Een belangrijke nuance is dat er niet echt één ras uitspringt. In de ‘tabellen’ staat er wel een ras bovenaan. Statistisch bekeken moeten we hier eigenlijk spreken over ‘groepen’ die gelijkwaardige prestaties halen die onderling niet significant verschillend zijn.
De marketingmachine bij zaadleveranciers draait op volle toeren en allemaal komen ze met hun ‘nummer 1-ras’ op de proppen. We begrijpen de tactiek die de handel hier aan de dag legt. Je moet immers opvallen om in de aandacht te lopen... en dat kan met een topprestatie. Daarna moet de landbouwer wel enige ‘filter’ bovenhalen om naast de marketingsaus die
Eens de rassen gekozen, begint de rest: zaaidichtheid en -tijdstip, gevolgd door het bepalen van de nodige teelthandelingen, zoals de insecten- en onkruidbestrijding, maar ook het inschatten van bemesting en oogstmoment. Nogmaals merken we op dat de klimatologische omstandigheden een enorme impact hebben op het finale resultaat. Dat zagen we het afgelopen jaar nog maar eens. Wees als landbouwer in de zomer van 2025 dan ook niet teleurgesteld als jouw uitgezaaide ras dan toch niet op nummer 1 staat. Na de juiste rassenkeuze kan er immers zoveel mislopen dat je zelf niet in de hand hebt, zodanig dat jouw ras deze plaats niet behaalt. Dat mag misschien ook wel niet het streven op zich zijn van de landbouwer. Die moet verder durven kijken en de eigenheden van zijn bedrijfsvoering vooropstellen.
Als laatste goedbedoelde raad geven we het standaardadvies van menig voorlichter mee: kies voor risicospreiding door meerdere rassen uit te zaaien én probeer eens een nieuwe variëteit.





