Startpagina Vleesvee

Kostprijsstijging in de vleesveehouderij is niet meer bij te houden!

Na een positieve prijsvorming voor vleesvee tijdens de coronaperiode, wordt ook deze sector geconfronteerd met grote prijsstijgingen van grondstoffen. Dat heeft weliswaar een effect op de rendabiliteit.

Leestijd : 3 min

In dit vijfde en laatste artikel van de artikelreeks over het Vleesveecongres van voorbije zomer gaan we dieper in op de resultaten van gespecialiseerde zoogkoebedrijven op basis van de Focus-boekhoudingen van Boerenbond.

De coronacrisis vormde in de vleesveehouderij een keerpunt met een betere prijsvorming halverwege 2020. Door een hoger thuisverbruik en een lager aanbod trokken de prijzen van stieren en koeien aan. Ze zorgden voor een beter inkomen. Momenteel worden de betere prijzen echter volledig opgeslorpt door de enorme prijsstijging van grondstoffen.

Ook de prijs van kalveren trok recent aan.
Ook de prijs van kalveren trok recent aan. - Foto: Boerenbond

Voederkosten bepalend voor totale kostprijs

Voederkosten vormen op gesloten zoogkoebedrijven twee derde van de totale kosten. Deze bedrijven hebben de voorbije jaren systematisch een beter inkomen kunnen voorleggen ten opzichte van de bedrijven die stierkalveren verkochten en koeien niet afmesten. Ook op deze bedrijven lopen de voederfacturen echter op tot ongekende hoogtes.

In tabel 1 worden voor gespecialiseerde zoogkoebedrijven het krachtvoerverbruik per zoogkoe en de prijsevolutie van het krachtvoer weergegeven. In de Focus-boekhouding gaat dit over bedrijven met een Belgisch witblauwe veestapel met 100 zoogkoeien, die vrij intensief werken op het bedrijf.

48-3373-ZOOGKOE1-web

De prijzen voor krachtvoer stegen in 2021 al duidelijk ten opzichte van 2020. In het voorjaar van 2022 stegen de prijzen echter nog een stuk verder met bijna 150 euro per ton. Ook melkpoeder was in mei 2022 50% duurder en kostte meer dan 3 euro/ton. De genoteerde krachtvoerprijzen van mei 2022 zijn richtinggevend en kunnen verschillen per bedrijf in functie van het ruweiwitgehalte en in functie van de quantumkorting.

Heel wat bedrijven voederen krachtvoerachtigen (perspulp, draf, aardappelproducten) om het rantsoen smakelijker en goedkoper te maken. Ook deze voedermiddelen werden een stuk duurder. Ook perspulp zal dit najaar een stuk duurder zijn en de rantsoenkost verder opdrijven.

Hogere verkoopprijzen stieren en koeien

In tabel 2 zien we de gemiddelde verkoopprijzen van stieren en koeien.

48-3373-ZOOGKOE2-web

De gemiddelde verkoopprijzen liggen in 2021 een stuk hoger dan in 2020. De gemiddelde verkoopprijs voor stieren lag voor het hele jaar en voor alle dieren rond de 5,50 euro/kg geslacht gewicht. Koeien haalden in 2021 nog een iets lagere prijs dan stieren (5,40 euro/kg geslacht), maar in 2022 werden koeien net duurder dan stieren!

Voerkosten zijn gecompenseerd, maar…

In 2021 stegen de opbrengsten per zoogkoe (+ 248 euro) sterker dan de krachtvoerkosten (+ 98 euro) ten opzichte van 2020. Het voersaldo (voersaldo = vleesopbrengsten - krachtvoerkosten - variabele ruwvoerkosten) lag zo dus 150 euro per zoogkoe hoger. Uit verdere analyse van de boekhoudingen blijkt echter dat de overige kosten (loonwerk, gezondheid, stro…) ook al een stuk gestegen waren. Het totaal arbeidsinkomen per zoogkoe lag in 2021 uiteindelijk dus niet zo veel hoger dan in 2020.

Eind mei 2022 zagen we dat door een betere opbrengst per zoogkoe (+ 544 euro) en de stijging van de krachtvoerkosten (+ 490 euro), het voersaldo 50 euro hoger lag dan in 2020. Toch ligt het voersaldo hiermee al 100 euro lager dan in 2021. De hogere inkomsten gaan dus al in grote mate op aan de gestegen kosten!

Andere kosten worden niet gecompenseerd

Terwijl de hogere voederkosten nog gecompenseerd worden door de hogere opbrengsten, is dit voor de hogere kosten voor kunstmest, mazout en elektriciteit niet meer het geval. Volgens eigen berekeningen stijgen deze kosten met 170 euro per zoogkoe (cijfers voorjaar 2022). De totale kosten per zoogkoe stijgen hiermee tot 660 euro op jaarbasis ten opzichte van 2020.

Voor een bedrijf met 100 zoogkoeien betekent dit dus een kostenstijging van 66.000 euro! Om het saldo gelijk te houden zou daar een prijsstijging van 1,25 euro per kg geslacht moeten tegenover staan. We constateren dus een daling van het inkomen onder het niveau van 2020 en 2021. Wie vandaag zegt dat de vleesveeprijzen hoog zijn, houdt alvast geen rekening met de kostprijsstijging.

Dirk Audenaert, Boerenbond

Lees ook in Vleesvee

Meer artikelen bekijken