Startpagina Melkvee

Nieuwe behoeftenormen voor melkveevaarzen

Aangezien de oude energie- en eiwitbehoeftenormen niet overeenkomen met de hedendaagse groei van melkveevaarzen, werden de behoeftenormen binnen het Vlaio-project JongLeven geactualiseerd.

Leestijd : 2 min

De Nederlandse energie- en eiwitbehoeftenormen voor jongvee die melkveehouders momenteel gebruiken, zijn gebaseerd op rekenregels uit 1997. De vaarzen van vandaag worden echter zwaarder en groter dan 25 jaar geleden. Uiteindelijk zullen ze als koe ook een pak meer melk geven dan toen.

Zwaardere dieren, grotere groei

Het Vlaio-project JongLeven focust op de optimalisatie van jongveeopfok in Vlaanderen. Binnen dit project werd het ideale groeitraject in beeld gebracht, op basis van driemaandelijkse wegingen op 14 referentiebedrijven. Het jongvee van de geselecteerde bedrijven volgt het groeitraject om op 22 maanden af te kalven. Dit komt overeen met een inseminatiegewicht van 400 kg op 13 maanden leeftijd. De oude behoeftenormen uit 1997 rekenen voor jongvee op 13 maanden leeftijd echter met een lichaamsgewicht van slechts 340 kg. Op 25 jaar tijd zijn de vaarzen dus een pak zwaarder geworden! Hoe ouder de dieren, hoe groter het gewichtsverschil tussen de vaarzen uit de jaren 90 en de vaarzen van nu.

Daarnaast is de maximale groei, bij vaarzen tussen 4 en 8 maanden, in de oude tabellen 850 g per dag, terwijl hedendaagse vaarzen uit de referentiebedrijven tot 1 kg per dag groeien.

Actualisatie noodzakelijk

Aangezien de oude Nederlandse behoeftenormen niet overeenkomen met de hedendaagse groei van melkveevaarzen, werden voeropnamegegevens van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) – tussen 2014 tot vandaag – getoetst aan recent geactualiseerde normen, het Amerikaanse NRC (National Research Council, 2021) en het Franse INRA-systeem (Institut National de la Recherche Agronomique, 2019). Hoewel beide systemen verschillende formules gebruiken, zijn de uiteindelijke normen voor energie- en eiwitbehoeften van NRC 2021 en INRA 2019 voor onderhoud, groei en dracht sterk vergelijkbaar.

Uit vergelijking van de oude en nieuwe behoeftenormen, blijkt een stijging van de energiebehoeften (VEM) van 10% voor vaarzen tussen 10 en 18 maanden leeftijd. Daarnaast zijn de energiebehoeften van begin tot einde dracht gestegen met respectievelijk 30% en 70%. Dezelfde oefening werd gemaakt voor eiwitbehoeften (DVE). Ook hier blijken de DVE-behoeftenormen van NRC 2021 en INRA 2019 vergelijkbaar. De kloof met de oude Nederlandse normen is op het vlak van eiwit zelfs nog groter. Onder andere op het einde van de dracht zijn de nieuwe DVE-behoeften bijna verdubbeld. Dit grote verschil wordt enerzijds verklaard door de hogere behoeften voor dracht (hogere groei van het ongeboren kalf) en anderzijds door de niet te onderschatten groei van de drachtige vaars.

Nieuwe rantsoentool

Met de steun van onder andere Boerenbond wordt in januari een Rantsoentool specifiek voor jongvee uitgebracht, de Rantsoentool Jongvee. Deze tool berekent jongveerantsoenen op basis van de recentste normen volgens NRC 2021. De behoeftenormen in de Rantsoentool werden berekend voor 3 groeitrajecten, namelijk om op 22, 23 of op 24 maanden af te kalven. Het groeitraject van 22 maand moet uiteindelijk in de praktijk resulteren in vaarzen die gemiddeld afkalven onder de 24 maand. Dit is immers een van de doelstellingen binnen JongLeven. De geactualiseerde normen voor energie- en eiwitbehoeften zijn in tabellen 1 en 2 terug te vinden.

02-3378-BEHOEFTE1-web
02-3378-BEHOEFTE2-web-ok

Maryline Lamérand en Matthieu Frijlink, ILVO

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken