Helaas geen haast om frietkotcultuur erkend te krijgen door Unesco
Vijf jaar nadat de ministers van Cultuur en Landbouw van de gewesten en gemeenschappen in het Atomium samenkwamen om de frietkotcultuur te erkennen als Belgisch immaterieel erfgoed, zijn er amper stappen gezet om diezelfde erkenning te krijgen van de Unesco.

Bernard Lefèvre, voorzitter van de beroepsorganisatie van frituuruitbaters Navefri, verwacht daar niet meteen verandering in. De Navefri-voorzitter vreest dat de frietkotcultuur te Belgisch is.
Ons land produceert elk jaar zowat 5 miljoen ton aardappelen. Daarnaast is er uiteraard de frietkotcultuur, rond de 5.000 frituren die België telt. Navefri heeft een aantal voorwaarden rond die cultuur geformuleerd, zoals de selectie van de aardappel, het in staafjes snijden, de presentatie in puntzak of bakje...
Dit artikel is alleen voor abonnees
U heeft uw maandelijkse limiet van gratis beschikbare artikels bereikt
Al abonnee of geregistreerd?
Log in of Activeer uw abonnement