
Volgens onderzoek van de krant zijn in het oosten van Brabant en het noorden van Limburg 56 bedrijven actief in de handel, het transport en de verwerking van mest. Van deze groep zijn 36, dus bijna twee op de drie, meermaals beboet, verdacht geweest van strafbare feiten en veroordeeld door de bestuurs- of strafrechter. Daarbij gaat het dus om meer dan een administratieve fout. De krant koos niet zomaar een regio: het is een gebied waar 60 procent van de varkens en 40 procent van de kippen in Nederland wordt gehouden.
Boeren werken er op zandgronden die weinig opleveren en zoeken de grenzen van wat mag op om te overleven. De centrale regio De Peel, een grotendeels afgegraven hoogveengebied, kenmerkt zich door een groot aantal landweggetjes, op een steenworp afstand van Duitsland en België en kent hierdoor van oudsher een reputatie als smokkelgebied.
De fraude gebeurt op diverse manieren. Vervoersdocumenten worden ingevuld zoals de boer het vraagt, dus niet op basis van wat in het monster zit. Van elke vracht moet wettelijk ongeveer een halve kilo mest ter controle naar een laboratorium worden gestuurd. Hoe hoger de gehaltes fosfaat en stikstof in de monsters, hoe meer de boer op papier heeft afgevoerd. Met geconcentreerde oplossingen fosfaat en stikstof worden de monsters op maat gesneden voor de boer. Chauffeurs werken met de bandenspanning om de wagens voller te laten lijken dan ze zijn.
Transporteurs die ’s nachts rijden, zetten soms de gps uit. Wordt men aangehouden, dan belt men de garage voor een storingsmelding. De garage speelt het spel mee. De belangrijkste kredietverschaffer, de Rabobank, zou ‘foute’ bedrijven langdurig blijven financieren en een lokaal laboratorium dat mestmonsters controleert, werd al eens veroordeeld voor het veelvuldig manipuleren van mestmonsters.
De Nederlandse mestsector wordt vertegenwoordigd door Cumela. De organisatie zette recent een bestuurslid buiten functie nadat in zijn mestbedrijf een inval werd gedaan vanwege mogelijke fraude. In 2014 verklaarde een woordvoerder van de brancheorganisatie tegen vakblad Boerderij dat 30 tot 40 procent van het totale mestvolume in Zuidoost-Nederland illegaal wordt verhandeld. Tegelijk stelt de organisatie nu dat de overheid meer moet doen om de regels te vereenvoudigen en mestverwerking te bevorderen.
Over de omvang van fraude in Vlaanderen zijn geen gegevens bekend. Een belangrijk verschil tussen Nederland en Vlaanderen is dat mestverwerking in Nederland nog een beperkt en relatief nieuw fenomeen is. De landelijke overheid zet officieel in op mestverwerking als middel om het problematisch grote Nederlandse mestoverschot te beperken, maar het beleid van lagere overheden en burgercollectieven voorkomt vaak dat mestverwerkingsinstallaties vergund worden.
De net aangetreden landbouwminister Carola Schouten zegt in een reactie niet verbaasd te zijn dat er gefraudeerd wordt, maar dat de omvang wel noopt tot diepgaand onderzoek en vraagt om een cultuuromslag in de landbouw. Ze draagt LTO Nederland, Rabobank, Producentenorganisatie Varkenshouderij en brancheorganisatie van loonwerkers Cumela op binnen vier weken een plan van aanpak te presenteren.
LTO Nederland roept de overheid op om fraudeurs hard aan te pakken: ze zouden niet alleen het milieu, maar ook het imago van de sector schaden.