Startpagina Edito

3 à 5% is geen 15%

De coronacrisis is ondertussen geen nieuw gegeven meer, ook de gevolgen ervan niet. Eén pijnlijk gevolg is de gedaalde vraag naar aardappel(producten) en het effect ervan op de prijsvorming. Ook dit seizoen dragen we deze situatie mee.

Leestijd : 2 min

De coronacrisis barstte los, net op een moment toen het plantgoed besteld was en de boer zijn teeltplan had opgemaakt. Toen schakelen om minder uit te planten was geen evidentie.

De NEPG (de vereniging van Noordwest Europese aardappeltelers) deed daarom in oktober de aanbeveling om het uit te planten areaal aardappelen in 2021 met 15% te doen dalen. Op deze manier zouden vraag en aanbod meer in evenwicht komen, telers niet met onverkoopbare stocks blijven zitten en de aardappelprijs op geen dramatisch niveau hangen.

Uit een bevraging eind deze winter bleek dat telers toch 10% minder aardappelen zouden uitplanten. Oké, 10% is niet de vooropgestelde 15%, maar het was nog maar de voorlopige conclusie van een bevraging.

Vorige week maakte de NEPG kenbaar dat het uitgeplant areaal binnen de EU-4 – te verstaan België, Nederland, Frankrijk en Duitsland – ‘slechts’ 3 à 5% lager zou liggen. Op zich al een bijzonder cijfer omdat het areaal sinds lang niet meer daalde. Maar nog opmerkelijk is dat het toch wel veraf ligt van de door NEPG oorspronkelijk beoogde 15%.

Wat moeten we hieruit concluderen? Dat een aanbodbeheersing aan de landbouwerszijde moeilijk te realiseren valt. Of nog dat iedere boer zijn rekening moet maken. Het valt ook moeilijk te reguleren wie minder moet uitplanten: de grote frietboer met enkele honderden ha die (deels) ingedekt is met contracten of de ‘kleine’ boer met 5 ha. Of zit hem de oplossing bij de ‘tussenmaat’?

Allemaal moeilijke vraagstukken, zeker als we weten dat de kosten voor de teelt en bewaring enkel maar gestegen zijn. We hopen alleen dat onze aardappelboeren niet in de puree komen te zitten.

Eens te meer is het een frappant voorbeeld dat aanbod en prijszetting in de landbouw moeilijk te beheersen factoren zijn of het nu om aardappelen, melk, graan of bieten... gaat. Alvorens de Belgische landbouwer met de vinger te wijzen, toch bemerken dat we met een duidelijk Europees probleem zitten. In de ons omringende landen is de situatie vergelijkbaar. De NEPG spreekt dan ook van de EU-4.

Waar zit de oplossing: als boer zelf het heft in handen nemen, rekenen op of een beter Europees landbouwbeleid, een marktregulerend mechanisme...? Het is alvast een lichtpuntje dat we betere tijden, met meer (friet)consumptie, in het vooruitzicht hebben.

Tim Decoster

Lees ook in Edito

Edito: Vegetarische woordarmoede is tekenend

Edito Een collega-journalist gebruikte voor zijn edito steevast de mooie omschrijving ‘de hamvraag’. Het betekent letterlijk ‘de beslissende vraag’. Die hamvraag moeten producenten van vegetarische voeding zich toch stilaan stellen bij het bedenken van een aantrekkelijke naam voor hun vlees-lookalikes, niet?
Meer artikelen bekijken