Startpagina Tuin

Snoei bij minder courante fruitsoorten

Vanaf nu gaat het vlug in de natuur. De aandachtige waarnemer heeft al opgemerkt dat de botten van heel wat plantensoorten al aardig aan het schuiven zijn. Hoog tijd dus voor het nodige snoeiwerk in de tuin. Sierstruiken, fruitbomen, kleinfruit, rozen: dankzij een goede snoeibeurt bloeien ze nog rijker en dragen ze nog meer vruchten.

Leestijd : 5 min

De snoei van de courante planten hebben we ondertussen al wat in de vingers: jonge planten verlangen meestal wat vormsnoei, bloeiende struiken worden het best wat geprikkeld om voldoende jong hout te vormen en rijk te bloeien, en bij fruitbomen mogen te steil groeiende takken en waterloten weggesnoeid worden. Maar hoe zit dat nu met die tropische en mediterrane planten die steeds vaker in onze tuinen opduiken en die door de hogere gemiddelde temperaturen van de laatste jaren ook vaak rijpe vruchten dragen? Ook voor deze planten geldt dat we door gerichte snoei een grotere opbrengst kunnen bekomen. Wij zochten voor je uit hoe we deze nieuwkomers in de tuin het best kunnen snoeien (of net niet) om ze mooi, gezond en vruchtbaar te houden.

Vijgen (Ficus-soorten)

Voor een echt rijke opbrengst hebben vijgen een warm klimaat met lange, hete zomers nodig. In zo’n klimaat brengt de boom 2 of zelfs 3 oogsten per jaar op. Bij ons rijpt slechts 1 opbrengst per jaar, die dan vaak nog heel beperkt is, tenzij de boom op een zeer gunstig plekje staat (of in pot gekweekt wordt, zodat de oogst binnen verder af kan rijpen) en de kroon helemaal opengesnoeid wordt om voldoende licht in het hart van de boom te krijgen. Ideaal in een kouder klimaat is een plaats tegen een zuidermuur, waarbij de boom in een waaier-leivorm gesnoeid wordt.

Vormsnoei bij waaiervorm Vijgen mogen pas gesnoeid worden als het blad gevallen is, maar ook niet te laat, anders gaan ze bloeden. Je kan deze plant het best snoeien in het vroege voorjaar, als de kans op strenge vorst voorbij is.

Begin met een robuust vijgenboompje van 2 of 3 jaar oud. Indien de zijscheuten te zwak of slecht geplaatst zijn, dan kan men van nul beginnen door de zijscheuten weg te snoeien en de harttak terug te snoeien tot een lengte van ongeveer 40 cm, net boven een knop. Op deze manier krijgt men in het volgende jaar sterke zijscheuten, die men waaiervormig kan aanbinden aan span-draden met een tussenafstand van 30 cm. Heeft de vijg wel een paar goed geplaatste zijscheuten, dan wordt de harttak ingekort tot net boven de hoogste zijscheut. De overbodige zijscheuten worden verwijderd en de andere scheuten worden met maximaal een kwart ingekort, tot net boven een opwaartse knop. Streef naar een stelsel van 6 hoofdtakken en bind de zijscheuten aan om de tussenruimte op te vullen.

Onderhoudssnoei Een vijgenboom kan meerdere oogsten per jaar geven. In ons klimaat zijn het de vruchtjes die in de late zomer aan de toppen van de jonge scheuten groeien, die in de herfst van het volgende jaar zullen zorgen voor rijpe vruchten. Om steeds voldoende jonge takken te hebben, volstaat het om de takken die het vorig seizoen gedragen hebben, terug te snoeien op 2 ogen. Hieruit ontstaan nieuwe scheuten, die later weer vijgen voortbrengen. Op het einde van de herfst kunnen de jonge vruchten die zich in het voorjaar vormden en bij ons toch niet afrijpen, worden weggesnoeid.

(Vorm)snoei van struiken en bomen De vormsnoei richt zich op het vormen van een evenwichtig takkenstelsel (respectievelijk op 90, 125 en 180 cm voor een struik, halfstam of hoogstam). Bij een jonge, ongevormde vijg worden, op één na, alle scheuten weggesnoeid. De resterende scheut wordt aan een paal of stok omhoog geleid en vroeg in het volgende (of afhankelijk van de gewenste lengte in het daaropvolgende) voorjaar op de juiste hoogte ingesnoeid.

Als gevolg hiervan zullen zich op de stam zijtakken ontwikkelen, waarvan we de 4 tot 6 hoogste gebruiken als gesteltakken en de overige wegsnoeien. In het daaropvolgende voorjaar worden alle gesteltakken met de helft ingesnoeid op een naar buiten gerichte knop. Eens de kroon gevormd, vereisen de bomen nog weinig snoei. In het voorjaar worden alle scheuten met vorstschade, kruisende takken en overtollig hout weggesnoeid. Bij volwassen bomen wordt jaarlijks een deel van het oudere hout weggesnoeid tot op een sterke jonge scheut of tot een stompje van enkele cm. Daaruit zal in de zomer een nieuwe scheut groeien.

Citrusvruchten

Het geslacht Citrus komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië. Het kent een groot aantal soorten die als fruitgewas worden geteeld. Denken we maar aan sinaasappelen, citroenen, limoenen en mandarijnen. Jammer genoeg kunnen deze groenblijvende struiken alleen in subtropische en sommige warm gematigde streken het jaar rond buiten groeien, waar het goed uitgerijpte hout enkele graden vorst wel kan verdragen. Bij ons dienen ze als potplant geteeld te worden en kunnen ze enkel naar buiten als het vorstgevaar geweken is. Hoewel citrusplanten gemakkelijk uit pitten te kweken zijn, is dit niet de ideale manier om fruitdragende struiken te kweken. Wie echt wil oogsten, zal moeten starten met een geënte variëteit, zoals die in het voorjaar massaal te vinden zijn in de handel.

Vormsnoei Citrusplanten groeien van nature uit tot wilde struiken met meerdere stammen, in potten en bakken zijn ze echter op hun mooist als ze opgekweekt worden op stam. Laat de hoofdstam doorgroeien tot de gewenste lengte. Ontdoe de stam tijdens de opkweek geleidelijk van zijn zijscheuten, zodat een deel van de zijtakken steeds kan zorgen voor de voeding van de stam en hem kan beschermen tegen zonnebrand.

Als de gewenste stamlengte bereikt is, kiest men een 4-tal zijtakken uit die ongeveer even lang zijn en die onder een hoek van minstens 40° uit de stam groeien. In het volgend voorjaar worden de gesteltakken ingekort, met de bedoeling dat ze elk 2 of 3 zijscheuten ontwikkelen, die op hun beurt het volgende voorjaar ingekort worden om er zijscheuten op te kweken. Door het telkens insnoeien van de eindscheuten ontstaat een bossige groei. Zo ontstaat een mooie, bolvormige kroon.

Onderhoudssnoei Niets zo makkelijk: snoei volwassen bomen zo weinig mogelijk. Bij geënte boompjes moet je jaarlijks de eventuele wildopslag (onder de entplaats) verwijderen. Verder hebben citrusbomen de neiging om waterloten (snel en steil groeiende zijtakken) te vormen op de gesteltakken, die regelmatig dienen weggesnoeid te worden. Ook zieke, dode en kruisende takken mogen aan het begin van het groeiseizoen, bij het hernemen van de groei, weggesnoeid worden.

Omdat de vruchten zo'n 12 maand nodig hebben om rijp te worden, en omdat de boom – afhankelijk van de temperatuur – verschillende groeicyclussen per jaar heeft, is het heel gewoon dat de plant tegelijk vruchten en bloemen draagt. Zorg steeds voor een warme, zonnige en tochtvrije standplaats en plant bij voorkeur in een luchtige en liefst lichtzure potgrond. logisch is ook dat hoe groter de pot of kuip is, hoe groter en forser de plant uiteindelijk kan uitgroeien en hoe groter de potentiële oogst zal zijn.

Geert Brantegem

Lees ook in Tuin

Het nieuwe moestuinseizoen staat voor de deur

Tuin Door de zachte temperaturen belooft het in 2024 een vroeg seizoen te worden. De enthousiaste moestuinier voelt zich in deze periode zoals een kind in de weken voor Sinterklaas: voorzichtig bladerend door de catalogi van zaadhuizen en tuincentra op zoek naar nieuwigheden en curiosa, hier en daar aankruisend welk ras of soort men in het komende seizoen wel eens wil uit proberen.
Meer artikelen bekijken