Startpagina Economie

VLAM gaat in tegen kritiek op vleespromotie

Het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) promoot geen ongezonde en klimaatonvriendelijke praktijken met overheidsgeld. Dat zei voorzitter Guy Vandepoel tijdens de voorstelling van de jaarresultaten. Daarnaast wees hij op de expertise rond Europese projecten om de blijvende relevantie van VLAM aan te tonen.

Leestijd : 3 min

Voor 2019 schat VLAM €27 miljoen nodig te hebben, ongeveer even veel als vorig jaar. Bijna €13,3 miljoen, de helft daarvan, zal VLAM van bedrijven ontvangen via verplichte en vrijwillige promotiefondsen. Daarnaast haalt het centrum nog eens €680.000 uit de sectorreserves. Net geen €5,2 miljoen - goed voor één vijfde - stelt de Vlaamse Overheid ter beschikking. Europa neemt eenzelfde deel voor haar rekening via ingediende projecten. VLAM verdiende ten slotte zelf iets meer dan €2 miljoen met haar activiteiten.

Is dat geld goed besteed? Voorzitter Vandepoel vindt van wel. “Wij zetten Vlaanderen internationaal op de kaart als regio met hoogstaande kwaliteitsproducten. Voor bedrijven betekenen wij een efficiëntiewinst, door schaalvergroting en gebundelde expertise.” Verder benadrukt de voorzitter ook de synergie in financiering tussen overheid en bedrijven. Daarbij draagt de Vlaamse overheid vooral de algemene werkingskosten. “VLAM is een uniek partnership”, vindt hij.

Protest uit politiek en belangengroepen

Niet iedereen is enthousiast over die cofinanciering. Vooral de promotie van vlees ligt onder vuur. Slecht voor klimaat, dierenwelzijn en gezondheid, want in strijd met de nieuwe voedingsdriehoek, menen boze stemmen.

De campagne ‘Week van de Steak-Friet’, die rundvlees van bij ons promoot, was kop van jut. Ook de promotiefolders voor vlees gericht op kinderen werden niet door iedereen gesmaakt.

Onafhankelijk parlementslid Hermes Sanctorum noemde VLAM “niet meer van deze tijd” en stelde het centrum in het Vlaams Parlement openlijk in vraag.

“Ik zie weinig alternatieven om een goede inningsbasis te verkrijgen. Europa kijkt eerder naar branche-organisaties om promotie te organiseren. In de praktijk zijn het eerder de coöperaties die deze taak opnemen. Zij missen echter onze expertise, bijvoorbeeld in het binnenhalen van Europese programma’s. Daarin zijn we incontournable”, reageert Vandepoel.

Aandacht voor duurzaamheid

Over de controverse rond de ‘Week van de Steak-Friet’ zegt Vandepoel nog: “We hadden moeten zeggen: 'Eet lokaal rundvlees', en de focus leggen op het productieproces en de inspanningen van onze veehouders.” VLAM zet ook in op maatschappelijk verantwoord ondernemen, volgens de 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties.

In haar communicatie naar bedrijven begint VLAM nu ook met een duurzaamheidsmonitoring voor rundsvlees, zoals voor de zuivelsector al gebeurt. “Daarnaast ondertekende VLAM in 2011 al een duurzaamheids-charter, dat bijzondere aandacht vraagt voor duurzame consumptie- en productiepatronen”, legt Vandepoel uit. Concrete voorbeelden zijn de omgekeerde voedingsdriehoek die de promotiebrochures gericht op kinderen over vlees siert, de aandacht voor lokale en seizoensproducten en boerendochter Fien die kinderen informeert rond dierenwelzijn.

Bilan opmaken

Uiteindelijk moet VLAM zich vooral bewijzen aan de sector, die instaat voor het leeuwendeel van de financiering. Aantonen of een VLAM-campagne resultaat oplevert is niet eenvoudig. Vandepoel zegt de realisaties van het centrum zichtbaar te willen maken aan de hand van drie indicatoren. Enerzijds volgt VLAM de toegevoegde waarde van de keten op. Dat doet de organisatie bijvoorbeeld door bevragingen rond appreciatie van een product na een bepaalde campagne.

Verder besteedt het centrum veel aandacht aan het monitoren van de gezinsbestedingen van agrovoedings- en sierteeltproducten in Vlaanderen, onder meer via de Gfk-onderzoeken waaruit het regelmatig publiceert. Tenslotte wil Vandepoel het welslagen van VLAM afgemeten zien aan de export die de Belgische agrovoedings- en sierteeltsector realiseert. “Die betreft voor 80  % Vlaamse bedrijven”, maakt hij zich sterk.

Europese programma’s

Naast de deelnames aan buitenlandse beurzen maken de Europese programma’s een belangrijk deel uit van de buitenlandwerking van VLAM. “Voor 2019 haalden vijf van de tien voorstellen het. Dat is boven het gemiddelde, hoor ik”, klopt Vandepoel zich op de borst. Eén programma richt zich op fruit en groenten, een tweede op zuivel, een derde op kalfsvlees en een vierde op varkensvlees.

Het programma ‘Taste of Europe’ promoot melk in Noord- en Zuid-Amerika.
Het programma ‘Taste of Europe’ promoot melk in Noord- en Zuid-Amerika. - VLAM

Het programma ‘Taste of Europe’ ten slotte promoot melk in Noord- en Zuid-Amerika. “De EU co-financiert voor 80  %. Daarmee vergroten we het budget van de sector aanzienlijk.”

DC

Lees ook in Economie

Michael Gore: “Als het zo doorgaat, glijden we opnieuw af naar een crisis in de vleesveesector”

Vleesvee Het aantal runderslachtingen staat op een historisch laag niveau. We produceren vandaag de dag minder rundvlees dan in 1970 en als je het aan Michael Gore, afgevaardigd bestuurder van de nationale beroepsvereniging voor slachthuizen, uitsnijderijen en groothandels (Febev), vraagt is de bodem nog niet in zicht. “We kunnen deze neerwaartse trend alleen stoppen bij de basis: de boer, alsook de tussenschakels in de vleesproductieketen, moeten een eerlijke prijs ontvangen voor hun product. Dat is de impuls die we nodig hebben om de hele keten draaiende te houden.”
Meer artikelen bekijken