussen het aanleggen van bloemenranden, eventueel faunabraak en mengsels van bepaalde planten die daarin gebruikt worden, en het in stand houden en stimuleren van dergelijke bladluispopulaties. Dat zou kunnen leiden tot extra druk. “Eigenlijk zou het omgekeerd moeten zijn en zouden dergelijke randen een versterking moeten zijn van de biologische bestrijding, maar het is niet zeker dat dat zo is”, oppert Bart Dochy.

Filip Van der Linden

Actueel

Boeren uit de 4 windstreken veroveren Brussel

Boerenprotest Vandaag (18 december) trokken duizenden Europese boeren door de straten van onze hoofdstad uit ontevredenheid met het Europees beleid. Ze eisen geen woorden, maar daden van de EU, nadat er volgens hen niets is veranderd ten voordele van de boeren sinds de vorige betogingen.
Voir plus d'articles
Meest gelezen