Startpagina Akkerbouw

Niet biologisch, wel duurzaam met een Phytobac en spoelplaats

Om gewasbeschermingsmiddelen te vermijden in het oppervlaktewater heeft - bijna - elke landbouwer wel zijn eigen technieken. Ook de familie Van Puymbrouck in Tourinnes-Saint-Lambert draagt zijn steentje bij met een vul- en spoelplaats binnen en een Phytobac buiten.

Leestijd : 5 min

Al generaties lang zitten er landbouwers in de familie. En ook zo verliep het voor Jean-Pierre Van Puymbrouck. Na zijn landbouwstudies stapte hij mee in het bedrijf dat verschillende teelten onder zijn hoede had: aardappel, bieten, cichorei, tarwe, wintergerst, zomergerst en zomerhaver. “Momenteel hebben we 650 ha onder de ploeg, waarvan 360 ha eigen bedrijf en 290 op jaarbasis”, klinkt het. Net als Jan Vermaelen en de broers Peeters is ook hij er bewust van dat er nog te veel gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater teruggevonden worden. Dat kan men vermijden door maatregelen te nemen op de percelen zelf, maar ook door puntvervuiling te vermijden op het bedrijf zelf. Een vul- en spoelplaats op het bedrijf was voor hem daarom een nuttige investering, net als de Phytobac. Bovendien is een doordacht spuitschema onontbeerlijk.

Duurzaam en efficiënt spuitschema

“Het is echt puzzelen om een gepast en efficiënt spuitschema op te stellen met de producten die we nog ter beschikking hebben. Vooral met de onkruidbestrijding komen we in de problemen.” aldus Jean-Pierre. “We kiezen voor milieuvriendelijke producten. Zo gaan we voor producten die een specifiek mogelijke werking hebben”, vertelt hij. Prijs/kwaliteit zijn belangrijk, maar er gaat niets boven efficiëntie. “Ken je onkruiden in het perceel en ken je perceel zelf ook. In functie hiervan spuit je aangepast. De tijd van uniform spuiten is voorbij.”

Hij is fan van de gps-systemen op de machines, die hij gebruikt om recht te rijden en overlapping te vermijden bij het spuiten, poten en zaaien. In taakkaarten ziet hij echter geen nut: “We zitten niet op percelen van meer dan 100 ha zoals in andere landen. We kunnen altijd manueel een paar percenten vermeerderen of verminderen: het oog van de chauffeur moet ook zijn werk doen.”

Restwater opvangen en verwerken

Water is een primaire grondstof en moet dus beschermd worden. Jean-Pierre is er zich van bewust dat puntvervuiling de belangrijkste oorzaak is van de verontreiniging van het oppervlaktewater. Hij investeerde in een speciaal ingerichte vul- en spoelplaats en sindsdien wordt het spoel- en restwater opgevangen in een tank van 4.000 liter, waarna het wordt weggepompt naar een buffertank van 30.000 liter. Ook al spoel je in het veld, dan nog is zo’n installatie op het erf nuttig om je spuitmachine grondig te reinigen en de restvloeistoffen op te vangen.

De vul- en spoelplaats bevindt zich in de loods.
De vul- en spoelplaats bevindt zich in de loods. - MV

Het afvalwater wordt daarna in een volledig gesloten systeem verwerkt met een Phytobac-systeem. “Die is samengesteld uit 60% aarde en 40% gehakseld stro, van het eigen bedrijf. Elk jaar wordt de mengeling omgedraaid, en wordt er 20% nieuw stro bijgemengd. De grondmengeling blijft er met andere woorden permanent in zitten.” De kleine dopjes boven het substraat verspreiden de vloeistof uit de 30.000 liter tank over de volledige oppervlakte van de Phytobac. Ook de vochtigheid van de grond wordt voortdurend gemeten. Ligt die onder 38%, dan wordt automatisch gedurende twee minuten het bevloeiingssysteem aangezet. De micro-organismen in het substraat in de bak breken de restanten van de gewasbeschermingsmiddelen af en het water verdampt door de zon en door de wind. Zo wordt het water op een biologische manier gezuiverd en komt er niets in het milieu terecht.

Hoewel er meerdere Phytobac-systemen bestaan, kiest hij voor dit systeem omdat die een grote capaciteit aankan. “We wilden een systeem waarin alle restvloeistoffen bij het reinigen van de spuit in kon, met overcapaciteit. Je moet toch al zeker 1.000 liter kwijt. Het is een duur systeem, maar met een oppervlakte van 100 m2. Voor een middelgroot bedrijf kan dat kleiner.”

De kleine dopjes boven het substraat 
verspreiden de vloeistof uit de 30.000 liter tank over de volledige oppervlakte 
van de Phytobac.
De kleine dopjes boven het substraat verspreiden de vloeistof uit de 30.000 liter tank over de volledige oppervlakte van de Phytobac. - MV

90 % driftreducerend

Jean-Pierre gebruikt al jaren driftreducerende doppen. In 2008 schakelde hij over op 50% driftreductie. Sinds 2009 ging hij een stap verder en koos hij om alles minimaal te behandelen met 75% driftreductie. Sinds 2017 werd 90% driftreductie toegestaan door de Vlaamse en Waalse overheid. “Nu spuit ik alles met 90% driftreductie, maar er zijn nog niet veel landbouwers die hier gebruik van maken tot nu toe.” De afstand tussen de driftreducerende doppen stelt hij in op 37,5 cm, wat kleiner is dan normaal. “Hierdoor heb ik nog een betere verdeling op het veld met nog minder drift”, verklaart hij.

“Dit is belangrijk voor het gebruik van bodemherbiciden in aardappelen, want voor de meeste middelen is er een verplichting om deze spuitdoppen te gebruiken als je de onbehandelde bufferzone naast de beek tot een minimum wil beperken. Een tweede voordeel is het beperken van de drift naar de buurtpercelen.”

Ten slotte heeft deze spuitmachine ook een continu recirculatiesysteem, waardoor je veel beter kan spoelen en reinigen tussen behandelingen door. “Hiermee zitten de nieuwe mengelingen direct in de leidingen.” Jean-Pierre vindt dit dan ook misschien wel één van de systemen die verplicht op elke nieuwe spuit zou moeten geïnstalleerd worden. Het wordt ook meer en meer op de nieuwe spuiten verkocht als standaard.

Schoffelen op proef

Naast alle genomen maatregelen vindt hij het belangrijk om mee te helpen in de zoektocht naar meer duurzaamheid. Dit jaar legt hij voor het eerst een paar velden aan voor proeven rond schoffelen met rijenbespuiting voor onkruidbestrijding. “We hopen dat op deze manier de hoeveelheid spuitmiddelen met 70% verminderd wordt. Het is een vrij nieuwe techniek, dus ik vind het ook belangrijk dat er nieuwe ervaringen worden uitgewisseld. We hebben hiervoor zelfs een machine aangekocht voor de bieten- en cichoreiteelt.” Vorige jaren zochten de onderzoekers uit welke volleveldsbespuitingen vervangen kunnen worden door rijenbespuiting, en daar wordt nu dus verder op ingewerkt.

Naar biologisch wil hij echter niet omschakelen. Zijn ervaringen hiermee waren niet volledig positief: “In 2014 had ik op mijn bedrijf 90 ha biologisch door een overname, en we vonden het zeer mensonwaardig hoe het vuil manueel gewied moest worden in aardappel en wortelen. We vonden het niet moreel. Wij kiezen voor duurzame landbouw, en daar past het sociale aspect ook in het plaatje. Het moet ook aangenaam zijn voor het personeel.” Hij gelooft ook niet dat er machines zonder arbeid zullen komen voor de bioteelt. “Daarom kiezen we nog voor traditionele landbouw en dus voor voornamelijk spuitmiddelen.”

Nog veel werk...

Er is volgens hem best wel nog ruimte voor verbetering. Zo kan Phytofar helpen om de producten nog sneller biologisch afbreekbaar te maken. Hij ziet ook nog een grote toekomst voor de genetica: door bijvoorbeeld ziekteresistentie te verhogen in gewassen, kan men ervoor zorgen dat mettertijd minder gewasbescherming nodig is. Een andere taak die hij belangrijk acht voor Phytofar is in de politiek: “Phytofar moet de landbouwer meer en meer steunen, onder andere om het imago van de landbouw te verbeteren.”

Hij twijfelt er niet aan dat landbouwers voor duurzaamheid kiezen. Het is volgens hem echter niet steeds gemakkelijk. “Landbouwers worden niet vergoed wanneer ze iets doen voor het milieu. Investeren is bovendien niet gemakkelijk als je een slecht inkomen hebt. Moesten de prijzen voor graan, vlees en suiker wat beter zijn, was het een heel ander verhaal dus. De wil is er, de steun en de middelen niet altijd.”

MV

Lees ook in Akkerbouw

Doordacht maaibeheer: waar let ik op?

Akkerbouw Er zijn dit jaar grote verschillen in grasstand waar te nemen tussen verschillende percelen. Dat is niet verwonderlijk, gezien de grote verschillen in beheer, waartoe we gedwongen werden door deze zeer natte winter en door de natte voorjaarsperiode.
Meer artikelen bekijken