ReJuice-project wil groene reststromen valoriseren
Het Belgisch-Nederlandse ReJuice-project wil de circulaire economie stimuleren door plantaardige reststromen hoogwaardig te verwerken. Doel is om 3 duurzame waardeketens te ontwikkelen voor de verwerking en het hergebruik van de vloeibare fractie uit diverse groene reststromen, zoals bermgras, stengels van paprika’s, prei- en bloemenafval en eendenkroos.

Het grensoverschrijdende ReJuice-project startte op 8 april 2024 en loopt nog tot 7 april 2027. Het omvat 11 partners uit België en Nederland en wordt gefinancierd door Interreg Vlaanderen-Nederland. Het project bouwt voort op eerdere projecten (GrasGoed, Grassification…) en gaat verder door de volledige biomassa te benutten, inclusief waardevolle sapstromen. Die vormen de basis voor innovaties zoals bio-gebaseerde producten, alternatieve eiwitten en duurzame kunststoffen. Dankzij deze innovaties kunnen de betrokken regio’s hun afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verminderen en bijdragen aan de klimaatdoelstellingen en de Green Deal van de EU.
Biomassa anders verwerken
In 2018 produceerden België en Nederland samen bijna 17 miljoen ton plantaardige reststromen. Een groot deel daarvan wordt verwerkt tot compost. Maar het project wil de manier waarop deze waardevolle biomassa wordt verwerkt radicaal veranderen. Hoewel er al diverse ontwikkelingen zijn om waarde te creëren uit de vezels van deze stromen, ontbreken er nog toepassingen voor de vloeibare fractie. ReJuice richt zich dan ook specifiek op de vloeibare fractie van deze stromen, die vaak tot wel 40% van het totale gewicht uitmaakt en veel hoogwaardige moleculen bevat.
Doelstellingen
ReJuice wil onder meer een groene residukalender ontwikkelen om een beter inzicht te krijgen in de beschikbaarheid en kenmerken van diverse reststromen, zodat die het hele jaar door optimaal verwerkt kunnen worden. Verder wil het project het raffinageproces optimaliseren, met focus op het scheiden van de vloeibare en vezelfractie om hoogwaardige producten te ontwikkelen. Daarnaast wil het de logistiek verbeteren door geschikte verwerkingslocaties in Vlaanderen en Nederland in kaart te brengen voor efficiëntere aanvoerketens. Het project wil de reststromen ook verwerken tot nieuwe producten, zoals alternatieve eiwitten, microalgen, biologisch afbreekbare PHA-plastics, meststoffen en biogas. Tot slot wil het ook werken aan de wettelijke erkenning van deze nieuwe producten als hoogwaardige grondstoffen in plaats van afval en samenwerkingen aangaan met kennisinstellingen, overheden, de industrie en burgers.
Eerste experimenten
Er zijn al belangrijke experimenten gestart binnen het ReJuice-project. Zo gingen onder leiding van de Thomas More Hogeschool de eerste groeiexperimenten met algen van start, waarbij diverse bewaarmethoden van grassap werden getest. De eerste resultaten tonen aan dat algen kunnen groeien op grassap, maar dat niet alle sapfracties even effectief zijn. Verder testte het Belgische Innolab het biogaspotentieel van de verschillende grasfracties en toonde het aan dat het sap een veelbelovende fractie is voor anaerobe vergisting.
Op diverse locaties in Nederland en België testte Varta onlangs diverse persen om de sapopbrengst en kwaliteit van vezels uit groenafval te optimaliseren. De verzamelde monsters worden verder geanalyseerd door de Universiteit Gent, waar verschillen in sap- en vezelkwaliteit worden geëvalueerd, wat nieuwe inzichten oplevert voor de volgende stappen in het proces.
Workshops
Eind 2024 en begin 2025 organiseert ReJuice 3 workshops in Vlaanderen en Nederland rond de valorisatie van sap uit groene reststromen. Meer info hierover vind je hier.