Handelsakkoord is ‘slecht nieuws’ voor de Belgische voedingsindustrie
Het handelsakkoord dat de Verenigde Staten en de Europese Unie op 27 juli hebben bereikt, maakt een einde aan een lange periode van onzekerheid voor de Belgische voedingsbedrijven. Dat zegt Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, op 28 juli in een reactie. Toch wordt de importheffing van 15% als ‘slecht nieuws’ beschouwd.
Na het bereiken van een Europees-Amerikaans akkoord over de handelstarieven, lijkt er op 28 juli nog onduidelijkheid te bestaan over verschillende details in de overeenkomst. De Amerikaanse president Donald Trump en de Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen houden er afwijkende lezingen op na, onder meer wat betreft de farmaceutische producten.
Na het bereiken van een akkoord verklaarde Trump op 27 juli dat de deal geen farma omvat. Daarmee lijkt hij te insinueren dat die producten onderworpen worden aan een hoger tarief dan 15%. Maar von der Leyen heeft dezelfde avond op een persconferentie een andere uitleg gegeven over de inhoud van het akkoord. Het tarief van 15% "geldt voor de meeste sectoren, waaronder auto's, halfgeleiders en farmaceutische producten", zegt zij.
Nog verdere onderhandelingen nodig
Ook over andere delen van het akkoord lijken nog meningsverschillen te bestaan. Trump zegt dat het tarief van 50% op staal en aluminium blijft zoals het is. Von der Leyen zegt dan weer dat die heffingen worden verlaagd en dat er een quotasysteem zal worden ingevoerd. Aan handelsovereenkomsten gaan doorgaans jarenlange onderhandelingen vooraf en het akkoord zelf kan duizenden pagina's omvatten. Von der Leyen beklemtoont dat de deal een 'kader' is dat nog verdere onderhandelingen vereist.
Voelbaar voor bepaalde subsectoren
Fevia vreest dat de Amerikaanse heffing voelbaar zal zijn voor bepaalde subsectoren die meer blootgesteld zijn. De Belgische voedingsindustrie is sterk op export gericht, maar het grootste deel van de verkoop vindt wel binnen Europa plaats. De uitvoer naar de VS was in 2023 wel nog altijd goed voor bijna 1 miljard euro. Ongeveer 70% van dat bedrag is afkomstig van verwerkte groenten (inclusief aardappelen), chocolade, koekjes, wafels en snoep.
Ons land exporteert voorts ook bier en zuivel naar de Verenigde Staten, net als landbouwmachines.
"In een steeds meer gespannen internationale context, is het meer dan ooit cruciaal om het concurrentievermogen van onze industrie te versterken, vooral met structurele maatregelen van de overheid aan onze bedrijven", stelt Fevia nog. De federatie is voorstander van een versterking van de interne markt, een vereenvoudiging van de administratie en regelgeving, en het aangaan van nieuwe handelsovereenkomsten met andere landen.
Slechts tijdelijke stabiliteit
"Het handelsakkoord dat de Europese Commissie met de Verenigde Staten heeft onderhandeld, zal tijdelijke stabiliteit brengen voor de economische actoren die bedreigd worden door de Amerikaanse handelsoorlog, maar het is onevenwichtig", schrijft de Franse minister van Europese Zaken Benjamin Haddad op X. Hij vindt het positief dat het akkoord sleutelsectoren voor de Franse economie (zoals de luchtvaart, alcohol en medicijnen) vrijwaart, dat het akkoord geen concessies doet voor gevoelige landbouwsectoren en dat het akkoord de Europese regelgeving op het vlak van digitalisering en volksgezondheid behoudt. "Maar laten we eerlijk zijn: de situatie is niet bevredigend en kan niet op lange termijn zo blijven", aldus de Franse minister.
