
Die organisaties hebben in de betrokken periode van het Vlaamse Gewest en van de gemeenten subsidies gekregen om land aan te kopen, om die gronden dan om te zetten in natuurreservaten en voor het uitbaten van bezoekerscentra in die natuurgebieden.
Nevenactiviteiten
Uit het voorlopige onderzoek van de Commissie blijkt dat de Vlaamse steun zowel de aankoop van de gronden als van de bezoekerscentra volledig dekte. Daarbij komt nog dat de organisaties een aantal nevenactiviteiten hebben ontwikkeld, gaande van de verkoop van hout tot het leasen van cafetaria's in de bezoekerscentra. Op basis van de voorlopige beoordeling betwijfelt de Commissie in dit stadium of de Vlaamse overheidssteun in overeenstemming is met de EU-staatssteunregels.
Het mogelijke probleem zit blijkbaar in de nevenactiviteiten van de organisaties. De staatssteunregels gelden namelijk niet voor milieubeschermingsactiviteiten met een sociaal karakter of voor door de overheid gecontroleerde educatieve activiteiten. Die zaken worden niet gezien als een economische activiteit en blijven dus buiten schot.
Wanneer bepaalde nevenactiviteiten echter niet hetzelfde belang nastreven als de hoofdactiviteit, kunnen die activiteiten wél gezien worden als een economische activiteit en valt de steun wél onder de staatssteunregels. Daarom heeft de Commissie nu beslist om een diepgaand onderzoek op te starten. Dat moet nagaan of de geviseerde nevenactiviteiten van de betrokken terreinbeherende organisaties onder de staatssteunregels vallen.