Aantal gebruikers beheersovereenkomsten blijft verder stijgen
Vanaf het nieuwe GLB in 2023 wil Vlaams minister Zuhal Demir voor nog meer biodiversiteit nog meer inzetten op het gebruik van beheersovereenkomsten met de VLM. In 2015 hadden nog geen 1.000 boeren een overeenkomst, in 2021 waren er dat bijna 3.000. Bij het eerder beperkt aantal controles worden weinig overtredingen vastgesteld.

Vanaf 2023 zal de intussen 4de generatie beheersovereenkomsten in die gebieden worden ingezet waar ze het meest bijdragen aan de Vlaamse doelstellingen voor soortenbescherming in landbouwgebied. Een beheersovereenkomst met de VLM is een vrijwillige 5-jarige overeenkomst die landbouwers kunnen afsluiten om extra inspanningen te leveren voor milieu, natuur en biodiversiteit. Daartegenover staat een jaarlijkse vergoeding.
Kwetsbare soorten
Intussen is gebleken dat die beheersovereenkomsten een nuttig instrument zijn om de biodiversiteit in landbouwgebied een boost te geven en de landbouwer een alternatief verdienmodel te geven door de diensten die hij levert aan het ecosysteem te vergoeden. Het nieuwe GLB zal vanaf 2023 daar nog meer op inzetten.
“Daarbij ligt de nadruk op het beschermen van kwetsbare soorten die gebonden zijn aan het landbouwgebied (zoals onder meer weidevogels, akkervogels, grauwe kiekendieven...), naast het bufferen en verbinden van kwetsbare natuur(elementen)”, stelt Vlaams minister Zuhal Demir.
Daarnaast wordt de groene en blauwe dooradering voor kwetsbare soorten bevorderd en is het goed voor het beheer van soortenrijke graslanden en het onderhoud van kleine, houtige landschapselementen.
Voor de milieugebonden maatregelen, zoals water en erosie, kijkt Vlaams minister Zuhal Demir eerder in de richting van randvoorwaarden en ecoregelingen van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.
Sterke stijging gebruikers
In 2021 hadden 3.749 landbouwers 1 of meerdere beheersovereenkomsten met de VLM. 90 % van de uitgaven in 2021 kunnen daarbij gelinkt worden aan maatregelen die de biodiversiteit en het landschap ondersteunen: 50 % valt onder de noemer soortenbescherming, 30 % onder perceelsrandenbeheer, 6 % onder onderhoud houtige kleine landschapselementen en 3 % onder soortenrijk grasland. En tenslotte gaat 10 % naar heel specifieke milieuprestaties, zoals erosiebestrijding en waterkwaliteit.
Het is ooit anders geweest, onbekend maakt ook hier onbemind. In 2015 hadden slechts 990 landbouwers een overeenkomst met de VLM, goed voor 3.997 objecten. Dat cijfer evolueerde vlug in positieve zin: 1.749 landbouwers in 2015 (3.997 objecten), 2.473 landbouwers in 2016 (8.128 objecten), 2.473 in 2017 (13.356 objecten), 3.050 landbouwers in 2018 (17.564 objecten), 3.543 landbouwers in 2019 (21.262 objecten) en 3.845 landbouwers in 2020 (24.680 objecten).
Beperkt aantal controles
Ludwig Vandenhove, Vlaams parlementslid voor Vooruit, vroeg aan bevoegd Vlaams minister Zuhal Demir de cijfers op van het aantal controles en het aantal vaststellingen (inbreuken).
De voorbije jaren hadden op de naleving van die beheersovereenkomsten ook controles plaats: 5 % (daarvan 7 % vaststellingen) in 2015, 5 % (daarvan 11 % vaststellingen) in 2016, 5 % (daarvan 14 % vaststellingen) in 2017, 5 % (daarvan 12 % vaststellingen) in 2018, 5 % (daarvan 13 % vaststellingen) in 2019 en 5 % (daarvan 16 % vaststellingen) in 2019.
Toegepaste sancties
De sancties worden op 3 niveaus toegepast:
1. Sancties op instapvoorwaarden: deze leiden tot het stopzetten van de overeenkomst en het terugvorderen van de al verkregen vergoedingen.
2. Oppervlaktesancties: de sanctie die hierbij wordt opgelegd is afhankelijk van de geconstateerde oppervlakte in relatie tot de contractuele oppervlakte waarvoor een overeenkomst met de VLM werd aangegaan.
3. Niet-oppervlakte gerelateerde sancties: bij deze sancties wordt altijd een procentuele korting op de beheervergoeding toegepast. De korting varieert van 10 % tot 15 % korting op de gewasgroep, afhankelijk van de vastgestelde inbreuk.
Samengevat geeft dat het volgende beeld. 82 % van de vastgestelde inbreuken hebben tot een niet-oppervlakte gerelateerde sanctie geleid, 5 % van de vastgestelde inbreuken is gerelateerd aan de oppervlakte en 13 % van de vastgestelde inbreuken is gerelateerd aan het niet naleven van de instapvoorwaarden.