De federale overheid besliste op 4 juli 2019 dat de besmette bedrijven verplicht moesten ruimen en hiervoor op een tussenkomst van de federale overheid konden rekenen. De Vlaamse overheid komt nu ook tussen voor de vrijwillig geruimde bedrijven die hun stallen weer moesten herbevolken. 55 bedrijven ruimden vrijwillig, samen goed voor 2,6 miljoen dierplaatsen. De uitbraak van het H3 virus heeft tot heel wat schade geleid. Het merendeel van de pluimveehouders heeft heel snel gereageerd om erger te voorkomen. Deze bedrijven worden federaal niét vergoed.
Een leegstandsvergoeding wordt niet toegekend. De totale impact van dit H3 virus voor de sector wordt geraamd op 25 miljoen euro. De voorziene 2,5 miljoen euro is zodoende niets meer dan een druppel op een hete plaat”, reageert de sector op Pluimvee.be. “Voor heel wat pluimveehouders is dit een financieel en emotioneel drama. Zeker aangezien de sector een sectorfonds bezit (cfr. Sanitair Fonds) dat gespijsd wordt met sectorgeld die hiervoor niet kon aangewend worden.”
“Met het Sanitair Fonds in het achterhoofd hebben heel wat pluimveehouders voortijdig geruimd om erger te voorkomen. Dit schept een bijzonder gevaarlijk precedent naar de toekomst toe. Niet alleen pluimveehouders, maar eveneens landbouwers met andere nutsdieren, zullen niet meer vooruitziend zijn indien zoiets nog eens voordoet met alle gevolgen van dien.”





