Startpagina Tuin

De linde doorheen de geschiedenis

Bij ons thuis stond een lindeboom voor het huis. Het was een echte 'huisboom', inclusief een Mariakapelletje, die na de afbraak van de oude hoevewoning gespaard was. Hij staat er nu nog. Wanneer ik in deze periode de bloeiende lindeboom passeer en ik de heerlijk zoete geur van de bloesem ruik en de boom hoor zoemen en gonzen van de insecten, dan begint voor mij de zomer.

Leestijd : 5 min

Bomen hadden vroeger een heel ander aanzien dan nu. Ze hadden iets mythisch, bomen stonden er als je geboren werd en stonden er nog als je stierf. Het hout was een belangrijke grondstof voor het bouwen van huizen, het vervaardigen van allerlei materiaal en als brandstof. Het loof werd gebruikt om het vee te voeden en de bladeren en de bast hadden vaak een geneeskrachtige werking.

Een boom met wortels in het verleden

De lindeboom is meer dan zomaar een boom. Zijn wortels gaan ver terug in onze geschiedenis, tot diep in de prehistorie. In de tijd van de Kelten en de Germanen was de linde gewijd aan Freya, de godin van liefde, vruchtbaarheid en gerechtigheid. Deze boom stond vaak in het midden van dorpen en op pleinen, als symbool van leven en bescherming. Er werd geloofd dat de bliksem haar niet kon deren, en dat wie onder de linde schuilde, veilig was. Onder haar kruin werden rechtszaken gehouden, vonnissen geveld en feesten gevierd. De linde was de plek waar men danste, dronk, beminde en vergaderde — een echte gemeenschapsboom.

Met de opkomst van het christendom werd deze heilige boom ‘gekerstend’: de heidense Freya maakte plaats voor Maria. In veel lindebomen verscheen een Mariabeeldje of werd een kapelletje uitgehouwen. Vandaar ook de nog steeds voorkomende benaming ‘Marialinde’. Oude dorpspleinen met monumentale lindes, hoeves met lindes op het erf en cafés met namen als ‘De Gouden Linde’ of ‘In de Linde’ zijn stille getuigen van dit rijke erfgoed.

Een boom met toekomst

De linde is niet alleen een sierlijke en cultuurhistorisch waardevolle boom, maar ook een uitstekende klimaatboom. De lindeboom is al ingeburgerd in landen met hete, droge zomers en verdraagt temperaturen tussen -45° C en 44° C. Hij is bestand tegen late vorst en is dankzij zijn stevig wortelgestel ook stormbestendig. Door zijn brede, dichte bladerkroon biedt hij veel schaduw en draagt hij bij aan het verkoelen van stedelijke omgevingen. Dankzij zijn rijke bloei is hij ook een belangrijke voedselbron voor bijen en andere bestuivers. Als inheemse boom draagt hij ook zijn steentje bij aan de biodiversiteit. En dat hij toekomst heeft: met een beetje geluk wordt een lindeboom zeer oud en staat hij er binnen 500 jaar nog steeds.

Botanisch

Het geslacht Tilia behoort volgens de moderne botanische indeling tot de kaasjeskruidfamilie(Malvaceae), samen met onder andere hibiscus en katoen. De lindeboom komt voor in gematigde klimaatzones van het noordelijk halfrond. Het geslacht Tilia omvat een 30-tal soorten, waarvan een aantal nog vaak aangeplant worden in openbaar groen. Omdat lindebomen goed bestand zijn tegen rigoureuze snoei, worden ze in tuinen ook vaak toegepast als leiboom (leilindes).

Lindes worden gekenmerkt door hun hartvormige bladeren, hun zachte, geurige bloemen in kleine schermen, en door het typische, verdrogende schutblad dat dienstdoet als ‘vleugel’ voor zaadverspreiding door de wind. De bloei is vaak zo uitbundig dat de hele boom geel lijkt te kleuren. Bijzonder is de aantrekkingskracht van de bloesems op honingbijen die zorgen voor de bestuiving. Niet voor niets worden lindes als bijenbomen beschouwd: ze leveren nectar in overvloed, vaak op momenten dat andere bomen al uitgebloeid zijn. Daarvan kan dan heerlijk aromatische honing gemaakt worden.

Een nadeel is de aantasting in sommige jaren door lindebladluizen (Eucallipterus tiliae), die een suikerhoudende stof afscheiden: honingdauw. Die plakkerige substantie daalt neer op auto's, banken en straten onder de boom en kan voor ongemak zorgen in stedelijke omgevingen.

De kracht van lindebloesem

De bloesem van de lindeboom wordt al eeuwenlang gebruikt in de volksgeneeskunde en zijn geneeskrachtige eigenschappen worden gestaafd door hedendaags onderzoek. Van de kleinbladige linde, de grootbladige linde en de Hollandse linde worden de bloemen geoogst tijdens de korte, maar intensieve bloeiperiode in juni en juli. Ze worden vervolgens gedroogd en verwerkt tot lindebloesemthee. Deze thee staat bekend om zijn zweetdrijvende werking, maar is ook koortswerend en werkt verzachtend op de slijmvliezen van de luchtwegen. Bovendien heeft thee van lindebloesem een kalmerende werking en is hij mild slaapverwekkend. Niet verwonderlijk dus dat mensen vroeger lindethee dronken bij symptomen van griep en verkoudheid. 30 g gedroogde lindebloesem op 1 l heet water of 4 g per tas, afdekken en 10 minuten laten trekken, eventueel wat honing toevoegen en de thee is klaar. Opgelet: bereid de thee nooit met of in kokend water, want dit vernietigt de actieve stoffen van de bloesems.

Thee van lindebloesem is een probaat middel om de symptomen van griep en verkoudheid te verzachten
Thee van lindebloesem is een probaat middel om de symptomen van griep en verkoudheid te verzachten - Foto: GB

Enkele veel voorkomende soorten

De kleinbladige winterlinde (Tilia cordata) De soort die het best aangepast is aan ons klimaat is de kleinbladige winterlinde, die bij ons als inheems bekendstaat. Uit fossiel stuifmeel blijkt dat deze boom zowat 5.000 jaar geleden de oerwouden in het Noordwest-Europese laagland domineerde. Nu komt hij, net als de andere soorten, bijna alleen nog voor als aangeplante boom, mogelijk omdat hij geen beweiding verdroeg of omdat voor een goede zaadrijping warme zomers nodig zijn (misschien doet hij het wel beter met de opwarming van het klimaat). De kleinbladige linde groeit uit tot een forse koepelvormige boom tot 38 m hoog. De bloei is tot 2 weken later dan bij de zomer- en Hollandse linde, maar is echt massaal. Daardoor lijkt de boom wel geel gekleurd.

De grootbladige zomerlinde (Tilia platyphyllos) Deze boom komt in de meer gematigde klimaatgebieden van Europa en Zuidwest-Azië voor. Deze boom werd in onze streken in de voorbije eeuwen (zij het minder dan de Hollandse linde) vaak aangeplant en wordt tot 42 m hoog. De bloei is aan het begin van de zomer (rond 21 juni) op zijn hoogtepunt.

De Hollandse linde (Tilia X Europaea) Een kruising tussen de 2 bovenstaande soorten is de Hollandse linde. Deze boom komt bijna niet voor in verwilderde vorm, maar was tussen het begin van de 17e eeuw tot het midden van de 20e eeuw de meest aangeplante linde. Deze boom laat zich makkelijk vermeerderen door afleggers, omdat hij onderaan de stam rijkelijk waterloten vormt. Dat is een typisch kenmerk voor deze soort. De bloemen van deze hybride vorm zijn in de regel steriel. Deze soort, die goed snoeien verdraagt, wordt vaak gebruikt voor het vormen van leilindes. De Hollandse linde bloeit gelijktijdig met de zomerlinde.

De zilverlinde (Tilia tomentosa) is een lindesoort die weinig eisen stelt aan zijn groeiomgeving en daarom vaak wordt aangeplant in het openbaar groen. Het is een mooie boom met een brede, zuiver koepelvormige kroon. Hij wordt tussen de 30 en 40 m hoog en dankt zijn naam aan zijn grijs- tot witviltig behaarde bladeren en twijgen. Tijdens droge periodes in de zomer toont hij de witte bladonderzijde door de bladeren om te draaien en in de herfst kleuren de bladeren prachtig geel.

Geert Brantegem

Lees ook in Tuin

Pelargonium: de koningin van de vensterbank

Tuin Eind april, begin mei staan alle bloemenwinkels, marktkramen en tuincentra te pronken met een kleurig en fleurig assortiment balkonplanten: rijkbloeiende petunia’s, hangende surfinia’s met een waterval van bloemen, onderhoudsvriendelijke Million Bells (Callibrachoa), verbena’s, bacopa’s, bidens en noem maar op. Nog nooit is er echter eentje in geslaagd om de pelargonium, de klassieker onder de balkonplanten, van haar troon te stoten.
Meer artikelen bekijken