De Commissie had vorige maand voorgesteld om de vergunning voor glyfosaat met 10 jaar te verlengen, maar op een bijeenkomst van experts van de 27 lidstaten bleek vrijdag niet de vereiste gekwalificeerde meerderheid (55% van de lidstaten die 65% van de EU-bevolking vertegenwoordigen) voorhanden om het voorstel te steunen of te verwerpen.
Onthouding van België
Achttien lidstaten waren voor het voorstel, maar zij vertegenwoordigden slechts 55,03% van de EU-bevolking. Die 18 landen zijn Tsjechië, Denemarken, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Italië, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Finland en Zweden.
België, Nederland, Duitsland, Frankrijk, Bulgarije en Malta (samen 41,96% van de EU-bevolking) onthielden zich bij de stemming en 3 landen (Kroatië, Luxemburg en Oostenrijk, samen iets meer dan 3%) stemden tegen het voorstel.
De huidige vergunning van glyfosaat trad in december 2017 in werking en loopt nog tot 15 december 2023, nadat ze eind vorig jaar met 1 jaar was verlengd omdat de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) meer tijd nodig had om alle beschikbare wetenschappelijke studies en inzichten te analyseren. Die analyse bracht volgens EFSA geen grote bezorgdheden aan het licht. De Commissie bouwde in haar voorstel wel een aantal voorzorgsmaatregelen in, zoals bufferzones rond met glyfosaat bewerkt terrein in de landbouw.
Verboden voor particulieren
Of een werkzame stof op de markt kan worden toegelaten, wordt op Europees niveau beslist. De individuele lidstaten beslissen vervolgens over de vergunning voor specifieke producten – zoals Roundup van Bayer. Door de onzekerheid over de schade van glyfosaat aan mens en milieu geldt in België sinds een aantal jaren een verbod op de verkoop aan en het gebruik ervan door particulieren. In de landbouw kan glyfosaat nog wel gebruikt worden.
Belga/FVDL