Startpagina Actueel

Geen vergunningen meer om kraai, kauw en ekster te bestrijden?

Hubertus Vereniging Vlaanderen (HVV) krijgt de laatste tijd berichten over onafhankelijke jachtrechthouders of wildbeheereenheden (WBE’s) die geen afwijkingsvergunning krijgen om rechtbekken zoals de kraai, kauw of ekster te bestrijden. De afdeling Adviezen, Vergunningen, Erkenningen en Subsidies (AVES) van het ANB interpreteert Bijlage 3 van het soortenbesluit, waarbij een afwijking kan worden verkregen om deze beschermde diersoorten het ganse jaar door te bestrijden, zodanig dat die afwijking momenteel niet wordt verleend.

Leestijd : 3 min

In een AVES-weigering, die HVV kon inkijken, lezen we het volgende: “Er bestaan studies die aantonen dat de ‘kraaiachtigen’ door predatie zouden zorgen voor een bepaalde schade. Eén en ander behoort tot de natuurlijke processen binnen een ecosysteem.” Het feit dat de predatie volgens een studie tot de natuurlijke processen binnen een ecosysteem behoort, is voor AVES voldoende om de vergunningen op dit ogenblik niet meer te verlenen.

AVES formuleert het verder als volgt: “Gelet op de onzekerheid rond de impact van kraaiachtigen op beschermde soorten, kan thans niet worden geoordeeld dat de afwijking kan worden verleend voor de ‘bescherming van wilde flora en fauna en instandhouding natuurlijke habitats’.”

Voldoende studies, maar niet in Vlaanderen

Het kenniscentrum van HVV heeft zich verdiept in enkele studies om aan te tonen aan AVES welke impact de predatie van deze rechtbekken, als opportunistische alleseters, tot gevolg heeft voor onze inheemse fauna en flora. In enkele van deze studies, uitgevoerd in Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Oostenrijk werd aangetoond dat de predatiedruk van deze opportunisten niet te overzien is en tot wel 79% van de predatiegevallen toe te schrijven was aan de kraai, kauw of ekster.

In één van die grootschalige onderzoeken over nesten van merels en zanglijsters over het gehele Verenigd Koninkrijk, stelde men een negatieve invloed van kraaiachtigen vast op het broedsucces van merels en zanglijsters. De mislukkingsgraad van nesten nam beduidend toe waar kraaiachtigen talrijker waren. Een ander onderzoek, naar patrijzennesten in landbouwgebieden, de paraplusoort die op de rode lijst staat, bleek zelfs dat kraaiachtigen de belangrijkste predatoren waren van deze nesten.

Schade aan landbouw

Een andere studie die de schade aan landbouwgewassen onderzocht, kwam tot volgend overzicht waar schade, aangebracht door kraaiachtigen, kan voorkomen bij landbouwgewassen:

* In de zaai- en kiemperiode: pik- en krabschade

* Vraatschade aan afrijpend fruit, akkerbouwgewassen (zoals aardappelen)

* Schade aan boomteelten

* Vraatschade aan kuilvoer en pikken van gaten in afsluitende folie

* Overlast bij landbouwbedrijven (bevuilen van gebouwen, schade aan daken en schoorstenen)

Deze tientallen studies zijn niet voldoende voor de dienst AVES, omdat deze niet uitgevoerd werden in het Vlaamse gewest. INBO werkt momenteel aan een studie rond predatiedruk op grondbroedende akker- en weidevogels, waaronder ook de predatie door kraaiachtigen. HVV is ervan overtuigd dat deze studie dezelfde bewijzen zal opleveren als de reeds uitgevoerde studies in het buitenland, en hoopt alsnog dat AVES snel terug de kansen zal geven aan onze akker- en weidevogels door de afwijkingsvergunningen op kraai, kauw en ekster terug te verlenen.

Wat zijn de gevolgen?

WBE’s of onafhankelijke jachtrechthouders die geen nieuwe vergunning verkregen hebben, mogen deze beschermde wildsoorten dus niet langer bestrijden, noch met een larsenkooi of trechterval, noch met het geweer of roofvogel. Zij mogen ook niet langer levende lokvogels in hun bezit hebben, want ook dat is onderdeel van de afwijkingsvergunning.

HVV raadt aan om alle aantoonbare schade, aangebracht aan landbouwgewassen, opslagplaatsen van oogst, schade aan woningen en/of landbouwbedrijven, alsook directe schade die kraaien, kauwen of eksters aanrichten aan inheemse fauna (akkervogels, hazen, enz…) te melden op de website van wildinzicht.be.

HVV

Lees ook in Actueel

Recordgroei bevestigt juiste aanpak en aanbod van PCLT Roeselare

Onderwijs De voorbije jaren waaide er een nieuwe wind door het PCLT te Roeselare. In 2023 werden meer dan 15.000 uren praktijkcursus gevolgd. Dit komt neer op zo’n 150.000 opleidingsuren. Dit betekent een groei met 22,4% op één jaar tijd. Het is de grootste groei sinds het ontstaan van het praktijkcentrum.
Meer artikelen bekijken