Startpagina Korte Keten

Kip van Len start in de korte keten en wil nog doorgroeien

Len Van den Berge (24) startte in september 2022 met een eigen kippen- en hazelnotenbedrijf in Dikkelvenne (Gavere). Op de noten is het nog even wachten. Het kippenvlees van Kip van Len verkoopt hij al met succes in de korte keten. Zodra het mogelijk is, wil de jonge boer nog uitbreiden.

Leestijd : 6 min

Lens vader is een hobbyboer met een paar runderen, paarden, kippen en konijnen. “Die dieren, dat sprak mij enorm aan en mijn ouders hebben mij altijd gemotiveerd om daar iets meer mee te gaan doen. Ik wil van de landbouw mijn beroep maken, maar als je vandaag als jonge boer wil starten zonder of met maar weinig eigen grond, zijn er niet veel mogelijkheden”, stelt de jonge boer uit Dikkelvenne.

Vast inkomen op lange termijn

“Tijdens mijn opleiding Agro-industrie aan hogeschool Vives was ik al op zoek naar alternatieve teelten en duurzaamheid. Via mijn werk op de Proefhoeve van HoGent, waar ik 4/5 aan de slag ben, werd dit gevoel enkel nog versterkt. Ik was geïnteresseerd in agroforestry, maar ik zocht in de eerste plaats een manier om op de lange termijn een vast inkomen uit landbouw te halen.”

“Een start als eierboer heb ik nog overwogen, maar daarin is het moeilijk om je te onderscheiden van anderen. Om nu nog op de trein van de wijnbouw te springen, kom ik net iets te laat. Daar zijn er intussen waarschijnlijk al genoeg van in Vlaanderen. Het duurt ook best lang voor je daar inkomsten begint te zien uit die investeringen. En een wijnboer is toch een speciaal soort boer. Ik drink graag een glas, maar ga mezelf geen kenner noemen”, zegt Len.

Hazelnootplantage

“Van de voedselbossen en de eiwittransitie heb ik onthouden dat er binnenkort veel vraag zal komen naar lokaal geproduceerde eiwitten. En die kunnen komen van een hazelnootplantage. De boompjes zijn geplant op onze glooiende akker van 1 ha en binnen 7 jaren volgt de eerste oogst.”

Hoe of aan wie hij die noten zal verkopen, dat ziet hij nog wel. “Bij voorkeur vind ik een lokale chocolatier die ze zelf verwerkt. Aan de verkoop in bulk hou je minder eergevoel over.”

Op die 1 ha staan nu 800 boompjes. Zodra er kan geoogst worden, ligt de verwachte opbrengst op tot wel 2,5 ton per hectare. De rest van de aanplant volgt later.

Mobiele kippenstallen

Intussen zijn er al de vleeskippen. “Ik kocht in Nederland 2 mobiele kippenstallen. Die passen ruim tussen de in rijen geplante hazelaars. De kippen kunnen – als ze dat willen – overdag in de buitenlucht gras eten en ’s avonds gaan ze in de dan afgesloten stal veilig op stok. Overdag kunnen ze buiten, maar blijven ze afgeschermd met netten, vanwege de vogelgriep en ook een beetje als bescherming tegen roofvogels. Als de kippen het gras rond de mobiele stal kort gegraasd hebben, kan de kippenstal verplaatst worden”, zegt Len.

De vogelgriep baart Van den Berge zorgen, maar hij berust in het lot. “Je ziet dat kippenbedrijven die alle mogelijke voorzorgen nemen toch nog besmet kunnen geraken. Op mijn bedrijfje ligt het aantal dieren veel lager dan bij de klassieke kippenboerderijen, maar als starter zou de impact van een vogelgriepbesmetting wel groot zijn. Ondernemen is risico’s nemen.”

Logische combinatie

De combinatie van kippen en een hazelnootplantage is logischer dan je op het eerste zicht zou denken. “Kippen vertoeven niet graag in een volledig open veld. Ze zoeken graag schaduw en beschutting op. Als ze tussen de bomen kunnen scharrelen, zullen ze die kans niet laten liggen. En de kippen helpen de hazelaars. Ze eten de larven en kevers op die de hazelaars kunnen aantasten, zoals de hazelnootboorder of de hazelaarblad rolkever.

Enkel in de 2 maanden voor de oogst van de hazelnoten zullen de mobiele kippenstallen niet tussen hazelaars staan. Hazelnoten voor consumptie mogen immers niet in aanraking komen met kippenmest.” Op die momenten verhuizen de mobiele stallen naar een weide verderop, waar Len en zijn vader enkele West-Vlaamse rode runderen houden.

“Met deze combinatie pas ik helemaal in de eiwitstrategie die Vlaanderen nastreeft: ik koppel de productie van duurzame dierlijke eiwitten aan die van plantaardige eiwitten.”

Naakthalskippen

“De consument wil voor een goed product wel een hogere prijs betalen, maar dan moet, er naast een goed verhaal, een uitmuntend product zijn. Anders komen de klanten niet terug om te kopen”, weet de kippenboer.

Len koos voor traaggroeiende naakthalskippen, omdat die voor hem de beste verhouding hebben tussen smaak (een beetje zoet) en structuur, voerrendement en groeisnelheid. “Soms denk ik eraan om een bordje te hangen bij de kippenren, om duidelijk te maken dat het normaal is dat ze geen veren hebben op hun hals en dat ze niet verwaarloosd worden. Niet elke wandelaar herkent een naakthalskip.”

In de mobiele stallen hebben de kippen alles wat ze nodig hebben: verwarming, ventilatie, verlichting, automatisch voer en water, … Alle voorzieningen werken op zonnepanelen en batterijen.
In de mobiele stallen hebben de kippen alles wat ze nodig hebben: verwarming, ventilatie, verlichting, automatisch voer en water, … Alle voorzieningen werken op zonnepanelen en batterijen. - Foto: FVDL

Hij kweekt de vooraf gevaccineerde kuikens de eerste 3 weken in een klassieke (vaste/niet-mobiele) stal tot ze groot genoeg zijn om voor 7 weken naar één van de mobiele stallen te verhuizen. In elke mobiele stal kunnen 200 kippen leven. Na elke ronde worden de mobiele stallen ontsmet zoals een klassieke kippenstal. Ook in de wintermaanden gaat de productie door.

Netonafhankelijke mobiele stallen

“In de mobiele stallen hebben de kippen alles wat ze nodig hebben: verwarming, ventilatie, verlichting, automatisch voer en water… Een eigen muzikale playlist hebben de kippen nog niet, maar dat is misschien een optie voor later.” Alle voorzieningen werken op zonnepanelen en batterijen. De kippen krijgen maïs en graan dat zo lokaal mogelijk wordt gekocht.

Alle kippen worden vacuüm-verpakt verkocht in de korte keten als ze tussen de 1,2 en 2 kg zwaar zijn. “Via facebook heb ik makkelijk klanten gevonden voor de eerste reeksen kippen. Als je goed uitlegt hoe je werkt, met welk ras en met welke duurzaamheidsaspecten, dan moet je voorts weinig moeite doen om klanten te lokken. En mijn kippen vallen in de smaak. Klanten vertellen mij dat er een wezenlijk verschil is met wat ze in de supermarkt kunnen kopen, in smaak en structuur van het vlees”, zegt Len.

“De feedback van de klanten is ook echt een meerwaarde, waardoor ik mij met nog meer plezier inzet om een eerlijk en heerlijk product te produceren.” Len kreeg ook al de vraag om zijn lokale kippen te leveren aan de bekende Slagerij Vande Walle in Kluisbergen.

Len Van den Berge koos voor traaggroeiende naakthalskippen, omdat die voor hem de beste verhouding hebben tussen smaak (een beetje zoet), voerrendement en groeisnelheid.
Len Van den Berge koos voor traaggroeiende naakthalskippen, omdat die voor hem de beste verhouding hebben tussen smaak (een beetje zoet), voerrendement en groeisnelheid. - Foto: FVDL

De korte keten is wel geen evidentie. “Zowat alle reglementen en voorschriften voor het transport en slachten van vee in Vlaanderen zijn afgestemd op de grootschalige, intensievere veehouderij.”

Kleine slachterijen

sterven uit

“Met de beste bedoelingen heeft men zoveel regeltjes uitgevonden voor het slachten, dat er in Vlaanderen straks enkel nog plaats is voor een paar grote slachterijen. De slachterijen die gespecialiseerd zijn in kleine aantallen of in bepaalde diersoorten, sluiten een voor een de deuren. Een mobiele slachterij, een voorstel dat al even circuleert in de politiek, komt maar niet van de grond. Om het in wielertermen te zeggen: de politiek is heel goed in het ‘mee zijn in de ontsnapping’ maar vergeet soms dat het hele peloton over diezelfde berg moet fietsen.”

Toekomstplannen heeft Len Van den Berge nog genoeg. “De feitelijke vergunningsstop voor alle nieuwe landbouwbedrijven zorgt er ook voor dat jonge boeren zoals ik, die van bij de start kleinschalig, diervriendelijk en duurzaam willen werken, geen eerlijke kans krijgen. Men zegt dat de landbouw voor een transitie staat, maar wie pionier wil zijn, krijgt – in de praktijk – geen vergunning, geen grond en geen lening. Ik zou nog willen en kunnen uitbreiden in aantal dieren, in eigen verwerking of met een stal voor legkippen, maar dan moet ik wel de kans krijgen.”

Filip Van der Linden

Lees ook in Korte Keten

Meer artikelen bekijken