“Ik werk al enige tijd in de agro-voedingsindustrie, nu zes jaar bij Agristo, en sinds 2018 als directeur agro: van aankoop tot aanlevering tot de verschillende sites.” De West-Vlaamse aardappelverwerker Agristo is op vandaag nog een familiebedrijf, en sterk verankerd in West- en Oost-Vlaanderen.
Familiebedrijf
“Dat is een hele grote sterkte. Uiteindelijk hebben we heel korte communicatielijnen, wat nodig is als je werkt met een natuurproduct. Elk seizoen heeft zijn specifieke eigenschappen (hittegolf of niet, lange droogtes, hevige neerslagperiodes…), en dan moet je kort kunnen schakelen. En dan kan je in een familiebedrijf snel beslissingen nemen”, zegt Steven De Cuyper. “Familiebedrijven denken vaak meer na over de lange termijn, vinden het welzijn van de medewerkers heel belangrijk… Ook de relatie met de teler gaat op een lossere, vlottere manier. Die landbouwers zijn voor ons klanten.”
Nieuwe productievestiging
Agristo heeft vestigingen in Harelbeke, Wielsbeke, Nazareth en Tilburg. “We hebben nog maar net een uitbreiding met de nieuwe site in Wielsbeke achter de rug, die is nu volledig operationeel. We zijn een bedrijf dat voor 98% op de export is gericht. Uiteraard volgen we ook de marktevoluties op en houden we opportuniteiten in het oog, die passen binnen de internationaliserings- en groeistrategie van Agristo. Waar toekomstige productie-uitbreidingen zullen voorzien worden is afhankelijk van veel verschillende factoren, maar West-Europa zal altijd onze belangrijkste uitvalsbasis blijven.”
Het bedrijf wil in vijf jaar met twee procent wereldmarktaandeel groeien. Maar zijn er nog voldoende aardappelen? “De voorbije jaren is het areaal aardappelen heel sterk uitgebreid, waardoor we bijvoorbeeld voor de nieuwe vestiging in Wielsbeke nieuwe gebieden hebben moeten aanspreken.”
Noord-Franse telers
En dan verwijst Steven De Cuyper naar de uitbreiding richting Noord-Frankrijk. “We mogen uiteraard ook onze thuisbasis niet verloochenen. Het zou verkeerd zijn om die uitbreiding alleen te gaan focussen op Noord-Frankrijk. Nee, een productievestiging in Noord-Frankrijk is niet voor morgen. Je kunt ook nog té decentraal werken.”
Nabijheid zeehavens
“
Vijfjaarlijks gemiddelde
Bestand tegen droogte
Irrigatie in contract?
Stabiliteit
“Aanpassingen komen er altijd als gevolg van, als naweeën. Je geeft daar een bepaalde sturing aan en die stabilisatie is ook in de contractteelt belangrijk, dat is de basis voor onze industrie. Ook wij hebben voor onze klanten en onze productie nood aan vooraf bepaalde volumes. Via de vrije markt lukt dat niet.”
Het vinden van geschikte medewerkers vormt een andere uitdaging, zeker in West-Vlaanderen. Daar is de werkloosheid vrij laag, de schaarste groot. “We onderscheiden ons als bedrijf door de grote inspanningen die we doen om medewerkers aan te trekken en hen verder te begeleiden. Ze moeten zich hier ’jeunen’, zich goed voelen. We hechten heel veel belang aan het imago dat we als bedrijf hebben.”
Leuke werksfeer
“Er is een leuke sfeer, en daar zorgen ook onze medewerkers voor. We doen leuke campagnes, organiseren jobdagen… Zo gaan we heel duurzaam om met onze medewerkers. Ze krijgen bij ons ook heel veel kansen.” Die blijvende zoektocht en de krapte op de arbeidsmarkt zet voorlopig nog geen rem op de productie. “Het is waakzaam zijn, ja. En blijvend inspanningen doen.”
98 procent van de productie is bij Agristo bestemd voor de export, wereldwijd. “We willen binnen de vijf jaar met twee procent marktaandeel groeien. Er zijn gebieden die in opmars zijn, en verder sterk groeien. Zoals Azië, waar ze onze diepgevroren aardappelproducten nog verder en beter leren kennen. Als aardappelverwerker volgen we in bepaalde landen op de introductie van fastfood. Eerst is er fastfood, en in tweede lijn zie je dan de vraag naar diepvriesfriet volgen. De bevolking leert de friet door fastfood kennen. Dan volgen de retailers en de foodservice-klanten, die zulke producten vervolgens in hun gamma introduceren.”
Geen ‘private label’
In tegenstelling tot McCain en de vroegere Lutosa’s is Agristo geen merk, en produceert het enkel voor private label. En dat blijft ook zo. “Het in de markt zetten van een eigen merk behoort niet tot onze eigen missie, nee. We zetten kennis en innovatie liever op andere vlakken in. Uiteraard leveren we haast uitsluitend aan klanten die een eigen merk hebben en wij produceren voor hen, maar zelf hebben we die behoefte niet. Wij hebben dezelfde kwaliteit als die grote merken, maar niet onder onze eigen naam. We gaan niet zelf een merk commercialiseren. Dat is een andere business wat marketing betreft, en zo. Je wordt dan een concurrent van je eigen klanten. We zijn er nu net voor onze klanten.”
Het aardappelverwerkend bedrijf hecht ook veel belang aan het aanreiken van meerdere toepassingen aan de aardappeltelers zelf. “Zo geven we hen ook inzicht in hun gegevens: leveringen, contractsituaties, betalingen… We hebben met de Oogst 2019 een nieuw telersportaal opgestart, waar ze van thuis uit kunnen inloggen en alle informatie kunnen bekijken. We hadden al stappen gezet. Zo verhogen we het gebruiksgemak voor de telers en kunnen ze heel gemakkelijk alle gegevens raadplegen.”
Heel aanspreekbaar
“Zo’n tool speelt ook in op de schaalvergroting bij de telers. Die informatie is beschikbaar, waarom zouden we die niet tot bij de teler brengen? Het zorgt voor meer transparantie. We hebben ook sterk ingezet op telersbezoeken, onder andere bij de opstart van de nieuwe fabriek in Wielsbeke”, aldus Steven De Cuyper. “Zo leren ze het bedrijf van binnenuit nog beter kennen, wordt een duurzame relatie verder uitgebouwd en volgt er een nog grotere vertrouwensband. Communiceren, daar gaat het om. We willen heel aanspreekbaar zijn. Dat zorgt voor een betere relatie.”