Startpagina RULA Fruit

“Met de energiecrisis moeten we heel onze planning omgooien”

Raf Quirijnen en Marleen Van Hasselt telen aardbeien in serres in Loenhout. Startend van niets bouwde het koppel een mooi bedrijf met 4 serres. De glastuinbouw heeft al voor veel uitdagingen gestaan, maar dit jaar lijkt alles samen te komen. De gevolgen van de hitte, de stijgende teeltkosten en de hoge energiekosten zijn zeer uitdagend.

Leestijd : 5 min

Raf en Marleen hebben al een zeer uitdagend jaar achter de rug, en dat zal niet snel verbeteren. Door de hoge energieprijzen kiezen veel aardbeientelers ervoor om in de winter hun serres niet te belichten, wat tot een schaarste aan lokale aardbeien in de winter kan leiden. Zonder belichting hebben de aardbeien meer tijd nodig om te rijpen en dus plantten Raf en Marleen hun aardbeien vroeger dan normaal. De aardbeiplanten die met Kerstmis geplant worden, zullen ook pas later dan normaal in het voorjaar geoogst kunnen worden. Dat kan ervoor zorgen dat alle aardbeien samen op de markt komen, met daartussen periodes met schaarste.

Eigen bedrijf opgebouwd

Raf was altijd al geïnteresseerd in de tuinbouw en besloot daarom om naar de tuinbouwschool te gaan, en om daarna een graduaat tuinbouw te volgen. Hij deed ook een stage op een aardbeienbedrijf, waar hij veel geleerd heeft.

Die stage beviel hem zo goed, dat hij daar 8 jaar lang bleef werken. Hij leerde er de kneepjes van het vak en zette in 2004 de stap naar een eigen bedrijf. “Mijn vrouw besloot samen met mij de stap te wagen. We kochten een stuk landbouwgrond en plaatsten onze eerste serre van 1,3 ha. Dat ging goed en zo kwamen er nog een glasserre en een folieserre bij. Enkele jaren geleden kochten we ook nog een oud tomatenbedrijf over aan de andere kant van de straat. Die serre hebben we gesloopt en volledig heropgebouwd.”

Samen met hun vaste werknemers en seizoenarbeiders staan Raf en Marleen elke dag van de week in hun serre.
Samen met hun vaste werknemers en seizoenarbeiders staan Raf en Marleen elke dag van de week in hun serre. - Foto: SN

Planning veranderen

De nieuwste serre aan de andere kant van de straat heeft assimilatiebelichting en een warmtekrachtkoppeling (WKK). De warmte en gezuiverde CO2 worden onder de straat door naar de andere serres geleid. Dit jaar besloten Raf en Marleen om hun teelt niet te belichten door de hoge energiekosten. Daardoor wordt het moeilijker om heel laat op het jaar en heel vroeg op het jaar aardbeien te oogsten.

“De serres moeten nog steeds verwarmd worden en dat is een energievraagstuk dat we nog moeten oplossen. Momenteel hebben we de planten al vroeger geplant, zodat de belichting niet noodzakelijk is.

In normale jaren proberen we de aardbeien zo te planten dat de oogst per serre elkaar opvolgt en dat de werkdruk dus gespreid wordt. In de folieserre, die onverwarmd is, zetten we maar 2 teelten per jaar en daar oogsten we dus later. In de glasserres werken we met 3 teelten, omdat we daar sneller en dus vaker kunnen oogsten.

In de vroege teelt kiezen we voor het ras Sonata. Dat is een variëteit die het toelaat om te forceren. Het is een zeer lekkere aardbei met een mooie vorm. Voor de latere teelten kiezen we voor Elsanta.

Ik heb ook beslist om mijn stroom volledig op het net te brengen. Eerst gebruikte ik 30% van de elektriciteit voor mijn lampen, maar aangezien ik die niet ga gebruiken heb ik dat niet nodig. Nu moet ik in de plaats van mijn aardbeien, mijn elektriciteit verkopen om de teelten rendabeler te maken.”

In de folieserres staan 2 teelten per jaar. In de glasserres zijn dat er 3.
In de folieserres staan 2 teelten per jaar. In de glasserres zijn dat er 3. - Foto: SN

Duurzaam

Raf en Marleen proberen zo duurzaam mogelijk te werken. Ze installeerden enkele jaren geleden energieschermen, wekken elektriciteit op met een WKK, recupereren CO2-uitstoot en warmte en hebben grote waterbassins van 24.000 kuub staan om het regenwater op te vangen.

Planten kweken

“In één serre is er in de zomer geen productie. Daar staan dan moederplanten. Van die moederplanten worden stekjes gehaald, die daarna in kleine potjes buitengezet worden om te groeien. In november zit er voldoende bloem aan de stekjes, dus dan gaan ze de frigo in. Daar bewaren we de plantjes bij -1,8 °C. Een jaar later kunnen we die stekjes dan planten op een moment naar keuze tussen januari en september.

Voor de bevruchting van de plantjes gebruiken we bijen en hommels. Hommels vliegen onder alle omstandigheden. Bijen vliegen enkel als de zon schijnt. Dat is een goede combinatie, want hommels durven wel eens bloemen kapot te vliegen, een bij daarentegen vliegt rustiger aan.”

Lage prijzen

“In het voorjaar waren de prijzen erg laag. Dat kwam door de import en omdat er veel aardbeien waren dankzij de warme temperaturen. De prijzen stegen in de zomer, maar toen ging een deel van de productie verloren door de warmte. Wanneer het voor een langere periode ook ’s nachts boven de 18 graden blijft, krijgt de aardbei niet genoeg suiker en is die dus niet zoet genoeg. De kwaliteit gaat er dan op achteruit. De ideale temperatuur voor buiten is 23 graden overdag.

De warmte is niet enkel nadelig voor onze planten, maar ook voor onszelf en onze werkkrachten. Als het buiten te warm is, is het dat in de serre ook. We proberen dan vroeg te beginnen met werken en ’s middags te stoppen. We verkoelen onze serres met hogedrukverneveling, en dat werkt best goed.

De prijs voor het najaar blijft afwachten, want dan zullen er weer veel aardbeien samen geoogst worden. Laten we hopen dat er veel aardbeien gegeten worden. De stijgende inflatie heeft echter alleen maar een slechte invloed op de koopkracht. Een goede export zou ons ook nog deels kunnen redden, maar dat valt af te wachten.

De meeste aardbeien die naar het buitenland gaan, gaan vooral naar Scandinavië, Frankrijk en Engeland. De buurlanden die de meeste aardbeien telen zijn - naast België - Nederland en Duitsland. Onze Hoogstraatse aardbeien zijn ver bekend, want wij beschikken hier over veel kennis, onder andere dankzij het proefcentrum in Hoogstraten.”

Seizoensarbeiders

“Marleen en ik hebben voor ons bedrijf 3 vaste werknemers aangenomen. De rest zijn seizoensarbeiders. Het is niet altijd gemakkelijk om seizoensarbeiders te vinden, want de welvaart gaat erop vooruit in de Oost-Europese landen. Over de jaren heen hebben we wel een goede ploeg kunnen opbouwen. De meesten komen terug, waardoor we een vaste groep seizoensarbeiders hebben.

Onzekere toekomst

Met alle uitdagingen in het vooruitzicht is er minder zekerheid. We weten niet hoe groot onze productie zal zijn, wat onze kosten zullen zijn en welke prijs we voor ons product zullen krijgen. We passen ons zo goed mogelijk aan en hopen nog vele jaren de lekkerste aardbeien te kunnen telen. Soms is het zoeken, maar we vinden voorlopig nog altijd een weg.”

Sanne Nuyts

Lees ook in RULA Fruit

Willy Royakkers kan zijn liefde voor braambessen doorgeven aan de volgende generatie

RULA Fruit Vlaanderen telt maar een handvol bedrijven die braambessen telen op grote schaal. De vraag naar deze vitaminebommetjes groeit nochtans nog elk jaar en de winstmarge is voorlopig nog mooi, maar de exploderende energieprijzen zouden wel eens roet in het eten kunnen gooien van de telers. Landbouwleven ging daarom eens poolshoogte nemen in de serre van de familie Royakkers in Nazareth.
Meer artikelen bekijken