Bart Maertens wil met de Belgian Butcher Bulls naar WK in Australië
Bart Maertens was dit jaar de kapitein van de Belgian Butcher Bulls, de ploeg die onze nationale kleuren verdedigde op het Wereldkampioenschap Beenhouwerij in Parijs. Deze BBB eindigde net naast het podium, maar de ambitie om beter te doen op het volgende WK is groot.


Bart Maertens is behalve beenhouwer ook veehouder op Hoeve Hagebos in de West-Vlaamse gemeente Zuienkerke, met zowat 200 runderen van het Blonde d’Aquitaine-ras. Daarnaast heeft hij 2 beenhouwerijen, in Brugge en Sijsele. “Ik ben boer en beenhouwer tegelijk. Ik kan niet het ene doen zonder het andere en de korte keten is dan ook een zegen voor mij”, zegt hij stellig.
Zoals wel vaker kreeg Bart de liefde voor het vak met de paplepel ingegeven. “Mijn vader is het bedrijf gestart. Hij begon als slager en heeft daarna een hoeve gekocht waar hij vleesvee hield. Aanvankelijk was dat Belgisch witblauw. Hij schakelde in 1997 over op Blonde d’Aquitaine. Pas daarna, in 2011, hebben ik en Lore de slagerij overgenomen. De vleesveetak hebben we in 2017 overgenomen en de boerderij hebben we gebouwd in 2018. Het akkerbouwgedeelte zit nog bij mijn vader”, vertelt Bart.
Eigen en lokale producten
Bart en Lore bouwden in 2017 een nieuwe stal in Zuienkerke, waar ze ook hun woning hebben. De eerste runderen stonden daar in 2018 in de stal. “De eerste beenhouwerij is door mijn vader gestart in Brugge. In 2012 verhuisde de zaak naar de Leopold I-laan in Brugge en daar is de verkoop optimaal. De tweede beenhouwerij was een kans die we niet konden laten liggen. Die vestiging in Sijsele was bij de overname al een moderne ambachtelijke beenhouwerij, die door de afstand geen concurrentie vormde met onze vestiging in Brugge. In beide beenhouwerijen versnijden we en maken we nagenoeg alle vleesbereidingen en lunchsalades zelf. We hebben daarvoor 20 vaste mensen in dienst en dan nog een aantal flexi-jobbers.” Het assortiment van eigen rundvlees wordt aangevuld met onder meer lokale zuivel van ‘t Schottenhof uit Brugge en van de Jerseyhoeve in De Haan. Het varkensvlees komt van Gusto uit Knesselare.
Met 200 runderen heeft Bart gemiddeld 40 kalvingen per jaar. Om zijn 2 beenhouwerijen te bevoorraden laat hij elke week 2 tot 3 dieren slachten. “Ik koop nog extra dieren aan voor de afmest. Doorgaans doe ik dat in Frankrijk. Het aanbod van Blonde-runderen in Frankrijk is veel groter. In Vlaanderen kan ik er misschien 2 of 3 tegelijk kopen en die verschillen dan van leeftijd en volume. In Frankrijk kan ik er 30 ineens kopen en die verschillen bij aankoop geen 20 kg van elkaar. Dat is veel makkelijker om te werken.”
Alle in Frankrijk gekochte dieren gaan daar eerst al in quarantaine voor de export en blijven na de aankoop nog minstens 1 maand in quarantaine op de boerderij in Zuienkerke, voor ze bij de andere runderen in de stal komen. Zo wordt insleep van ziektes voorkomen.
Enorme passie voor de Blondes
Bart maakte niet zelf de raskeuze, maar is wel rotsvast overtuigd van de kwaliteit en heeft een enorme passie voor het ras. “Je zal mij niets verkeerd horen zeggen over Belgisch witblauw, niet als boer en niet als beenhouwer. Op de manier dat we onze bedrijven georganiseerd hebben, met de drukte van 2 beenhouwerijen, zijn de natuurlijke geboortes van de Blonde-kalfjes een voordeel. Heel vaak volstaat het om op de camera te zien dat de geboorte vlot verloopt en vaak moeten we niet gaan helpen. En onze Blondes zijn minder vatbaar voor ziektes. Ze hebben wel meer ‘karakter’”, vertelt Bart. Inzake genetica let hij naast de klassieke parameters op een aantal aspecten: goede moeders, de bekkengrootte (bassin), de spieropbouw en het beendergestel.
Aan blauwtong is hij vorig jaar niet ontsnapt. “Ik had maar een klein beetje uitval en misgeboortes. Dit jaar waren we bij de eersten om het eerste vaccin tegen blauwtong toe te dienen en de runderen zullen de tweede vaccinatie krijgen voordat ze op de weide gaan. Met het vaccineren op zich heb ik geen probleem, maar het zorgde bij de dieren in de stal toch voor een onrustige periode. Ik ben nu wel benieuwd in welke mate dat vaccineren helpt.”
Prijsstijging ging heel snel voor sommige klanten
Dat de prijzen voor vleesvee nu beter zijn, daar ziet de boer-beenhouwer toch een nadeel in. “De stijging kwam plots en ging heel snel. Sinds de coronaperiode was er al een heel lichte stijging en die hebben de klanten nauwelijks opgemerkt. De recente grote prijssprong zorgt al eens voor gespreksstof in onze beenhouwerijen. De klanten zijn er bewust mee bezig, maar de achtergrond kennen ze soms niet echt. We proberen hen zo goed mogelijk te informeren. In de korte keten lukt dat beter dan in de supermarkt”, zeggen Bart en Lore.
De deelname van de Belgische ploeg aan het Wereldkampioenschap Beenhouwerij gebeurde heel spontaan. “Een collega is met dat idee afgekomen en we zagen mogelijkheden omdat die wedstrijd in Parijs doorging. Daarop hebben we een ploeg samengesteld met 6 zelfstandige, ambachtelijke slagers uit gans Vlaanderen. Onze belangrijkste doelstelling was om vlees eens positief in het nieuws te brengen en daar zijn we alvast in geslaagd. Heel wat media hebben onze voorbereiding en deelname in beeld gebracht. Tegelijk willen we op deze manier jonge mensen naar de sector lokken”, vertelt Bart.
Anderhalf jaar getraind
Voor het wereldkampioenschap in Parijs heeft de zeskoppige ploeg 1,5 jaar getraind bij het Provinciaal Instituut voor Voedingsbedrijven Antwerpen (PIVA). “Onze coach was Tony Declercq en hij zorgde voor heel wat materiaal en ideeën. Nog materiaal werd voorzien van Patrick Hauben (Claes Machines). Bij de training hebben we onszelf eerst de vraag gesteld wat we precies wilden tonen aan de jury in Parijs. We zijn gegaan voor typisch Belgische producten en we hebben onze versnijding daaraan aangepast. Préparé is bijvoorbeeld iets wat je enkel in ons land vindt. Een aanbod van verschillende gehaktburgers is eveneens typisch voor ons land. Voorts kozen we voor gebakken rosbief in bearnaisesaus, varkensgebraad in picklessaus, martinosalade en bereid gehakt, worsten met kruiden en met kaas …” Ons land heeft geen uitgesproken typische lamsgerechten. Hier kozen ze voor merguez, een rollade, een lamsburger en een heerlijke lamswok.
Elke ploeg start met hetzelfde: een half rund, een half varken, een lam en 5 kippen. Die stukken worden uitgeloot onder de ploegen, zodat niemand daar een voordeel kan hebben. Een aantal machines werden door de organisatie aangeboden, maar veel materiaal werd door de ploeg naar Parijs gebracht. De wedstrijd duurde 3,5 uur.
Er werd een vzw opgericht en er werden sponsors gezocht. “In de sector in het algemeen leefde onze deelname heel sterk en we hadden niet veel moeite om voor het trainen karkassen en kruiden te vinden.” Het trainen zelf was telkens van 15 tot 23 uur. “Best pittig als je daarvoor en daarna nog een boerderij en 2 beenhouwerijen moet runnen”, geeft Bart mee, die er meteen bij vertelt dat hij die inspanning niet zou aangekund hebben zonder de steun van Lore en van zijn team.
België op de kaart gezet
Maar liefst 14 landenploegen namen deel aan deze competitie, die oorspronkelijk startte in Australië en Nieuw-Zeeland. De Belgische ploeg eindigde dit jaar nipt naast het podium. “Een podiumplaats zou wel heel mooi geweest zijn. Voor een eerste Belgische deelname ooit hebben we ons land toch al mooi op de kaart gezet. We hebben gezien dat we bij een volgende keer nog beter ons huiswerk moeten maken. Het eindresultaat moet je aanbieden op een toonbank – voor het geproefd wordt - en daar hebben we misschien wat punten laten liggen. Bij een volgende deelname zullen we meer attributen mee hebben die de presentatie naar een hoger niveau kunnen tillen.”
De ploeg maakte van de wedstrijd gebruik om hun kennis bij te spijkeren. “We bezochten een kweker van Bresse-kippen, de vroegmarkt van Parijs en een school voor slagers. We zagen dat de opleiding daar een stuk verder staat dan in Vlaanderen, onder meer door brillen met virtual reality te gebruiken.”
De 8 best geplaatste landen in de rangschikking zijn rechtstreeks gekwalificeerd voor het volgende wereldkampioenschap. “Dat is op zich al een mooie overwinning die we behaald hebben. De kans is groot dat het volgende WK in 2028 in Australië georganiseerd wordt. Dat schrikt ons niet af. Elk lid van de ploeg heeft al aangegeven dat ze opnieuw willen deelnemen. En er zijn al heel wat collega’s die aangegeven hebben dat ze reservedeelnemer willen zijn voor als een Belgische deelnemer uitvalt. Voor dat volgende WK mikken we echt wel op het podium”, besluit Bart.
Ploeg van 6
De 6 slagers die België vertegenwoordigden op het WK in Parijs waren behalve Bart Maertens van Slagerij Maertens in Brugge en Sijsele nog Jeroen Lievens van Beenhouwerij Jeroen en Joyce in Avelgem, Filip Ceursters van Slagerij Ceursters in Oud-Turnhout, Jan-Klaas Decupere van Beenhouwerij Decupere uit Beselare en Wervik, Robby Vandewiele van Slagerij Robby en Angelique uit Dentergem en Robin Buermans van Slagerij Buermans uit Herselt.
Meer informatie over de Belgian Butcher Bulls vind je op https://butcherbulls.be
Van 17 tot 25 mei worden lokale producten recht van bij de boer in de kijker geplaatst. Ontdek ze via deze link.