Startpagina Akkerbouw

Aziatische hoornaar blijft aanvallen

Bij het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) loopt momenteel een doctoraat naar het dieet van de Aziatische hoornaar in Vlaanderen. De bedoeling is om een duidelijker beeld te krijgen van de impact van die soort op de Vlaamse biodiversiteit.

Leestijd : 3 min

In de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement verduidelijkte minister Jo Brouns (cd&v) op 21 januari dat de monitoringsgegevens ook aantonen dat de Aziatische hoornaar tot op heden nog steeds bij voorkeur vertoeft in urbane en suburbane gebieden. De minister bevestigde dat deze invasieve exoot een negatieve impact heeft op de biodiversiteit en ecosysteemdiensten. Dat komt door de competitie, de predatie en het genereren van een zogenaamde landscape of fear. Het reeds beschikbare onderzoek benadrukt dat die Aziatische hoornaar een generalistische predator is, die dus voornamelijk predeert op honingbijen, vliegen en sociale wespen. Daarnaast is het een opportunistische soort die zich richt op lokaal overvloedige soorten, zoals vliegen op vee of honingbijen rond een bijenkast.

Minister Brouns kwam met deze toelichting tegemoet aan een vraag van commissielid en partijgenoot Stijn De Roo die vaststelde dat ondanks eerdere inspanningen de populatie van de Vespa velutina zich blijft uitbreiden. De Roo nam het auditorium in de commissie mee naar de Verenigde Staten (VS). Daar kondigden het Washington State Department of Agriculture en het Amerikaanse Department of Agriculture aan dat de noordelijke reuzenhoornaar na een intensieve en gecoördineerde bestrijdingscampagne definitief werd uitgeroeid.

Impact beperken

De minister verwees naar een systeem waaraan momenteel in Vlaanderen wordt gewerkt dat de populatiedynamieken voorspelt in functie van beheer van de soort. Er wordt ook een prioritering opgesteld van belangrijke pollinatorengebieden voor het beheer van nesten van die Aziatische hoornaar. De combinatie van beide zal worden gebruikt om de bestrijdingsinspanning te kunnen focussen, zodat de potentiële impact tot het minimum kan worden herleid.

In eerste instantie is de bestrijdingsaanpak in Vlaanderen gecoördineerd en gecentraliseerd gebeurd. Daarbij werd maximaal samengewerkt tussen het Agentschap Natuur en Bos (ANB), het INBO, het Agentschap Landbouw en Zeevisserij en de brandweer. Net zoals in de VS is er ook ingezet op burgerwetenschap om nesten te kunnen melden. Een belangrijk verschil tussen de situatie in de VS en de situatie in Vlaanderen is dat het ginds om een gelokaliseerde haard ging, een puntbesmetting als het ware, waarop dus gericht en intensief kon worden ingezet. Vlaanderen ligt echter aan een breed front van een invasiegolf vanuit het zuiden.

Vespa mandarinia is andere soort

Het betreft ook een andere soort. De Vespa mandarinia maakt gemiddeld ook nesten met minder individuen dan de Vespa velutina – dat is de soort van in Vlaanderen – en bijgevolg ook minder koninginnen, waardoor de verspreidingssnelheid trager is. Dat maakt dat de Vlaamse en de Amerikaanse situatie moeilijk te vergelijken zijn.

Een intensieve bestrijdingsstrategie in een vroeg stadium van aanwezigheid van een soort is volgens minister Brouns ook steeds een hele uitdaging. De kost, de impact, de uitvoerbaarheid en de effectiviteit zijn zeer verschillend per soort. Specifiek voor de Aziatische hoornaar is snel gebleken dat de kostprijs voor de initiële bestrijding niet langer in verhouding stond tot de effectiviteit van de aanpak.

Praktische uitvoerbaarheid

Een uitroeiing bleek niet langer haalbaar, dus is voor Jo Brouns een gebiedsdekkende bestrijding op dat vlak onzinnig. Daarom is in 2024 de keuze gemaakt om een kader van beheerregeling in te zetten voor impactmitigatie met alle relevante stakeholders. Die impact op andere inheemse soorten hangt steeds af van de gekozen bestrijdingsmethodiek en moet maximaal worden vermeden.

Voor elke soort is de invasiedynamiek verschillend, wat de praktische uitvoerbaarheid in belangrijke mate bepaalt.

De Vlaamse overheid faciliteert de implementatie, onder andere door het aanbieden van een raamovereenkomst voor de bestrijding van de Aziatische hoornaar aan lokale besturen en andere terreinbeheerders. Op die manier kan men meer uniforme prijzen en een uniforme manier van bestrijding verkrijgen. Het staat een lokaal bestuur uiteraard vrij om op eigen initiatief bij te dragen, om de prijs voor de burger uniform beperkt te kunnen houden.

Fons Jacobs

Lees ook in Akkerbouw

Slimme boeren maaien vroeg

Akkerbouw Ook in de commissie Omgeving kwam het ophefmakende graspollenonderzoek dat overal de media haalde aan bod. Ondanks duiding van experten over de gangbare praktijk van graslandbeheer wil Bieke Verlinden (Vooruit) bijkomende duiding.
Meer artikelen bekijken