Startpagina Akkerbouw

Diverse machines om voederbieten te reinigen gedemonstreerd

Op het einde van de afgelopen winter organiseerde het Landbouwcentrum Voedergewassen (LCV), HoGent AgroFoodNature (Proefhoeve Bottelare HoGent-UGent) en Hooibeekhoeve in samenwerking met Anné mechanisatie, VDW Constructie, en Franco en Zoon BV, een demonstratie over het reinigen van voederbieten. Dat is een absolute must bij het inkuilen of bij vervoedering.

Leestijd : 9 min

De demo maakte deel uit van het lopende Demonstratieproject ‘Voederbieten, een oud maar (klimaat)robuust gewas’, gesteund door het Agentschap Landbouw en Zeevisserij van de Vlaamse overheid.

Alvorens de machines in actie traden, nam Joos Latré, hoofdlector aan HoGent en onderzoeker, het woord om de talrijk opgekomen geïnteresseerden te verwelkomen en om duiding te geven bij de teelt van voederbieten. Na verse grasklaver vindt hij dit hét gewas dat de hoogste voederwaardeopbrengst/ha kan bieden voor wat bij een ruwvoeder mogelijk is. “Jaar na jaar stijgt het areaal voederbieten enkele procenten. Van een absoluut dieptepunt in 2005 met amper 2.000 ha zitten we nu ergens aan 4.400 ha voederbieten in Vlaanderen.”

Klimaatrobuust gewas

Voederbieten stimuleren de melkgift zowel in volume als in kwaliteit. Ze zorgen voor meer vet en eiwit in de melk, voornamelijk in geval van vers vervoederen. “Dat beaamt iedere melkveehouder”, aldus Latré. Hij noemt het een klimaatrobuust gewas dat veel veerkacht heeft. “Als alles meezit, zaai je je voederbieten enkele weken vroeger dan maïs, tot toch al snel een maand vroeger, en ze blijven op het veld staan tot begin november. Eventueel kan dat wat later als het niet te nat is. Zo staan voederbieten vlot 2 maanden langer op het veld dan maïs. Ze kunnen beter recupereren als ze in de zomer een droge/warme periode hebben gekend. Hun groei valt hierdoor niet definitief stil (bieten gaan spreekwoordelijk wel even slapen), maar ze herstellen hun productie terug in het najaar. We noemen dat compensatorische groei.”

Joos Latré stelde verder dat voederbieten interessant zijn in de rotatie. “Ze blijven lang groeien en pompen nog laat in het jaar nitraten uit de bodem. Maïs stopt daarmee als zijn bloei voorbij is, ergens begin augustus. Veel mineralisatie gebeurt nog in het najaar, zeker bij de warmere najaren die we steeds meer kennen. Stikstof die dan nog in de bodem vrijkomt, nemen voederbieten nog op, maïs niet.”

Ook na een gescheurd grasklaverperceel weten voederbieten een laag nitraatresidu te halen. Teelttechnisch leunen voederbieten aan bij de teelt van suikerbieten. Zo kunnen we terugvallen op opgebouwde kennis daar, maar toch zijn er nog verschilpuntjes. Zo moet het gebruik van fytomiddelen nagekeken worden. Wat in de ene teelt erkend is, is dat daarom niet per definitie ook in de andere teelt. Vaak kan voor de onkruid- en insectenbestrijding wel teruggevallen worden op de erkende middelen uit de suikerbietenteelt. Controleer dit het best altijd via www.fytoweb.be.

Aandachtspunten

Een ander aandachtspunt waar Joos Latré nog op wees, was om bij de (verse) vervoedering van voederbieten er niet te veel van te geven omwille van de suikers. “Een kleine 20 kg verse bieten per koe is ruim voldoende. Oppassen is het nog meer bij de feedbeet-types die nog hoger in suikergehalte zitten. Dan kan je de dosering het best laten teruglopen naar 10 kg. Alles is uiteraard afhankelijk van de samenstelling van het rantsoen. Als er een suikerrijke voordroogkuil of ook andere snelle koolhydraten (zoals graanproducten) in het rantsoen zitten, is het even rekenen. Er mag het best niet meer dan 150g/kg droge stof aan suiker in het totaal rantsoen zitten.”

Nog een aandachtspunt is de schimmel Rhizoctonia Solani. Daar kan een goede gewasrotatie hulp tegen bieden. “Hou het ook niet enkel bij een teeltplan maïs-gras-voederbieten; steek er eens een graangewas tussen”, klonk het advies. Een goede rassenkeuze kan nog bijdragen aan het vermijden van rhizoctonia-aantasting. “Kuil zeker geen rotte bieten in en rooi ze niet te vroeg in het najaar, want dan is de afrijping onvoldoende.”

Belang van reinigen

Het is superbelangrijk om voederbieten te reinigen. Er is een verband tussen minder goed gereinigde bieten en het asgehalte. Van dat laatste kan de koe geen melk geven. Hoe hoger het asgehalte, hoe lager de VEM-waarde. “Ook als voederbieten worden ingekuild in een maïs- of grassilo, moeten ze proper zijn”, bemerkte Latré.

Het reinigen start al bij het rooien. Vandaag de dag worden voederbieten doorgaans gerooid met de machines die ook suikerbieten rooien. Spreek hierom goed af met je loonwerker, zodat hij de machine-instellingen aanpast. “Voederbieten moeten niet gescalpeerd worden. Gewoon een beetje ontbladeren is voldoende. Er mag daar zelfs nog enkele centimeters blad aanhangen, dat is zelfs goed voor een lange bewaring. De zonnewielen van de bietenrooier mogen niet te hard draaien, om de biet niet te veel te beschadigen. Een proef uit het verleden toonde al na 1 maand bewaring aan dat de te agressief gereinigde bieten bij de oogst veel minder lang bewaarbaar waren. Gekwetste bieten kunnen zelfs tot 50 % drogestofverlies geven.

De bewaring van ieder type ruwvoer levert verlies op, dat kennen ook voederbieten. Dat neemt toe in de tijd”, kaderde Joos Latré. “Tot maart is er doorgaans geen probleem om ze te bewaren in een silo of een kuil. Hierna moeten we durven kijken om ze te reinigen en snijden en om ze vervolgens in te kuilen samen met maïs of gras. Eventuele overschotten van bieten kunnen zo verwerkt worden en er is het jaarrond de mogelijkheid om ze te vervoederen.”

Er werd ook op gewezen dat bieten ademen en veel warmte produceren. Bij hevige vorst worden voederbieten wel eens afgedekt, maar vaak wordt het plastic dekzeil niet snel genoeg terug weggenomen. Stapel je ze hoog, richting 3 m, probeer dan in het midden een tunnel te voorzien die fungeert als ventilatiekanaal, zodat ze kunnen ademen. Eventueel kunnen de geotextieldoeken uit de suikerbietenteelt gebruikt worden om ook voederbietenhopen af te dekken.

Het resultaat van de diverse reinigingssystemen loopt stevig uit elkaar.
Het resultaat van de diverse reinigingssystemen loopt stevig uit elkaar. - Foto: TD

Inkuilen, jaarrond vervoederen

Voederbieten kunnen ingekuild worden om ze zo het jaarrond te vervoederen. De bieten alleen inkuilen gaat niet lukken. Daar gaan grote sapverliezen en een mogelijks hoge milieuverontreiniging mee gepaard, geeft Latré aan. “Door ze in te kuilen levert hun hoog suikergehalte later in het rantsoen minder problemen op, doordat dit door bacteriën omgezet wordt in organische zuren. Zo kennen de koeien minder snel pensverzuring en kan er zelfs iets meer van vervoederd worden.”

Maïs is dé ideale mengpartner om voederbieten in een kuil te steken. Er is een stelregel die luidt om 1 ha voederbieten te mengen met minstens 4,5 ha maïs. Het probleem is dat dit moeilijk samen te plannen valt. Het hakselen van maïs valt doorgaans vroeger in het najaar dan het rooien van de voederbieten. Perspulp of voordroogkuilen zijn ook ideale mengpartners. Er kan een mengverhouding qua vers gewicht aangehouden worden van 60% pers-pulp met 40% voederbieten.

CCM en granen bleken uit onderzoek in het verleden geen ideale mengpartners te zijn voor voederbieten. MKS zou wel kunnen, maar dat hadden de onderzoekers nog niet zelf ervaren.

Latré haalde de mogelijkheid aan om voederbieten tot begin april in zijn geheel te bewaren. Wanneer er dan snijrogge of Italiaans raaigras wordt gehakseld en ingekuild, kunnen de resterende voederbieten erbij. Hij hamerde erop dat hun sapverliezen moeten opgevangen worden. Dit mag niet in de gracht lopen en geen milieuvervuiling opleveren! Bij voordroogkuil van 50% droge stof en bieten van 15% droge stof heb je bij een snede van bijvoorbeeld 3.500 kg droge stof/ha circa 8,5 ha graskuil nodig om 80 ton bieten te verwerken.

Voederbieten in hun volledigheid in een maïskuil steken is ook mogelijk. Daarbij wees hij echter op een belangrijk risico. Als je dan voederbieten gaat vervoederen, moeten ze goed gesneden worden en met ander voer gemengd worden. Anders loop je het risico dat dominante koeien aan het voerhek de voederbieten opeisen, met risico op pensverzuring als gevolg.

Voederbieten na de oogst gedurende enkele weken laten opdrogen alvorens ze in een (meng)kuil te steken, is voor Latré ook nog een goede praktijk.

Spijlenband of axiaalrollenbed

De eerste bietenreiniger die gedemonstreerd werd, was de BR2000 van Holaras. Deze lijkt qua uiterlijk op een grootvolumebak, waarbij de bodem bestaat uit een spijlenband. Deze wordt aangedreven door een hydromotor en de hoge draaisnelheid zorgt voor een reinigend effect. Door een spijlenband met een grotere of kleinere steek te monteren wordt de reinigingsintensiteit beïnvloed, maar is de machine ook aan te passen om aardappelen of (witloof)wortels te reinigen.

Een spijlenband staat in voor de reiniging van de bieten bij de machine  die Holaras toonde.
Een spijlenband staat in voor de reiniging van de bieten bij de machine die Holaras toonde. - Foto: TD

Water kan op de lading, dus over de bieten, worden gespoten tijdens het ronddraaien van de spijlenband, waardoor de bieten een natte reiniging ondergaan. De BR2000 reinigt alleen de bieten. Wil je deze ook snijden en verdelen aan het voerhek, dan heeft de fabrikant nog andere machines in zijn aanbod.

Van fabrikant VDW werden meerdere machines gedemonstreerd. Een eerste was de BRS-axiaalreiniger, waarbij een grote schepbak de bieten opschept en de bodem van de machine bestaat uit axiaalrollen. Daaronder zit een bak om het vuil op te vangen. De bieten kunnen vervolgens aan de voederkribbe gesneden en verdeeld worden. Er werd nog gewezen op de steenbeveiliging. Van deze axiaalreiniger is ook een uitvoering leverbaar om naast bieten ook aardappelen te reinigen en snijden. Het gaat hier om een droog reinigingssysteem.

Bij de axiaalreiniger van VDW staat een axiaalrollenbed in voor de reiniging.
Bij de axiaalreiniger van VDW staat een axiaalrollenbed in voor de reiniging. - Foto: TD

Hoge capaciteit

Wie een hogere capaciteit nastreeft, vindt dit misschien wel bij de CLT Quatro van VDW. Een getrokken uitvoering werd gedemonstreerd die zowel geschikt is om droog als nat te reinigen, te ontstenen en desgewenst te snijden. Een verreiker of ander type wiellader brengt de voederbieten in de bunker van de machine. Vervolgens worden de bieten door een reinigingstrommel droog gereinigd, waarna nog een natte reiniging kan volgen. De bieten verlaten de machine via een transportband in hun geheel of in gesneden vorm. De fabrikant geeft aan dat deze machine in meerder configuraties leverbaar is. De capaciteit ervan kan gaan tot 25 à 30 ton/uur.

De CLT Quattro van VDW kan meerdere taken uitvoeren.
De CLT Quattro van VDW kan meerdere taken uitvoeren. - Foto: TD

Wie een nog hogere capaciteit zoekt, vindt dit bij de CLT Speedy. Bij deze machine loopt de capaciteit op tot 120 ton/uur. Deze machine maakt enkel gebruik van een droge reiniging door middel van 2 grote reinigingswalsen. VDW ontwikkelde de machine in samenwerking met Joost Oppers, een Nederlander die 28 jaar terug emigreerde naar Denemarken en die daar 750 koeien melkt en 80 ha voederbieten heeft staan. Met de machine verricht hij ook loonwerk. Zijn werkwijze is om zo’n drietal weken nadat de voederbieten gerooid zijn en ietwat ‘afgestorven’ zijn in de bietenhoop, deze droog te reinigen en te snijden. Hij maakt terug de maïssilo open, om dan de gesneden bieten hierop te verdelen en terug met plastic af te dekken. “Dit is het minste werk en levert het minste verlies op”, legde hij uit. Zijn advies is ook nog om de voederbieten niet te klein te snijden.

Meerdere functies

De laatst getoonde machine was een zeer imposante, namelijk de Elephant van de Ierse fabrikant Cross. Grond- en landbouwwerken Franco en zoon kocht deze machine enkele jaren terug aan en verzorgde de demonstratie. De machine kan desgewenst 4 taken vervullen. Een eerste is een droge, grove reiniging van voederbieten, maar ook eventueel van aardappelen of wortelen. Vervolgens passeren de bieten een watercycloon, waarbij niet alleen gereinigd wordt, maar ook ontsteend. Alle onreinheden, stenen, aarde... bezinken en verlaten de machine via een afvoerband. Dit afval wordt in een kleine container opgevangen.

De Elephant van Cross past na een droge reiniging ook een natte reiniging toe.
De Elephant van Cross past na een droge reiniging ook een natte reiniging toe. - Foto: TD

De derde functie is het eigenlijke wassen van de bieten in een wastrommel. De snelheid kan geregeld worden naargelang de graad van vervuiling. Desgewenst kunnen de hele bieten nagespoeld worden. Zo zijn deze zeer proper om eventueel in hun geheel ingekuild te worden. Als vierde stap kan de machine de bieten snijden. Deze functie is via een eenvoudige drukknop inschakelbaar. De bedienaar van de machine kan zelfs de snij-installatie instellen van grof tot fijn snijden. De hele of gesneden bieten verlaten via een transportband de machine.

Kortom de demonstratienamiddag bood een gevarieerd aanbod aan mogelijke reinigers voor voederbieten. Het lijkt wel of er voor ieders behoefte en/of budget wel een machine op de markt is. Moest dit niet zo zijn, dan bieden constructeurs mogelijk nog wel eens maatwerk aan.

Joos Latré verwees tot slot nog naar de website www.lcvvzw.be en naar de Facebookpagina ‘voederbietenboeren’ voor wie meer wil weten over de teelt en vervoedering van voederbieten.

Tim Decoster

Lees ook in Akkerbouw

Aandacht voor risico’s met bladvoeding in wintergraan

Granen Omwille van het droge voorjaar rijst de vraag of het zinvol is om een bladmeststof te geven in plaats van vaste korrel. Bladvoeding wordt immers direct door de bladeren opgenomen, wat efficiënt zou kunnen zijn bij beperkte bodemvochtigheid. Het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) boog zich over dit vraagstuk.
Meer artikelen bekijken