Startpagina Paarden

Van de stal naar de weide en terug

In onze veulenreeks van ‘Paard aan huis’, hadden we het vorige keer over de administratieve rompslomp die bij een veulengeboorte hoort. Deze keer hebben we het over het handmak maken van het veulen. Landbouwleven verzamelde enkele toepassingen uit de praktijk die haalbaar zijn voor elke fokker. Zo wordt de eerste uitstap van de stal naar de weide en terug een onvergetelijke ervaring.

Leestijd : 4 min

We hoorden en lazen reeds vaker dat wat een piepjong veulen leert, hem altijd bijblijft.

Het enige levende wezen dat het veulen kent bij zijn geboorte is de merrie. Vanzelfsprekend weet de fokker dat er altijd gezorgd dient te worden voor de nodige privacy tussen merrie en veulen net na de geboorte. Het is echter lang niet meer zo dat het louter de merrie is die haar veulen opvoedt. Door de jaren heen heeft het handmak maken van veulens zijn nut bewezen. Voor jezelf is dit natuurlijk eerst en vooral van primordiaal belang. Als je bovendien beslist om met merrie en veulen deel te nemen aan een keuring of veiling, kom je beter voor de dag met een veulen dat kan omgaan met de mens.

Blootstellen aan prikkels

Het is belangrijk om te weten dat een veulen in het eerste stadium van zijn leven niet weet wat haar of hem overkomt. Het veulen heeft dan absoluut zijn moeder nodig. Vanaf dag één start immers de opvoeding door de merrie. Als deze de aanwezigheid van de fokker tolereert, is het handmak maken van een veulen een fijn proces en is het voor het jonge dier de start van zijn opvoeding. Het enige wat je als fokker hiervoor nodig hebt, is – behalve het vertrouwen van je merrie – een portie geduld!

Dit handmak maken gebeurt door het blootstellen aan prikkels, onder het toeziende oog van de moeder. Het komt erop aan dat de merrie goedkeurend toekijkt als je haar veulen toespreekt en aanraakt. Deze belangrijke toenadering kan tot 2 dagen na de geboorte en is baanbrekend voor wat volgt.

Het instinct van het paard

Veel fokkers hebben hun eigen methode, maar vroeg wennen aan een halstertje is ondertussen goed ingeburgerd. Meestal gebeurt dit geleidelijk. Een veulen zal zich altijd min of meer verzetten tegen zijn eerste halster. Dat heeft alles te maken met het vluchtinstinct van het paard. Wil je het veulen iets bijbrengen dat zijn latere leven met de mens voedt, dan doe je er goed aan om op goede voet te staan met zijn moeder! Alleen dan zal ze je ook alle krediet geven voor je omgang met haar veulen.

Wat het veulen betreft, geldt dat, als de merrie rustig is, hij haar gedrag zal kopiëren. Stress moet compleet uit den boze zijn. Als het veulen geconfronteerd wordt met vlucht en verzet in de eerste dagen van zijn leven, zal hij dat nooit vergeten.

De weg

naar het veulenhalster

In de praktijk komt het erop neer dat je de merrie een halster omdoet als haar veulen toekijkt. Laat haar eerst ook even snuffelen aan het veulenhalstertje. Wrijf met dit veulenhalster ook over haar rug en laat het daarna besnuffelen door het veulen. Terwijl een tweede persoon het veulen in een greep houdt (de veulengreep), doet men voor het eerst een veulenhalstertje gedeeltelijk om. Bij de veulengreep houdt men het veulen vast met beide armen, een voor de borst en een bij de achterhand. Begin met de neusriem en beloon hem als hij dit toelaat. Woel even door de vacht achter de oren en doe dit meermaals per dag. Daags daarna gaat het halster dan makkelijk over de oren.

Het is belangrijk om het veulen te laten wennen aan het feit dat een halster op stal niet hoeft en dat het regelmatig af en aan gaat. Doe het halstertje in het begin enkel om bij het buitenzetten en verwijder het na het binnenkomen op stal. Door de handeling te herhalen ontstaat gewenning én vertrouwen. Na enkele weken gaat het halster af eens op de weide en wordt het weer opgezet om terug te keren naar de stal en daar weer verwijderd. Een mooie routine, een les voor later en een grote stap vooruit voor de fokker. Meteen heb je een veulen op stal dat weet dat het soms stil moet staan als de mens het vraagt!

Aan het touw of niet

Een veulen moet natuurlijk leren om aan het touw te lopen. Toch is dat niet nodig vanaf de eerste dag dat merrie en veulen naar buiten gaan. Men kan de eerste dagen makkelijk gebruikmaken van de volgzaamheid van het veulen. Loop dus gewoon achter merrie en veulen aan en zorg ervoor dat het veulen naast of in het spoor van zijn moeder loopt.

Eens dit probleemloos lukt, kan men het veulen kennis laten maken met het touw. Door druk te zetten op het halster met het touw, leert het veulen naar voor te lopen of stil te staan. Het veulen zal daarbij ook reageren op de lichaamstaal van de merrie. Hier blijkt eens te meer dat een goed in de hand staande merrie, die reageert op je stemhulpen, een cruciale rol speelt in het handzaam maken van haar veulen.

In het derde deel van onze veulenzomer gaan we met merrie en veulen naar de keuring.

Patricia Borgenon

Lees ook in Paarden

Paarden op de weide: veel lof maar sterk onderschat

Paarden Voor elke paardenhouder is het je van het als het weideseizoen aanbreekt. Trouwens, wie ziet niet graag grazende paarden in alle vrijheid evolueren op de weide? Er is nochtans een keerzijde aan de medaille: in veel gevallen – gebrek aan weiland indachtig – krijgt het gras de genadeslag alvorens de groei echt van start gaat!
Meer artikelen bekijken